Legal provisions of COM(2008)163 - Opinion of the Commission pursuant to Article 251(2), third subparagraph, point (c) of the EC Treaty, on the European Parliament's amendments to the Council's common position regarding the proposal for a Directive of the European Parliament and of the Council on ambient air quality and cleaner air for Europe amending the proposal of the Commission pursuant to Article 250 (2) of the EC Treaty

Please note

This page contains a limited version of this dossier in the EU Monitor.


COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

Brussel, 1.4.2008 COM(2008) 163 definitief

2005/0183 (COD)

ADVIES VAN DE COMMISSIE

overeenkomstig artikel 251, lid 2, derde alinea, onder c), van het EG-Verdrag,

over de amendementen van het Europees Parlement

op het gemeenschappelijk standpunt van de Raad inzake het

voorstel voor een

RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

betreffende de luchtkwaliteit en schonere lucht voor Europa

HOUDENDE WIJZIGING VAN HET VOORSTEL VAN DE COMMISSIE overeenkomstig

artikel 250 - , lid 2 van het EG-verdrag 2005/0183 (COD) ADVIES VAN DE COMMISSIE overeenkomstig artikel 251, lid 2, derde alinea, onder c), van het EG-Verdrag,


over de amendementen van het Europees Parlement

op het gemeenschappelijk standpunt van de Raad inzake het

voorstel voor een

RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

betreffende de luchtkwaliteit en schonere lucht voor Europa

1. Achtergrond

Procedure

– Op 21 september 2005 heeft de Commissie een voorstel voor een richtlijn van het

Europees Parlement en de Raad betreffende de luchtkwaliteit en schonere lucht voor Europa1 ingediend met het oog op de vaststelling daarvan via de medebeslissingsprocedure van artikel 251 van het EG-Verdrag.

– Op 17 mei 2006 heeft het Europees Economisch en Sociaal Comité advies

uitgebracht.

– Op 26 september 2006 heeft het Europees Parlement zijn advies in eerste lezing

uitgebracht.

– Op 25 juni 2007 heeft de Raad zijn gemeenschappelijk standpunt vastgesteld.

– Op 11 december 2007 heeft het Europees Parlement zijn advies in tweede lezing

uitgebracht.

2. Doel van het voorstel van de Commissie

Luchtverontreiniging heeft zeer nadelige gevolgen voor de gezondheid. Volgens de recentste wetenschappelijke en gezondheidsgegevens, vermeld in de mededeling van de Commissie over de thematische strategie inzake luchtverontreiniging2, wordt de statistische levensverwachting van de gemiddelde EU-burger door blootstelling aan fijne zwevende deeltjes (PM2,5) in de lucht met meer dan 8 maanden verlaagd. In haar voorstel komt de Commissie dan ook met nieuwe specifieke milieunormen voor fijne zwevende deeltjes (PM2,5) in de lucht. De toepassing daarvan zou aanzienlijk bijdragen tot het verwezenlijken van de doelstelling van de thematische strategie inzake luchtverontreiniging, namelijk een

COM(2005) 447 definitief. COM(2005) 446 definitief.

2

afname van het aantal levensjaren dat in Europa verloren gaat door blootstelling aan zwevende deeltjes met 47 % in de periode 2000-2020.

Overeenkomstig het initiatief van de Commissie inzake 'betere regelgeving' is het voorstel van de Commissie voor een richtlijn betreffende de luchtkwaliteit en schonere lucht voor Europa een verdere samenvoeging van de bepalingen van de kaderrichtlijn en de drie dochterrichtlijnen inzake de luchtkwaliteit, plus het besluit van de Raad betreffende de uitwisseling van informatie, tot één richtlijn, met de bedoeling de bestaande wetgeving te vereenvoudigen, te stroomlijnen en af te slanken. Bovendien bevat het voorstel een herziening van de huidige bepalingen zodat de ervaring van de lidstaten kan worden meegenomen. Daartoe worden in het voorstel:

(1) specifieke bewakingsvoorschriften en nieuwe milieudoelstellingen ingevoerd ten aanzien van fijne zwevende deeltjes (PM2,5),

(2) mogelijkheden gelaten voor flexibiliteit bij de tenuitvoerlegging door onder bepaalde, door de Commissie goed te keuren voorwaarden een verlenging van de nalevingstermijnen toe te staan voor een aantal grenswaarden, bv. voor zwevende deeltjes (PM10) en stikstofdioxide,

(3) de lidstaten in staat gesteld hun inspanningen te concentreren door bij de beoordeling van de naleving van de grenswaarden toe te staan dat natuurlijke verontreinigingsbronnen worden afgetrokken.

3. Commentaar van de Commissie

3.1.        Algemeen

Tijdens zijn plenaire zitting van 11 december 2007 heeft het Europees Parlement een 26 amendementen omvattend compromispakket goedgekeurd waarover met de Raad overeenstemming was bereikt met het oog op een akkoord in tweede lezing.

De Commissie aanvaardt alle amendementen. De vaststelling van het compromispakket is vergemakkelijkt door de aanneming van een verklaring van de Commissie over de maatregelen van de Gemeenschap die nodig zijn om de emissies aan de bron te verminderen (zie bijlage).

3.2.        Gewijzigd voorstel

Overeenkomstig artikel 250, lid 2, van het EG-Verdrag wijzigt de Commissie haar voorstel zoals hierboven aangegeven.

BIJLAGE

Verklaring van de Commissie bij de vaststelling van de nieuwe richtlijn betreffende de luchtkwaliteit en

schonere lucht voor Europa

De Commissie neemt nota van de door de Raad en het Europees Parlement goedgekeurde tekst voor de richtlijn betreffende de luchtkwaliteit en schonere lucht voor Europa. De Commissie stelt in het bijzonder vast dat het Europees Parlement en de lidstaten in artikel 22, lid 4, en overweging 16 van de richtlijn veel belang hechten aan maatregelen van de Gemeenschap voor de vermindering van de uitstoot van luchtverontreinigende stoffen aan de bron.

De Commissie erkent dat er alleen wezenlijke vooruitgang kan worden geboekt met de doelstellingen van het zesde milieuactieprogramma als de uitstoot van schadelijke luchtverontreinigende stoffen wordt verminderd. In de mededeling van de Commissie betreffende een thematische strategie inzake luchtverontreiniging wordt een aanzienlijk aantal mogelijke maatregelen van de Gemeenschap genoemd. Sinds de aanneming van deze strategie is er met deze en andere maatregelen behoorlijke vooruitgang geboekt.

– De Raad en het Parlement hebben reeds nieuwe wetgeving goedgekeurd om de uitlaatemissies van lichte bedrijfsvoertuigen te beperken.

– De Commissie heeft reeds een nieuw wetvoorstel geadopteerd om de doeltreffendheid van de wetgeving inzake industriële uitstoot in de Gemeenschap te verbeteren, onder andere voor intensieve landbouwinstallaties en maatregelen om kleinschaligere industriële verbrandingsbronnen aan te pakken.

– De Commissie reeds een nieuw wetvoorstel geadopteerd om de uitlaatemissies van motoren in zware vrachtwagens te beperken.

– Voor 2008 heeft de Commissie nieuwe wetgevingsvoorstellen gepland die beogen:

– de toegestane nationale emissies van de ergste verontreinigende stoffen van de lidstaten verder te verminderen;

– de emissies die optreden bij het tanken van benzineauto's aan pompstations te verminderen;

– het zwavelgehalte van brandstoffen te verminderen, met inbegrip van brandstoffen voor de zeescheepvaart.

– Ook zijn de voorbereidingen aan de gang om te onderzoeken of het haalbaar is:

– het ecologisch ontwerp van huishoudelijke boilers en heetwatertoestellen te verbeteren en de emissies daarvan te verminderen;

– het gehalte aan oplosmiddelen van verven, vernissen en producten voor het overspuiten van voertuigen te verminderen;

– de uitlaatemissies van niet voor de weg bestemde mobiele machines te verminderen en daarbij zoveel mogelijk gebruik te maken van de reeds door de

Commissie voorgestelde brandstoffen voor zulke voertuigen met een lager zwavelgehalte.

– Verder blijft de Commissie bij de Internationale Maritieme Organisatie aandringen op wezenlijke emissieverminderingen van schepen en is voornemens voorstellen voor maatregelen van de Gemeenschap te gaan doen indien de in 2008 voorziene voorstellen van de IMO niet ambitieus genoeg blijken te zijn.

De Commissie moet zich echter houden aan de doelstellingen van haar initiatief inzake betere regelgeving en haar voorstellen schragen op een uitgebreide beoordeling van de gevolgen en de voordelen. Met het oog hierop en overeenkomstig het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap zal de Commissie de behoefte aan nieuwe wetgevingsvoorstellen blijven evalueren maar behoudt zij zich het recht voor te beslissen of en wanneer zij dergelijke voorstellen zal doen.