Annexes to COM(2013)12 - EU position on proposals submitted to the 16th meeting of the CoP to the Convention on International Trade in Endagered Species of Wild Fauna and Flora (CITES), 3-4 March 2013

Please note

This page contains a limited version of this dossier in the EU Monitor.

BIJLAGE I

Standpunt van de Unie over de voornaamste kwesties die zullen worden besproken op

de van 3 tot 14 maart 2013 in Bangkok T^i^iifeifcj^fden 16e vergadering van de

Conferentie der Partijen bij de Overeenkomst inzake de internationale handel in

bedreigde in het wild levende dier- en plantensoorten (Cites)

A.           ALGEMENE OVERWEGINGEN

1. De Unie dient ernaar te streven dat de op C0PI6 genomen besluiten bijdragen aan de verwezenlijking van de verbintenissen tot duurzame ontwikkeling die de internationale gemeenschap op de "Rio+20"-top van 2012 is aangegaan in het kader van het Verdrag inzake biologische diversiteit (CBD) (strategisch plan voor biodiversiteit 2011-2020, met inbegrip van de in 2010 overeengekomen Aichi-doelstellingen) en die zijn opgenomen in de strategische visie voor Cites3. Het EU-standpunt moet in overeenstemming zijn met de EU-biodiversiteitsstrategie voor 2020 en het streefdoel daarvan, namelijk het verlies van biodiversiteit en de teloorgang van ecosysteemdiensten in de EU tegen 2020 een halt toeroepen en deze voor zover mogelijk herstellen en tegelijk de EU-inspanningen ter afwending van het wereldwijde biodiversiteitsverlies intensiveren. Conform het handelsbeleid van de EU dient bij de vaststelling van het EU-standpunt ook te worden onderzocht hoe van de internationale handel gebruik kan worden gemaakt om wereldwijd een groene economie op het stuk van biodiversiteitsbescherming te bevorderen en in de hand te werken.

2. Het standpunt van de Unie over voorstellen tot wijziging van de bijlagen dient te worden gebaseerd op de behoudsstatus van de betrokken soorten en op de gevolgen die de handel voor die soorten heeft of kan hebben. Daartoe dient de Unie rekening te houden met het bepaalde in resolutie Conf. 9.24 (herz. CoP15) inzake de criteria voor wijzigingen van de bijlagen I en II. Ook is het nodig dat de EU rekening houdt met de mening van de landen in het verspreidingsgebied van de soorten waarop de voorstellen betrekking hebben.

3. Het EU-standpunt dient rekening te houden met de bijdrage die het Cites-toezicht kan leveren tot de verbetering van de behoudsstatus, en dient tevens oog te hebben voor de inspanningen van de landen die effectieve instandhoudingsmaatregelen hebben getroffen.

De Unie dient er ook op toe te zien dat de efficiëntie van Cites door de op C0PI6 genomen besluiten wordt gemaximaliseerd door onnodige administratieve lasten tot een minimum te beperken, praktische en uitvoerbare oplossingen voor implementatieproblemen uit te werken en ervoor te zorgen dat de middelen waarover de partijen beschikken, worden gebruikt om echt zorgwekkende instandhoudingsproblemen aan te pakken.

4. De Unie is gewonnen voor een grotere nadruk op de effectieve handhaving van de Cites-controlemaatregelen teneinde de stroperij en de illegale handel te verminderen en de duurzaamheid van de handel in wilde soorten te garanderen. Voorts gelooft de

Zie CITES-resolutie Conf. 14.2. COM(2011)244.

NL

& 16HAIZ013

t$im

RESTREINT UE

NL

RESTREINT UE

Unie in de noodzaak van een doeltreffende tenuitvoerlegging van de Overeenkomst door internationale samenwerking teneinde de uitvoering van beleid dat op het behoud en het duurzame gebruik van wilde planten en dieren is gericht, in de landen in hun verspreidingsgebied te vergemakkelijken.

B. Specifieke kwesties

1. De EU gelooft dat de transparantie en aansprakelijkheid in het kader van Cites moeten worden versterkt om de legitimiteit en de integriteit van het besluitvormingsproces te vergroten. De EU stelt daarom voor, het gebruik van geheime stemmingen tijdens de CoP-vergaderingen van Cites te beperken en een belangenconflictclausule voor de Cites-comités dieren en planten aan te nemen.

2. De opneming van nieuwe mariene soorten (voornamelijk haaien) in de Cites-bij lagen en de toepassing van de Overeenkomst op soorten waarvan de onttrekking aan de natuur plaatsvindt in volle zee (de zogenaamde "aanvoer vanuit de zee") worden voor de EU cruciale kwesties op de CoP-vergadering.

De EU herbevestigt haar standpunt dat Cites een geschikt instrument is om de internationale handel in mariene soorten te reguleren als die soorten gevolgen van die handel ondervinden en zij met uitsterven worden of kunnen worden bedreigd. Daarom steunt de Unie de opneming van enkele haaiensoorten (Lamna nasus -haringhaai; Sphyrna lewini en twee sterk daarop gelijkende soorten - hamerhaaien; Carcharhinus longimanus - oceanische witpunthaai) en van het genus Manta in Cites-bijlage II en de overheveling van Pristis microdon van bijlage II naar bijlage I.

3. Wat betreft de interpretatie van de Cites-overeenkomst met betrekking tot onder Cites vallende specimens die aan de volle zee worden onttrokken, wijst de EU op de vooruitgang die door de Werkgroep "introductie vanuit de zee" is geboekt. De door deze werkgroep opgestelde beginselen zijn een goede uitkomst, met name omdat zij stellen dat wanneer onder Cites vallende specimens aan de volle zee worden onttrokken, de vlagstaat verantwoordelijk dient te zijn voor de afgifte van de Cites-documenten. Als deze afspraken worden aanvaard, wordt er regelgeving van toepassing op een tot dusver ongereguleerde activiteit waarbij onaanvaardbare praktijken thans nog aan de orde van de dag zijn.

De EU wijst er evenwel op dat voor bepaalde charteringoperaties in uitzonderingen op dit beginsel is voorzien. Daardoor dreigt de indruk te worden gewekt dat de strijd tegen illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij (IOO-visserij) wordt ondermijnd. Bedoelde operaties kunnen derhalve geenszins als een precedent voor andere situaties buiten de CITES-context worden aangemerkt.

De uitzonderingen in kwestie zouden evenwel slechts gelden onder de volgende zeer specifieke voorwaarden:

(a)     de charteringoperaties dienen het voorwerp uit te maken van een voorafgaande overeenkomst tussen de charterende staat en de vlagstaat;

(b)     die overeenkomst dient in overeenstemming te zijn met het regelgevingskader inzake chartering van de bevoegde Regionale Visserijorganisatie (RVO); en

NL                f                      7                                        NL

.*. ¥r cf&               I PFSTUF.TNT TTF I

RESTREINT UE

(c) die overeenkomst moet ter kennis worden gebracht van het Cites-secretariaat, de RVO en alle partijen.

Voorts is het risico van het scheppen van een precedent beperkt omdat deze oplossing alleen zou worden toegepast binnen één enkel zeer specifiek raamwerk, namelijk de handel, binnen het Cites-kader, van aan de volle zee onttrokken onder Cites vallende specimens.

Bovendien zullen de uitzonderingen voor charteringoperaties tegen het licht worden gehouden op de 17e vergadering van de Conferentie der Partijen, waar zal worden beslist of deze bepalingen al dan niet moeten worden gehandhaafd.

Per saldo is de EU daarom van mening dat de voorstellen inzake introductie vanuit de zee aanvaardbaar zijn, mits daaraan bepaalde voorwaarden met betrekking tot de uitzonderingen worden verbonden. Voor de EU is het van wezenlijk belang dat die uitzonderingen niet worden misbruikt en geen prikkel gaan vormen voor IOO-visserij, en ook het EU-beleid ter zake niet ondergraven. De bepalingen inzake chartering moeten derhalve aan een zorgvuldige analyse en toetsing in het licht van Cites worden onderworpen. Ook is de EU van mening dat deze bepalingen moeten worden geëvalueerd op de CoP die volgt op de invoering ervan, teneinde de Cites-partijen in staat te stellen te beoordelen hoe deze bepalingen in de praktijk functioneren, of zij werkelijk gerechtvaardigd zijn en of zij geen risico van 100-visserij inhouden.

Daarom dient de EU voor te stellen dat in het document dat aan de agenda van de CoP-vergadering is gehecht, enkele wijzigingen worden aangebracht waardoor aan de ontwerp-resolutie een clausule wordt toegevoegd en enkele aanvullende besluiten worden genomen om de controle op de uitvoering van de bepalingen inzake chartering te versterken.

De EU zal op de CoP derhalve voorstellen:

aan het slot van de ontwerp-resolutie in bijlage 1 van CoP16-doc. 32 de volgende zin toe te voegen:

"De bepalingen inzake chartering van deze resolutie dienen op de 17e vergadering van de Conferentie der Partijen te worden herbevestigd overeenkomstig het bepaalde in Besluit XXX, teneinde vast te stellen of deze bepalingen na die vergadering moeten worden gehandhaafd ";

in het document in bijlage 3 van CoP16-doc. 32 de volgende nieuwe besluiten in te lassen (de nieuwe tekst staat cursief gedrukt):

"Besluit gericht tot het Secretariaat:

Het Secretariaat brengt op de 65e en 66e vergadering van het Wetenschappelijk Comité verslag uit over de uitvoering van de Overeenkomst door de betrokken partijen met betrekking tot de bepaling inzake charterregelingen van resolutie Conf. 14.6 (herz. C0PI6).

In die verslagen moet met name aandacht worden besteed aan de manier waarop het niet bestaan van nadelige effecten wordt vastgesteld en de omstandigheden waarin vergunningen en certificaten worden afgegeven, alsook aan de relatie tussen de charterende staat en de staat waar het vaartuig

NL                                   s . 1ttu ^lm NL

RESTREINT Xffi^U?~~-.^ P>

RESTREINTUE

is geregistreerd bij de uitvoering van deze taken. In die verslagen moet worden onderzocht hoe de charterende staat en de vlagstaat hun verplichtingen krachtens het internationaal recht (artikelen 94, 116 tot en met 120 en 217 van Unclos) nakomen en moet met name worden beoordeeld in welke mate de charterende staten bij machte zijn toe te zien op de naleving van de bepalingen van de Overeenkomst door de gecharterde vaartuigen.

In dit verband moet in de verslagen extra aandacht worden besteed aan de naleving van de bepalingen van de resolutie betreffende de wettelijkheid van de verwerving en aanlanding van de betrokken specimens.

In die verslagen worden ook alle gevallen vermeld waarin partijen geen gebruik hebben kunnen maken van deze bepaling, met inbegrip van situaties waarin ten minste een van de betrokken staten geen partij is bij de bevoegde RVO.

Het Secretariaat werkt voorts nauw samen met het secretariaat van de betrokken RVO of regionale visserijregeling en zorgt voor de tijdige verspreiding van de door partijen verstrekte informatie.

Besluit gericht tot de partijen

Partijen die gebruikmaken van de bepaling inzake charterregelingen van resolutie Conf. 14.6 (herz. CoPló) dienen tijdig alle informatie te verstrekken die het Secretariaat van hen kan verlangen met het oog op het opstellen van zijn verslagen over deze kwestie voor de 65e en 66e vergadering van het Wetenschappelijk Comité.

Besluit gericht tot het Permanent Comité

Het Permanent Comité dient de bevindingen in het verslag van het Secretariaat over de uitvoering van de Overeenkomst door de betrokken partijen met betrekking tot de bepaling inzake charterregelingen van resolutie Conf. 14.6 (herz. C0PI6) te evalueren. Op basis van dit verslag en eventuele andere beschikbare informatie dient het Permanent Comité een beoordeling van de uitvoering van die bepaling te geven en in voorkomend geval op Copll wijzigingen van die bepaling voor te stellen,

Besluit gericht tot de partijen

Op basis van de beoordeling van het Permanent Comité en eventuele andere relevante informatie herbezien de partijen de bepalingen inzake chartering van resolutie Conf. 14.6 (herz. C0PI6) op de 17e vergadering van de Conferentie der Partijen".

4. De EU is erg bezorgd over het feit dat de stroperij van olifanten en de in beslag

genomen hoeveelheden ivoor de jongste twee jaar recordhoogten hebben bereikt. Versterkte handhaving en de invoering van daadwerkelijk afschrikkende straffen voor al wie bij de stroperij en de illegale handel betrokken is, dienen in de landen in het verspreidingsgebied, de doorvoerlanden en de landen van eindbestemming de hoogste prioriteit te krijgen.

De EU wijst er voorts op dat het Permanent Comité van Cites er vooralsnog niet in is geslaagd de Conferentie der Partijen een voorstel voor een

NL               V                9                                 NL

^C>K . ^ 'v;''v I RESTREÏNT UE I

RESTREINT UE

besluitvormingsmechanisme voor een ivoorhandelsproces onder auspiciën van de CoP voor te leggen, zoals door de partijen op CoP14 (2007) was gevraagd. De EU is het met het Cites-secretariaat eens dat het mandaat van het Permanent Comité om een dergelijk mechanisme uit te werken, moet worden verlengd teneinde te komen tot een consensusgedragen voorstel op CoP17 (2016). De EU blijft gekant tegen een hervatting van de commerciële ivoorhandel totdat dit mechanisme is ingesteld, zodat wordt gegarandeerd dat de eventuele toekomstige handel geen stimulans vormt voor een voortzetting van de illegale afslachting van olifanten.

In deze context zal de EU uiterst zorgvuldig alle voorstellen tegen het licht houden van partijen die het huidige Cites-kader willen wijzigen met het oog op een eventuele toekomstige handel in ivoor.

De EU spoort alle landen in het verspreidingsgebied van de olifant aan om verder werk te maken van een constructieve en resultaatgerichte dialoog en samen te werken bij de instandhouding en het beheer van de soort en de strijd tegen stroperij en illegale ivoorhandel.

De door stroperij teweeggebrachte crisis voor de Afrikaanse neushoorns moet worden aangepakt door samenwerking bij de handhaving tussen de landen in het verspreidingsgebied en de landen van eindbestemming, inzonderheid Vietnam. Zuid-Afrika is het land dat het zwaarst onder deze stroperij te lijden heeft, en zijn inspanningen bij het bestrijden van deze plaag moeten verder worden ondersteund. Terugdringing van de vraag in de landen van eindbestemming moet eveneens een prioriteit zijn.

De EU stelt vast dat het door de Verenigde Staten ingediende voorstel om de internationale handel in ijsberen te verbieden, geen noemenswaardige nieuwe elementen bevat ten opzichte van het op de vorige CoP in 2010 ingediende voorstel, waartegen de EU was gekant. De teloorgang van leefgebieden als gevolg van de afname van het zee-ijsareaal blijft de belangrijkste en ernstigste bedreiging voor het voortbestaan van deze soort. Er is nog steeds onvoldoende bewijs dat aan de criteria voor opneming in bijlage I is voldaan, vooral omdat de omvang van de handel beperkt is. De EU zal de opneming van de ijsbeer in Cites-bijlage I derhalve niet steunen.

Er kunnen legitieme vragen worden gesteld over de duurzaamheid van sommige in Canada vastgestelde jachtquota voor ijsberen; het valt echter te betwijfelen of die problemen door een internationaal handelsverbod kunnen worden opgelost. Interne maatregelen lijken meer aangewezen.

Op internationaal niveau zijn maatregelen om het hoofd te bieden aan de klimaatverandering, zoals die welke door de EU zijn voorgesteld in het kader van de lopende multilaterale klimaatonderhandelingen, het juiste instrument om de door de afname van het zee-ijs veroorzaakte bedreiging te verminderen, en alle partijen bij Cites moeten worden aangemoedigd om constructief aan die onderhandelingen te participeren.

Een aantal landen bepleit de opneming in Cites-bijlage II van houtproducerende boomsoorten waarvan het hout wordt verhandeld en die een sterke terugloop te zien geven. De EU steunt deze voorstellen, die de inspanningen van de Unie om conform

NL                                          io            ie ,i6M ^ NL

13

* '"«l**

. t

RESTREINT UE^S^lft*^,.. k?

RESTREINTUE

haar Flegt-beleid de duurzaamheid van de handel in houtproducten te waarborgen, versterken.

■*'" /

\v


NL

11

NL

RESTREINT UE

RESTREINT UE

BIJLAGE n

Standpunt van de Unie ten aanzien van bepaalde voorstellen die zullen worden

voorgelegd aan de van 3 tot 14 maart 2013 in Bangkok, Thailand, te houden

16e vergadering van de Conferentie der Partijen bij de Overeenkomst inzake de

internationale handel in bedreigde in het wild levende dier- en plantensoorten (Cites)

"+" staat voor een positief standpunt

"-" staat voor een afwijzend standpunt

"0" staat voor een open standpunt

Werkdocumenten

1.1.

Administratieve aangelegenheden

Item nr.

Indiener

Opmerkingen

Stand pu nt

Openingsceremonie

Welkomstwoorden

Verkiezing van de voorzitter en de ondervoorzitter van de vergadering en van de voorzitters van de Comités I en II en het Comité geloofsbrieven

Goedkeuring van de agenda

Goedkeuring werkprogramma

van

het

4.1

Reglement van orde - verslag

Secretariaat

De wijzigingen van het RvO steunen, maar:

- verduidelijken dat de verkorting tot 120 dagen (i.p.v. 150) van de termijn voor het indienen bij de CoP van andere voorstellen dan wijzigingen van de Cites-bijlagen niet mag resulteren in vertragingen bij de bekendmaking van die voorstellen op de Cites-website;

- de wijzigingen in regel 23 grondig evalueren.

4.2

Voorstel om de transparantie van het stemproces op vergaderingen van de Conferentie der Partijen te vergroten

DK (EU)

[voorgesteld door de EU]

4.3

Voorstel tot wijziging van regel 25 inzake Stemwijze» - Gebruik van geheime stemming

MX

Het voorstel om de drempel voor geheime stemmingen op te trekken tot 1/3 van de partijen is niet in overeenstemming met het EU-

NL

12

NL

RESTREINT UE

RESTREINT UE

Item nr.IndienerOpmerkingenStandpu nt
voorstel (doe. 4.2) maar kan worden gesteund indien het EU-voorstel niet wordt aanvaard.
5.1Instelling van het Comité geloofsbrieven
5.2Verslag van het Comité geloofsbrieven
6.Toelating van waarnemers
7.Verslag van UNEPKennisnemen van het verslag en specifieke aandacht besteden aan de rol van UNEP als beheerder van het Afrikaanse Olifantenfonds.
8.1Uitvoering van het kostengerelateerde werkprogramma voor 2010-2011
Bijlage 1: Kostengerelateerd werkprogramma van het Cites-secretariaat voor 2010
Bijlage 2: CITES Trust Fund - Stand van de bijdragen per 31 december 2010
Bijlage 3: CITES Trust Fund - In 2010 ontvangen bijdragen per maand (cumulatief)
Bijlage 4: Kostengerelateerd werkprogramma van het Cites-secretariaat voor 2011
Bijlage 5: CITES Trust Fund- Stand van de bijdragen per 31 december 2011
Bijlage 6: CITES Trust Fund - In 2011 ontvangen bijdragen per maand (cumulatief)■stft*
Bijlage 7: CITES Trust Fund -Jaarlijks bedrag van de niet betaalde bijdragen, stand op 31 december 2011#'f^ •■■'•■>
Bijlage 8: Overzicht van het CITES | Trust Fund voor het biënnium 2010-V\0 , -'

NL

13

NL

RESTREINT UE

RESTREINT UE

Item nr.IndienerOpmerkingenStandpu nt
2011
8.2Uitvoering van het kostengerelateerde werkprogramma voor 2012
8.3Begrotingsvoorstellen voor 2014 tot en met 2016SecretariaatDe begrotingssituatie van het Secretariaat is kritiek, en de EU-lidstaten moeten onverwijld onderzoeken hoe in voldoende middelen kan worden voorzien voor de periode 2014-2016.
Bijlage 1: Begrotingsscenario "reële nulgroei"
Bijlage 2: Begrotingsscenario "nominale nulgroei"*>&>.
Bijlage 3: Ontwerpresolutie Conf. 16.1* ■*„;>**
8.4Toegang tot financiering door het Wereldmilieufonds5f0
8.5Toegang tot andere financieringsbronnen
9.Regelingen voor vergaderingenCF, RWDe toegevoegde waarde van het voorstel is niet meteen duidelijk. Het meest waarschijnlijke gevolg is een geringere soepelheid wat de organisatie van vergaderingen betreft. Er moet worden gezocht naar andere manieren om de door de indieners aan de orde gestelde problemen aan te pakken.

1.2.

Strategische aangelegenheden

Item nr.IndienerOpmerkingenStandpu nt
10.1.1Permanent Comité - Verslag van de voorzitterTer kennis nemen+
10.1.2Permanent Comité - Verkiezing van nieuwe regionale leden en plaatsvervangers
10.2.1Comité dieren - Verslag van de

NL

14

NL

RESTREINT UE

RESTREINTUE

Item nr.IndienerOpmerkingenStandpu nt
voorzitter
10.2.2Comité dieren - Verkiezing van nieuwe regionale leden en plaatsvervangers
10.3.1Comité planten - Verslag van de voorzitter
10.3.2Comité planten - Verkiezing van nieuwe regionale leden en plaatsvervangers
11.Mogelijke belangenconflicten in het Comité dieren en het Comité plantenDK (EU)[voorgesteld door de EU]+
12.Strategische visie voor CitesSteunen+
13.Samenwerking met organisaties en multilaterale milieuverdragen
14.Ontwerp-resolutie en besluit inzake samenwerking van Cites met andere biodiversiteitsgerelateerde verdragenCHSpoort met de EU-prioriteiten inzake steun voor synergieën tussen biodiversiteitsverdragen.+
15.Internationaal consortium ter bestrijding van criminaliteit in verband met in het wild levende dieren en planten (ICCWC)De activiteiten van het consortium toejuichen, informatie geven over financiële ondersteuning door de EU en haar lidstaten en andere donoren oproepen om het consortium eveneens te financieren.
16.Resolutie over Medewerking aan de wereldwijde strategie voor het behoud van planten van het Verdrag inzake biologische diversiteit (Besluit 15.19)Onduidelijk of het nodig is hierover een resolutie aan te nemen.
17.Intergouvernementeel wetenschappelijk-politiek platform inzake biodiversiteit en ecosysteemdiensten (IPBES)Voorstel tot oprichting van een werkgroep om samenwerking tussen Cites en IPBES te bevorderen en een ontwerpresolutie ter zake op te stellen. Steunen, hoewel de noodzaak van een resolutie niet evident is. IJveren voor het initiëren van een specifiek proces om de inbreng van Cites in de tweede IPBES-vergadering (vermoedelijk in november 2013) m.b.t. het IPBES-werkprogramma vorm te geven.+

NL


15

NL

RESTREINT UE

RESTREINT UE

Item nr.

Indiener

Opmerkingen

Standpu nt

18.

Samenwerking tussen de partijen en bevordering van multilaterale maatregelen

Voorstel om de lopende werkzaamheden te continueren.

19.

CITES en bestaansmiddelen

Principiële steun, maar de formulering van de voorgestelde resolutie moet zorgvuldig tegen het licht worden gehouden (sommige elementen lijken het Cites-kader te overstijgen).

20.

Evaluatie van het nationaal beleid inzake de handel in wilde dieren en planten

21. 22.

Capaciteitsopbouw

Voorstel voor een evaluatie van  de

behoeften inzake versterking van  de

tenuitvoerlegging van Cites,    in ontwikkelingslanden

ie 16

VAI2013

M&

"' ■■•■ ^^m-^^W

GH, SN, SL

m

3-

Voorstel om de technologische, organisatorische                        en

uitrustingsbehoeften                 van

ontwikkelingslanden i.v.m. de uitvoering van Cites in kaart te brengen en een proces ter bevordering van de toewijzing van op deze behoeften afgestemde middelen voor capaciteitsopbouw te initiëren.

Het Secretariaat heeft een beoordeling van de behoeften uitgevoerd in het kader van zijn door de EU gefinancierde capaciteitsopbouwprogramma (zie doc. SC61 Inf. 10).

Principiële steun voor dit voorstel, al mogen daardoor geen ijdele verwachtingen worden gewekt t.a.v. de                                        reële

financieringsmogelijkheden.

23.

Capaciteitsopbouwprogramma voor de wetenschappelijk gefundeerde vrijwillige vaststelling en toepassing van nationale exportquota voor soorten van bijlage II

Comité dieren Comité planten

en

24.

World Wildlife Day

TH

Voorstel voor een resolutie waarbij 3 maart tot VN-werelddag van wilde planten en dieren wordt uitgeroepen.

NL

16

NL

RESTREINT UE

Item nr.

25.

NL

RESTREINTUE

1.3. Interpretatie en uitvoering van de Overeenkomst

1.3.1 Herziening van resoluties

Herziening van resoluties

Bijlage 1: Conf. 4.6 (herz. CoP15) -Indiening van ontwerp-resoluties en andere          documenten          voor

vergaderingen van de Conferentie der Partijen

Indiener

Secretariaat

Bijlage 2: Conf. 9.5 (herz. CoP15) -Handel met landen die geen partij zijn bij de Overeenkomst

Bijlage 3: Conf. 9.6 (herz.) - Handel in gemakkelijk herkenbare delen en afgeleide producten

Bijlage 4: Conf. 9.24 (herz. CoP15) -Criteria voor wijziging van de bijlagen I en II

Bijlage 5: Conf. 11.1 (herz. CoP15) -Instelling van comités

Bijlage 6: Conf. 11.17 (herz. CoP 14) -Nationale verslagen

Bijlage 7: Conf. 11.18 - Handel in soorten van de bijlagen II en III

Bijlage 8: Conf. 12.3 (herz. CoP 15) -Vergunningen en certificaten

Bijlage 9: Conf. 12.10 (herz. CoP15) - Registratie van programma's voor het fokken van diersoorten van bijlage I voor commerciële doeleinden

Opmerkingen

Het is belangrijk erop toe te zien dat de voorgestelde "technische" aanpassingen de resoluties niet wezenlijk veranderen en geen ongewenste gevolgen hebben voor de EU-wetgeving of de interpretatie daarvan.

Voorstel is in overeenstemming met Verordening (EU) nr. 338/97.

Standpu nt

Het voorstel om resolutie Conf. 11.18 in te trekken en een deel van de inhoud ervan op te nemen in andere resoluties is onduidelijk.

De wijzigingen m.b.t. "specimens die afgeleide producten van meerdere soorten bevatten" steunen, maar de voorgestelde definitie van "gewone verblijfplaats" spoort niet met de EU-wetgeving.



$&

+/-

17

\*

#

#*

. •.*>*'

NL

PFSTWFTNT TTF.

RESTREINTUE

Item nr.IndienerOpmerkingenStand pu nt
Bijlage 10: Conf. 13.6 - Uitvoering van artikel VII, lid 2, inzake "van voor de Overeenkomst daterende" specimens+
Bijlage 11: Conf. 13.8 - Deelname van waarnemers aan vergaderingen van de Conferentie der Partijen> "*r* •
26.Herziening van resolutie Conf. 10.10 (herz. CoP15) inzake Handel in olifantenspecimens
27.Klimaatverandering-iè1

Kennisnemen van het verslag.

1.3.2 Naleving en handhaving

Item nr.

Indiener

Opmerkingen

Standpu nt

28.

Nationale wetgeving ter uitvoering van de Overeenkomst

29.

Handhavingskwesties

30.

Nationale verslagen

Standpunt in het algemeen positief - het voorgestelde nieuwe tijdschema en de inhoud van de door de partijen over te leggen verslagen moeten zorgvuldig tegen het licht worden gehouden.

31. Bestemming          van          illegaal

verhandelde en in beslag genomen specimens van soorten van de bijlagen II en III

ID

Het voorstel beoogt het scheppen van de mogelijkheid om in beslag genomen specimens van soorten van bijlage I in bepaalde gevallen te verkopen, waardoor een optie die momenteel krachtens resolutie Conf. 9.10 alleen voor specimens van de bijlagen II en III. bestaat, wordt uitgebreid. Bovendien wordt in het voorstel bepaald dat de inkomsten uit de verkoop van in beslag genomen specimens (geheel of gedeeltelijk) ten goede moeten komen van het land van herkomst; dit zou ertoe kunnen leiden dat landen van herkomst die illegale uitvoer vanaf hun grondgebied niet weten te voorkomen, daarvoor worden beloond.

NL

18

NL

RESTREINT UE

NL

RESTREINTUE

1.3.3 Controle op de handel en merktekens

Item nr.IndienerOpmerkingenStandpu nt
32.Aanvoer vanuit de zeeZie punt B.4 van bijlage I bij dit besluit van de Raad.+
33.Vaststelling van het niet-bestaan van nadelige effecten ("non-detriment findings")Het opstellen van niet-bindende richtsnoeren inzake "non-detriment findings" toejuichen en de door het Secretariaat ingediende ontwerpresolutie en ontwerp-besluiten steunen.+
34.Elektronische vergunningsprocedure
35.Werk maken van een efficiëntere internationale samenwerking inzake controles van vergunningen en certificatenCNHet voorstel voor een efficiëntere uitwisseling van informatie over afgegeven vergunningen steunen.+
36.Besluitvormingsmechanisme voor een ivoorhandelsprocesHet document vormt een stap in de goede richting met het oog op de totstandbrenging van een dergelijk mechanisme. (Het schetst de belangrijkste elementen waarmee rekening moet worden gehouden alsook een proces voor de totstandbrenging, waarbij een rol is weggelegd voor het Permanent Comité en een werkgroep.)+
37.Voorstel tot wijziging van Besluit 14.77 over een Besluitvormingsmechanisme voor een toekomstige handel in olifantenivoorBJ, BF, CF, CI, KE, LR, NG, TG **Het voorstel lijkt overbodig, aangezien de inhoud ervan reeds aan de orde komt in het door het Secretariaat ingediende document nr. 36 (als één van de te bespreken criteria).
38.Doelcodes op CITES-vergunningen en -certificatenHet voorstel moet zorgvuldig worden geanalyseerd, aangezien het talrijke veranderingen inhoudt ten opzichte van de thans- gebruikte doelcodes.
39.Vervoer van levende specimens+
40.Grensoverschrijdende overbrenging van muziekinstrumentenUSPrincipiële steun, zij het dat de tekst van de ontwerp-resolutie zorgvuldig moet worden onderzocht, evenals de toegevoegde waarde qua vereenvoudiging ten opzichte van de huidige situatie en de omzetting in EU-wetgeving.+

w

\*

^

>\

V

$

19

NL



RFSTREÏNT TJE

RESTREINTUE

Item nr.

Indiener

Opmerkingen

Standpu nt

41.

Gebruik van taxonomische serienummers (TSN's)

Principiële steun voor de twee ontwerp-besluiten, op grond van de overweging dat alle aanbevelingen inzake TSN's slechts richtsnoeren zijn die op louter vrijwillige basis worden toegepast.

42.

Materiële inspectie van ladingen hout

Het ontwerp-besluit steunen.

43.

Standaardnomenclatuur

43.1

Verslag van het Comité dieren en het Comité planten

Comité dieren Comité planten

en

Kennisnemen van het verslag - de aanbevelingen in de punten 7 en 14 steunen.

Bijlage 1: Taxonomische checklist van onder Cites vallende amfïbieën

Ter kennis nemen.

Bijlage 2: Taxonomische checklist van alle onder Cites vallende haaiensoorten en andere vissen

Ter kennis nemen.

*

Je

'JéL

5nA

'■ijH

Bijlage 3: Gevolgen van de aanbevelingen inzake nomenclatuur van het Comité dieren (AC 26)

Ter kennis nemen.

^

3Sï£^. .

H

Bijlage 4: Nieuwe taxonomische veranderingen         waarvan         de

aanneming niet wordt voorgesteld

Ter kennis nemen.

Bijlage 5.1: Taxonomische checklist van alle onder Cites vallende koraalsoorten

Ter kennis nemen.

Bijlage 5.2: Taxonomische checklist van onder Cites vallende koraalsoorten

Ter kennis nemen.

Bijlage 6: Lijst van standaardwerken die door de Conferentie der Partijen zijn aangenomen

Steun voor de herziening van resolutie Conf. 12.11 (herz. CoP15).

43.2

Standaardnomenclatuur Hippocampus-soorten

voor

CH*

De aanbevelingen steunen.

44.

Identificatiehandboek

44.1

Verslag van het Secretariaat

Secretariaat

De voorgestelde herziening van resolutie Conf. 11.19 steunen.

NL

20

NL

RESTREINT UE

RESTREINT UE

Item nr.IndienerOpmerkingenStandpu nt
44.2Verslag van het Comité plantenComité plantenDe twee ontwerp-besluiten steunen.+
45.E-handel in specimens van onder CITES vallende soorten

1.3.4 Vrijstellingen en bijzondere handelsbepalingen

Item nr.IndienerOpmerkingenStandpu nt
46.Persoonlijke bezittingen en huisraadPrincipiële steun, maar de problematiek van jachttrofeeën vereist extra aandacht.+
47.Voorstel tot herziening van resolutie Conf. 13.7 (herz. CoP14) over Toezicht op de handel in persoonlijke bezittingen en huisraadID, KWHet voorstel beoogt de handel in bepaalde agarhoutproducten niet meer vergunningsplichtig te maken. Moet zorgvuldig worden bekeken vanuit soortbehouds- en handhavingsperspectief. Voorstellen om dit voorstel aan Comité II te onttrekken en een specifieke Werkgroep agarhout in te stellen.-/+
48.Tenuitvoerlegging van de Overeenkomst met betrekking tot in gevangenschap gefokte en van ranches afkomstige specimensSpoort met de EU-prioriteiten en de werkzaamheden in het kader van het Permanent Comité.+

1.3.5 Handel in en behoud van soorten

Item nr.IndienerOpmerkingenStandpu nt
49.Mensapen
50.Aziatische grote katten
51.Illegale handel in jachtluipaardenET, KE, UGVoorstel om een studie van de illegale handel in jachtluipaarden te initiëren.+
52.Quota voor luipaardenBW, ZA, USOntwerp van herziening van resolutie Conf. 10.14 (herz. CoP14) om ervoor te zorgen dat alle partijen de luipaardhuidenquota op dezelfde manier interpreteren.+
53.Olifanten ,->
Av^

NL


&

-V

21

NL


PFSTttFIlVT TTF

RESTREINTUE

Item nr.

Indiener

Opmerkingen

Standpu nt

53.1

Monitoring van het illegale doden van olifanten

53.2

Monitoring van de illegale handel in ivoor en andere olifantenspecimens

53.2.1

Verslag van het Secretariaat

Ie jq

^2013


f'«i

^W^i&V •:.£:

m

t

:i*-

Verslag over de huidige situatie inzake stroperij van olifanten en de zwarte handel in ivoor, alsook diverse initiatieven om deze te bestrijden. De voorgestelde besluiten steunen om een handhavingstaskforce ivoor in het leven te roepen, het systeem van gecontroleerde leveringen uit te breiden en een speciaal op "wildlife crime" toegesneden handleiding voor de bestrijding van witwasoperaties en ontneming van vermogensbestanddelen op te stellen.

Op de 63e vergadering van het Permanent Comité kunnen door het Secretariaat extra maatregelen worden voorgesteld ten aanzien van bepaalde partijen waarvan op de 62e vergadering is vastgesteld dat zij betrokken zijn bij aanzienlijke illegale ivoorhandel.

Te lezen in samenhang met doe. 53.1 en 53.2.2 (nog niet beschikbaar).

53.2.2

Verslag van TRAFFIC

53.3

Voorgestelde nieuwe resolutie over het African Elephant Action Plan en het African Elephant Fund

NG,RW

Voorstel om het African Elephant Action Plan te promoten en het African Elephant Fund te financieren.

54.

Neushoorns

54.1

Verslag van de werkgroep

Steunen, maar vooraf controleren hoe dit zich verhoudt tot het verslag van het Secretariaat - een aantal aanbevelingen van de werkgroep moet worden vertaald naar volledig uitgewerkte voorstellen voor de CoP.

54.2         Verslag van het Secretariaat

NL

22

NL

TJFSTUF.TNT 1TF.

RESTREINTUE

Item nr.

Indiener

Opmerkingen

Standpu nt

55.

Tibetaanse antiloop

De voorgestelde wijziging van resolutie Conf. 12.11 (herz. CoP13) steunen.

56.

Saiga-antiloop

De voorgestelde ontwerp-besluiten steunen die erop gericht zijn:

- de contacten met het CMS te continueren en de landen in het verspreidingsgebied en de bij de handel betrokken landen aan te sporen om verslag te doen van de vooruitgang bij de uitvoering van het tussentijds internationaal werkprogramma voor de Saiga-antiloop (2011-2015);

- het format van het tweejaarlijks verslag aan te passen om extrareguliere rapportage met betrekking tot de saiga-antiloop te vergemakkelijken.

57.

Handel         in        slangen en

instandhoudingsgericht beheer

De ontwerp-besluiten steunen die gericht zijn tot het Secretariaat, het Comité dieren, het Permanent Comité, de partijen, het ICCWC en ASEAN-WEN.

58.

Land- en zoetwaterschildpadden

58.1

Verslag van de werkgroep van het Permanent Comité

58.2

Verslag van het Comité dieren

De ontwerp-besluiten steunen die gericht zijn tot het Secretariaat, het Comité dieren en het Permanent Comité.

59.

Karetschildpad

Het ontwerp-besluit steunen.

60.

Steurachtigen lepelsteuren)

(steuren

en

60.1

Verslag van het Comité dieren

Kennisnemen van het verslag van het Comité dieren (waaruit blijkt dat de landen in het verspreidingsgebied         bijzonder

weinig informatie hebben verstrekt) en de voorgestelde wijzigingen van resolutie 12.7 steunen.

60.2

Verslag van het Secretariaat

Principiële steun voor het voorstel van het Secretariaat om de

NL


£>

23

T»T7'0'T<Ti¥7'"rvrnr tttp

NL

RESTREINTUE

Item nr.

Indiener

Opmerkingen

Standpu nt

bepalingen van resolutie Conf. 12.7 te stroomlijnen teneinde rekening te houden met de veranderende handelspatronen                        en

productiemethoden voor steuren; wel moet extra aandacht worden besteed aan de voorgestelde veranderingen inzake vangst- en exportquota                           voor

grensoverschrijdende populaties.

61.

Haaien en doornroggen


Op te merken valt dat, ondanks enige vooruitgang, nog altijd meer informatie nodig is, evenals extra maatregelen van de RVO's, de landen in het verspreidingsgebied en de afnemerlanden om de behoudsstatus en het beheer van de haaien te verbeteren, zoals gewenst door het Visserijcomité van de FAO. In dit verband de voorstellen van het Comité dieren steunen.

62.

Napoleonvis

De voorstellen van de voorzitter van de werkgroep steunen.

63.

IJsheken: verslag van de CCAMLR

De aanbevelingen van het CCAMLR-secretariaat steunen, met inbegrip van de voorgestelde wijziging van resolutie Conf. 12.4.

64.

Zeekomkommers

65.

Regionale samenwerking bij het beheer van en de handel in roze vleugelhoorn (Strombus gigas)

CO

Ter kennis nemen en de twee ontwerp-besluiten steunen.

66.

Madagaskar

Ter kennis nemen.

67.

Agarhout-leverende taxa

Ter kennis nemen.

67.1

Verslag van het Comité planten

In principe geen voorstander van de ontwerp-resolutie         die         de

mogelijkheid schept om hout afkomstig van "gemengde aanplant" als "kunstmatig gekweekt" aan te merken. Voorstellen om dit voorstel aan Comité II te onttrekken en een specifieke Werkgroep agarhout in te stellen.

-/+

67.2

Ontwerp-resolutie         over         de

Tenuitvoerlegging         van         de

CN, KW, TH

ID,

In principe geen voorstander van deze resolutie, die bepaalt dat

-/+

NL

24

NL

WTTSTTÏFTNT TTT?

RESTREINTUE

Item nr.IndienerOpmerkingenStandpu nt
Overeenkomst met betrekking tot agarhout-leverende taxabomen van agarhout-leverende soorten die zijn geteeld in bijvoorbeeld (...) plantages, hetzij als monocultuur hetzii als gemengde aanplant, als "kunstmatig gekweekt" worden aangemerkt; Voorstellen om dit voorstel aan Comité II te onttrekken en een specifieke Werkgroep agarhout in te stellen.
68.Braziliaanse mahonieboom
69.Cedrela odorata, Dalbergia retusa, Dalbergia granadillo en Dalbergia stevensoniiTer kennis nemen.+
70.Rapport van de Werkgroep "bushmeat" Midden-AfrikaTer kennis nemen.+

1.3.6 Wijziging van de bijlagen

Item nr.

71.

72.

73.

Criteria voor de opneming van soorten in bijlage 1 of bijlage II

Criteria voor van ranches afkomstige populaties

Voorgestelde herziening van resolutie Conf. 10.9 over Inoverwegingneming van voorstellen om Afrikaanse olifantenpopulaties over te hevelen van bijlage I naar bijlage II

Indiener

Opmerkingen

Cl, LR, SL

^

da*

^«i

k^Vf Vs

De bevindingen van het Comité dieren (die geen wijzigingen van besluiten of resoluties vereisen) steunen.

De voorgestelde wijziging van resolutie Conf. 9.24 (herz. CoP15) steunen.

Voorstel om een permanent deskundigenpanel in te stellen en andere bepalingen van resolutie 10.9 inzake de samenstelling van het panel, kennisgebieden en termijnen te wijzigen. De kosten van het panel dienen te worden gedragen door het land dat voorstelt het beschermingsniveau van een olifantenpopulatie te verlagen. Het idee van een permanent deskundigenpanel en het sneller uitbrengen van adviezen door dat panel in         principe steunen.

Wijzigingen van de resolutie moeten echter met alle betrokken partijen worden doorgepraat, eventueel in een werkgroep of na afloop van de CoP.

Standpu nt

NL

Y&

25

NL

m?anrT»Ti-rvrrr ttt?

RESTREINT UE

Item nr.

Indiener

Opmerkingen

Standpu nt

74.

Periodieke toetsing van de bijlagen

74.1

Herziening van resolutie Conf. 14.8 over Periodieke toetsing van de bijlagen

De herziene resolutie steunen.

74.2

Toetsing van de bijlagen: Felidae

Het voorstel om de geldigheidsduur van het besluit over de periodieke toetsing van Felidae te verlengen, steunen.

75.

Aanpassing en toepassing van annotaties

Principiële steun voor de voorstellen die ter aanneming aan C0PI6 worden voorgelegd. De behandeling van een hele reeks kwesties is uitgesteld totdat de Werkgroep annotaties van het Wetenschappelijk Comité zich erover heeft uitgesproken.

76.

Annotaties — Verslag van het Comité planten

77.

Voorstellen tot wijziging van de bijlagen I en II

Voor nadere details, zie deel 2.

78.

Vaststelling van tijdstip en plaats van de volgende reguliere vergadering van de Conferentie der Partijen


NL

26

NL

RESTREINT UE

RESTREINTUE

2. Voorstellen tot opname in/schrapping uit/overheveling tussen bijlagen


\&


•V

NL

27

NL

RESTREINT UE

/


,'..*->

»*/

'"'■^è'

NL

28

NL

HF.STREINT TJE

RESTREINT UE

Voorst elnr.

Taxon / behandelde kwestie

Voorstel

Indiener

Opmerkingen

Standpu nt

Rupicapra pyrenaica ornata

I — II

DK(EU)

[Voorgesteld door de EU]

Vicugna vicugna (populatie in EC)

I —II

EC

In principe steunen, mits aan het voorstel een annotatie wordt toegevoegd waardoor de handel wordt beperkt tot wol geschoren van levende vicunas en voorzien van een deugdelijke etikettering. Aan de criteria voor opneming in bijlage I is niet langer voldaan.

Ursus maritimus

.. .3-

-^#

m

ii—i

us

>

&

<$*»

:&*>

Geen noemenswaardige nieuwe elementen in vergelijking met het voorstel waartegen de EU in 2010 was gekant. De teloorgang van leefgebieden als gevolg van de afname van het zee-ijsareaal          blijft         de

belangrijkste en ernstigste bedreiging voor het voortbestaan van deze soort. Er is nog steeds onvoldoende bewijs dat aan de criteria voor opneming in bijlage I is voldaan.

Pteropus brunneus ■^-'"fT ,,;!■;

II-0

AU

P. brunneus wordt niet als een         geldige         soort

beschouwd. Als er ooit een vliegende hond van Percy Island heeft bestaan, is die soort nu uitgestorven.

Thylacinus cynocephalus

I-O

AU

De soort is uitgestorven (niet als gevolg van handel).

Onychogalea lunata

I-O

AU

Zie         opmerking         bij

voorstel 5.

Caloprymnus campestris

I-O

AU

Zie         opmerking         bij

voorstel 5.

Chaeropus ecaudatus

I-O

AU

Zie         opmerking         bij

voorstel 5.

Macrotis leucura

I-O

AU

Zie         opmerking         bij

voorstel 5.

NL

29

NL

RESTREINT UE

Voorst elnr.

Taxon / behandelde kwestie

Voorstel

Indiener

Opmerkingen

Standpu nt

10

Ceratotherium simum simum — Annotatie wijzigen

II-II

KE

76


De trofeeënjacht op neushoorns werd door georganiseerde misdaadnetwerken misbruikt, maar Zuid-Afrika heeft onlangs de controles en het toezicht op die operaties aangescherpt. Het aantal aanvragen voor trofeeënjacht is in 2012 afgenomen. Onversneden stroperij van neushoorns vormt een veel grotere bedreiging voor de neushoornpopulaties         in

Zuid-Afrika dan de trofeeënjacht.                Een

trofeeënverbod zou in het beste geval slechts een marginaal effect hebben op de omvang van de illegale handel in neushoornhorens. In plaats daarvan kunnen beter de inspanningen van de Zuid-Afrikaanse autoriteiten en de internationale samenwerking bij de bestrijding van alle vormen van zwarte handel in neushoornspecimens worden aangemoedigd.

11

Loxodonta africana (populatie in TZ)

Annotatie toevoegen ter precisering van het doel

I — II

TZ

Hoewel misschien niet langer aan de biologische criteria voor opneming in bijlage I wordt voldaan, lijken het toezicht en de handhaving in Tanzania ontoereikend te zijn om de olifantenstroperij en de illegale ivoorhandel aan te pakken, die in dat land de jongste jaren enorm zijn toegenomen. Als gevolg daarvan is het zeer twijfelachtig of het voorstel van TZ voldoet aan de criteria voor verminderde bescherming van bijlage 4 bij resolutie 9.24, en of op C0PI6 kan worden ingestemd met        een

eenmalige verkoop.

NL

30

NL

RESTREINT UE

Voorst elnr.

Taxon / behandelde kwestie

Voorstel

Indiener

Opmerkingen

Standpu nt

Gezien de grote omvang die de olifantenstroperij en de wereldwijde             illegale

ivoorhandel thans hebben bereikt en het feit dat er geen sprake is van vooruitgang bij de vaststelling van een besluitvormingsmechanisme voor de toekomstige ivoorhandel, lijkt het in elk geval voorbarig om in te stemmen met een hervatting van de ivoorhandel.

(In afwachting van nieuwe informatie, met name van het panel ex resolutie 10.9).

12

Loxodonta africana - Annotatie wijzigen

II-II

BF,KE

Er zijn geen dwingende redenen om de annotaties die op CoP14 als deel van een afsprakenpakket             zijn

overeengekomen,             te

wijzigen. De voorgestelde veranderingen beperken te sterk het recht van de partijen om voorstellen aan de CoP voor te leggen, die vervolgens door de partijen op hun merites worden beoordeeld.

13

Trichechus senegalensis

II —I

BJ, SN, SL

,- r V*^


. \

v.*'

^"-'" *&r

De soort is in 1997 opgenomen in bijlage A van Verordening 338/97. Men kan zich echter afvragen of momenteel aan de criteria voor opneming in Cites-bijlage I is voldaan, vooral in het licht van de zeer beperkte informatie die beschikbaar is m.b.t. (i) de populatieomvang en -trends, en (ii) het effect van de internationale handel op de soort. (De definitieve versie van deze beoordeling zal worden vastgesteld wanneer nieuwe informatie ter beschikking komt.)

NL

31

NL

TfcTnr-tmT-k-BTfrTVTT! ITT

RESTREINT UE

Voorst elnr.

Taxon / behandelde kwestie

Voorstel

Indiener

Opmerkingen

Standpu nt

14

Caracara lutosa

II-O

MX

De soort is uitgestorven.

15

Gallus sonneratii

II-O

CH*

De soort is in India wijdverbreid en heeft volgens de IUCN de status "least concern" (niet bedreigd).                  {Deze

beoordeling kan worden bijgesteld in het licht van nieuwe informatie.)

16

Ithaginis cruentus

II-O

CH*

"^ASa

iMM

te IQhAlZofo

4£*r^*£

'*?iy%

^'-c^Sii

m$7--

J-'M


I-Q

De soort heeft een ruime verspreiding en ondervindt geen gevolgen van de handel. China is echter gekant         tegen         een

vermindering van het beschermingsniveau. (Deze beoordeling kan worden bijgesteld in het licht van nieuwe informatie.)

17

Lophura imperialis *

CH*

Wordt niet langer als een geldige soort erkend.

18

Tetraogallus caspius

I-II

CH*

De soort is wijdverbreid, heeft volgens de IUCN de status "least concern" (niet bedreigd) en er zijn geen meldingen van handel.

19            Tetraogallus tibetanus

I — II

CH*

Zie         opmerking        bij

voorstel 18.

20

Tympanuchus cupido attwateri

I-II

CH

Sedert 1975 slechts twee meldingen van gevallen van internationale handel, en er zijn geen gegevens die wijzen op illegale handel. De soort ondervindt geen gevolgen van de handel.

21

Campephilus imperialis

I-O

MX

De soort is uitgestorven (niet als gevolg van handel).

22 23

Sceloglaux albifacies

II-O

NZ

De soort is uitgestorven.

Crocodylus acutus (CO, populatie in I-II de Baai van Cispata)

CO

Het herstel van de populatie is goed gedocumenteerd en is te danken aan een succesvol            beheerplan

waarbij de plaatselijke gemeenschappen werden

NL

32

NL

PTTSTPFTNT TTF

RESTREINT UE

Voorst elnr.

Taxon / behandelde kwestie

Voorstel

Indiener

Opmerkingen

Stand pu nt

betrokken.                      De

populatietoename is echter recent en de populatie blijft klein. Het is niet duidelijk of het voorstel ook een nulquotum voor de export behelst. (Er wordt gewacht op meer informatie alvorens een definitieve beoordeling te geven.)

24

25

Crocodylus porosus (TH, populatie met een nulquotum voor wilde specimens)

I — II

TH

Crocodylus siamensis (TH, populatie met een nulquotum voor wilde specimens)

26           Naultinus spp.

27

28

Protobothrops mangshanensis

I — II

0 - II         NZ

TH

Chelodina mccordi

.*<$

A .^

O-II

II-I

NL


55^

Aan de criteria voor opneming in bijlage I wordt nog steeds voldaan. Er is geen recente informatie verstrekt over de huidige status en verspreiding van de wilde populatie. Gegevens over             populatietrends

ontbreken.

Aan de criteria voor opneming in bijlage I wordt nog steeds voldaan. Er zijn meldingen van het graven van nesten in het wild, maar de                      historische

populatietrends              zijn

onbekend.

CN

US

In beginsel een positief standpunt, ook al is niet duidelijk welke voordelen een opneming in bijlage II zal opleveren.

Aan de criteria voor opneming in bijlage II wordt voldaan. De (kleine) wilde populatie neemt af als gevolg van onduurzame exploitatie en handel.

Aan de criteria voor opneming in bijlage I wordt voldaan. De soort heeft een beperkt verspreidingsgebied en is zeer kwetsbaar voor intrinsieke en extrinsieke factoren. Bovendien kan sprake zijn van een sterke bestandsafname.

33

NL

v-

UTTCTUITTIVT TTT7

RESTREINTUE

Voorst elnr.

Taxon / behandelde kwestie

Voorstel

Indiener

Opmerkingen

Standpu nt

29

Clemmys guttata

O-II

US

Aan de criteria voor opneming in bijlage II wordt kennelijk voldaan. De soort ondervindt een gemiddelde handelsintensiteit. Dat is een van de oorzaken van een dalende netto-populatietrend.

30

Emydoidea blandingii

O-II

US

Aan de criteria voor opneming in bijlage II wordt kennelijk voldaan. De internationale handel kent een matige omvang maar gaat in stijgende lijn. Gezien de levenscycluskenmerken van de soort kan zelfs een kleine toename van de mortaliteit van juvenielen en adulten              significante

gevolgen hebben voor het bestand.

31

Malaclemys terrapin

O-II

US

Aan de criteria voor opneming in bijlage II wordt kennelijk voldaan. De uitvoer van aan de wilde natuur onttrokken specimens gaat in stijgende lijn. De omvang          van          de

subpopulaties is "afnemend tot stabiel".

32 a

Cyclemys spp., Geoemyda japonica, G spengleri, Hardella thurjii, Mauremys japonica, M. nigricans, Melanochelys trijuga, Morenia petersi, Sacalia bealei, S. quadriocellata en Vijayachelys silvatica

O-II

CN,US

k 16

iSsjjf

MAI

AAW'-- -•--

<■- ■ ^frMK» **&

*013 ,

;fcv.~,.....45*/

Aan de criteria voor opneming in bijlage II wordt voldaan. De meeste soorten worden door de IUCN als CR, EN of VU ingeschaald. De soorten        worden

internationaal verhandeld als voedingsmiddel,              als

geneesmiddel,              voor

aquacultuurprojecten en als huisdieren. Dit voorstel betreft ook Geoemyda japonica, die door Japan wordt voorgesteld voor opneming        met        een

nulquotum.

32 b

Batagur borneoensis, B. trivittata, Cuora           aurocapitata,           C.

jlavomarginata, C. galbinifrons, C. mccordi, C. mouhotii, C. pani, C.

II - II •'••'

CN,US

Nulquotum voor aan de wilde natuur onttrokken specimens voor commerciële doeleinden.

NL

34

NL

RESTREINT UE

RESTREINTUE

Voorst el nr.Taxon / behandelde kwestieVoorstelIndienerOpmerkingenStandpu nt
trifasciata, C. yunnanensis, C. zhoui, Heosemys annandalii, H. depressa, Mauremys annamensis, Orlitia borneensisTwee soorten, Cuora galbinifrons en Mauremys annamensis, worden door Vietnam voorgesteld voor opneming in bijlage I.
33Cuora galbinifronsII-IVNAan de criteria voor opneming in bijlage I wordt kennelijk . voldaan. De omvang van het wilde bestand van deze soort vertoont een sterk dalende trend.+
34Geoemydajaponica

_V' '■
O-IIJPNulquotum voor de export van aan de wilde natuur onttrokken specimens voor hoofdzakelijk commerciële doeleinden. Aan de criteria voor opneming in bijlage II wordt kennelijk voldaan. De soort wordt ook genoemd in het US/CN-voorstel tot opneming van Cyclemys spp. in bijlage II, maar in dat voorstel wordt voor Geoemyda japonica geen nulquotum vastgesteld.+
35Mauremys annamensisII-IVNAan de criteria voor opneming in bijlage I wordt voldaan. Met name vertoont de omvang van het wilde bestand van deze soort een sterk dalende trend.+
36PlatysternidaeII — IUS, VNAan de criteria voor opneming in bijlage I wordt voldaan. De wilde populaties hebben een beperkt verspreidingsgebied en hun omvang vertoont een sterk dalende trend.+
37Geochelone platynotaII-IUSAan de criteria voor opneming in bijlage I wordt voldaan. Uit recente informatie kan worden afgeleid dat de soort in het wild de facto is uitgestorven.+
38 aAspideretes leithii, Dogania subplana, Nilssonia formosa, PaleaO-IICN,USAan de criteria voor opneming in bijlage 11 wordt+

NL

35

NL

T»^7C'^^TlTPT^vTr^, ttt?

RESTREINT UE

Voorst einr.

Taxon / behandelde kwestie

Voorstel

Indiener

Opmerkingen

Standpu nt

steindachneri, Pelodiscus axenaria, P. maackii, P. parviformis, Rafetvs swinhoei

voldaan.

Regelmatige verschuivingen in de bekende handelsroutes en de op de Oost-Aziatische voedingsmiddelenmarkt aangeboden soorten tonen aan dat nieuwe gebieden en soorten                      worden

aangesproken          naarmate

bestaande

bevoorradingsgebieden en soorten uitgeput raken.

38 b

Chitra chitra, C. vandijki


ii—i

CN,US

-M$

70

^5%

4;A-W

vzo

'*******&£?**&&


Beide soorten worden genoemd in het rapport "Top 25 Endangered Freshwater Turtles at Extremely High Risk of Extinction" van de Turtle               Conservation

Coalition. C. chitra heeft een beperkt verspreidingsgebied en de populatie vertoont een sterk dalende trend.

39

Epipedobates machalilla

0^1

EC

Voorstel hangt samen met een                    taxonomisch

discussiepunt.

40

Rheobatrachus silus

II-O

AU

De soort is uitgestorven.

41

Rheobatrachus vitellinus

II-O

AU

De soort is uitgestorven.

42

Carcharhinus longimanus

- met annotatie waardoor de inwerkingtreding met 18 maanden wordt uitgesteld

0-11

BR, CO,

US

Opneming          van          de

oceanische witpunthaai in bijlage II steunen.

43

Sphyrna lewini, Sphyrna mokarran, Sphyrna zygaena

- met annotatie waardoor de inwerkingtreding met 18 maanden wordt uitgesteld

0-11

BR, CO, CR, DK

(EU), EC, HN,MX

[Mede ingediend door EC]

44

Lamna nasus

- met annotatie waardoor de inwerkingtreding met 18 maanden wordt uitgesteld

O-II

BR, KM, HR, DK (EU), EG

[Voorgesteld door de EU]

45

Pristis microdon

II — I

AU

Aan de criteria voor opneming in bijlage I wordt voldaan wegens         de

NL

36

NL

ÜFSTUFTNT TTF.

RESTREINTUE

Voorst elnr.

Taxon / behandelde kwestie

Voorstel Indiener

Opmerkingen

Standpu nt

historische inkrimping van het areaal en de door waarneming of door deductie            vastgestelde

afname                         van

verspreidingsgebieden en aantallen            individuen,

waardoor het bestand gefragmenteerd raakt, in combinatie met de kwetsbaarheid van de soort voor intrinsieke (lage productiviteit) en extrinsieke (diverse          bedreigingen,

waaronder overbevissing en vangst           voor           de

aquariumhandel) factoren.

46

Manta spp.

O-II

A<>

$&

'u."\

V

\***'


■:£!>'>

%

ÜK^'

b>

■fc-1''


Aö#

itfi

':£i'^-'


BR, EC

CO,

J>

V

A/aw/a-soorten zijn bijzonder kwetsbaar voor visserijdruk omdat zij bestaan uit kleine, gefragmenteerde              en

geïsoleerde subpopulaties en omdat de dieren een lage productiviteit hebben en in groepen leven. Sommige subpopulaties hebben een steile           bestandsafname

gekend als gevolg van visserij,              grotendeels

aangedreven                 door

internationale handel in kieuwbogen                    ter

bevoorrading van de Aziatische markten; andere subpopulaties dreigen in de toekomst hetzelfde lot te ondergaan. Er zijn weinig of geen instandhoudings- of beheersmaatregelen in de landen waar de visserijdruk het hoogst is. Ondanks de beperktheid van de door de indieners           overgelegde

informatie (met name inzake populatietrends)             lijkt

opneming in bijlage II verantwoord, wil men een verdere verslechtering van de status van de Manta-soorten vermijden en ervoor zorgen dat de handel duurzaam wordt.

NL

37

NL

UUVQTttlTTTVT TTTT

RESTREINT UE

Voorst elnr.

Taxon / behandelde kwestie

Voorstel

Indiener

Opmerkingen

Standpu nt

47

Paratrygon aiereba

- met annotatie waardoor de inwerkingtreding met 18 maanden wordt uitgesteld

O-II

CO

De soort wordt verhandeld maar de handelsintensiteit lijkt erg laag. Er is weinig informatie voorhanden over het effect van de onttrekking ten behoeve van de internationale handel op de behoudsstatus van de soort. (Er wordt gewacht op meer informatie alvorens een definitieve beoordeling te geven.)

48

Potamotrygon                     motoro,

Potamotrygon schroederi

met annotatie waardoor de inwerkingtreding met 18 maanden wordt uitgesteld

O-II

CO, EC

De soorten worden verhandeld maar er is weinig informatie voorhanden over het effect van de onttrekking ten behoeve van de internationale handel op de behoudsstatus ervan. (Er wordt gewacht op meer informatie alvorens een definitieve beoordeling te geven.)

49

Papilio hospiton

I — II

DK (EU)

[Voorgesteld door de EU]

50

Yucca queretaroensis

O-II

MX

In principe een positief standpunt, ook al is er weinig informatie over de handelsintensiteit en over de gevolgen van de onttrekking voor de behoudsstatus van de soort.

51

Operculicarya decaryi

O-II

MG

'••' £013


..V

J ■ M

De beschikbare informatie toont niet aan dat de internationale handel een bedreiging vormt voor de soort en dat opneming in de Cites-bijlage

gerechtvaardigd is (Deze beoordeling hm worden bijgesteld in het licht van nieuwe informatie.)

52

Hoodia spp.

- Annotatie #9 wijzigen

II-II

BW, NA, ZA

Krachtens de nieuwe ontwerp-annotatie kan een eventueel

etiketteringssysteem waarbij een bepaalde vorm van gecontroleerde exploitatie en productie wordt vrijgesteld,

NL

38

NL

BF.STBF.1NT TTF

RESTREINTUE

VoorstTaxon / behandelde kwestieVoorstelIndienerOpmerkingenStandpu
elnr.nt
worden opgezet door slechts
één van de 3 landen (BW,
NA, ZA) in plaats van
gezamenlijk zoals thans het
geval is.
53Panax ginseng, Panax quinquefolins - Annotatie #3 wijzigenII-IIUSDe ontwerp-annotatie beoogt het herstel van de stipulatie "[met uitzondering] van verwerkte delen of producten zoals poeders, pillen, extracten, tonica, theeën en snoepjes", na de handhavingsproblemen die zich sinds 2007 hebben voorgedaan.+
54Tillandsia kautskyiII - 0BREr zijn sedert 1992 geen meldingen meer van internationale handel in wilde specimens van deze soort.+
55Tillandsia sprengelianaII-OBRZie opmerking bij voorstel 54.+
56Tillandsia sucreiII-0BRZie opmerking bij voorstel 54.+
57Dudleya stolonifera, Dudleya traskiaeH-OUSDeze soorten zijn beschermd krachtens VS-wetgeving. De internationale handel wordt niet als een bedreiging voor de soorten gezien.+
58Diospyros spp. (populatie in MG)0 / III -MGDe internationale handel in+
Annotatie toevoegen ter specificatie van het-doelIIhet zeer gegeerde hout en de illegale kap vormen de belangrijkste bedreigingen voor de meeste van deze
soorten, waarvan bekend is
ie _-—:•dat ze in vele delen van hun
iverspreidingsgebied compleet zijn uitgedund.
• 3
Tenuitvoerleggingskwesties kunnen via een specifiek
:**- .tenuitvoerleggingsplan
worden aangepakt.
59Aniba rosaeodora , - Annotatie #12 wijzigenII-IIBRHet voorstel strookt met de aanbevelingen van het Comité planten en de Werkgroep annotaties van+

NL

39

NL

rurcrrDTTTXPT tttt

RESTREINTUE

Voorst elnr.Taxon / behandelde kwestieVoorstelIndienerOpmerkingenStandpu nt
het Permanent Comité. Het biedt geen oplossing voor het

tenuitvoerleggingsprobleem betreffende complexe mengsels en bestanddelen van parfums.
60Dalbergia cochinchinensis - annotatie #5 toevoegen0-11TH, VNPositief standpunt, hoewel er voor sommige landen in het verspreidingsgebied weinig gegevens zijn. De Thaise palissander wordt evenwel bedreigd door de internationale handel in aan de wilde natuur onttrokken specimens.+
61Dalbergia retusa, Dalbergia granadillo0-11BZPositief standpunt, hoewel er zeer weinig gegevens zijn over de behoudsstatus van deze soorten in sommige landen in het verspreidingsgebied. Deze palissandersoorten worden evenwel bedreigd door de internationale handel in (hoofdzakelijk eindproducten van) aan de wilde natuur onttrokken specimens.+
62Dalbergia stevensoniiO-IIBZPositief standpunt, hoewel er zeer weinig gegevens zijn over de behoudsstatus van deze soort in sommige landen in het verspreidingsgebied. Deze palissandersoort wordt evenwel bedreigd door de internationale handel in (hoofdzakelijk eindproducten van) aan de wilde natuur onttrokken specimens.+
63Dalbergia spp. (populatie in MG)

Annotatie toevoegen ter specificatie van het doel
0 fill -

11
MGDe internationale handel in het zeer gegeerde hout en de illegale, kap vormen de belangrijkste bedreigingen voor de meeste van deze soorten, waarvan bekend is dat ze in vele delen van hun verspreidingsgebied+

NL

40

NL

RESTREINT UE

RESTREINT UE

Voorst einr.Taxon / behandelde kwestieVoorstelIndienerOpmerkingenStandpu nt
compleet zijn uitgedund. Tenuitvoerleggingskwesties kunnen via een specifiek tenuitvoerleggingsplan worden aangepakt.
64Senna meridionalisO-IIMGDe beschikbare informatie toont niet aan dat de internationale handel een bedreiging vormt voor de soort en dat opneming in de Cites-bijlage gerechtvaardigd is
65A deniafiringalavensisO-IIMGDe beschikbare informatie toont niet aan dat de internationale handel een bedreiging vormt voor de soort en dat opneming in de Gites-bijlage gerechtvaardigd is
66Adenia subsessifoliaO-IIMGDe beschikbare informatie toont niet aan dat de internationale handel een bedreiging vormt voor de soort en dat opneming in de Cites-bijlage gerechtvaardigd is
67Uncarina grandidieriO-IIMGDe beschikbare informatie toont niet aan dat de internationale handel een bedreiging vormt voor de soort en dat opneming in de Cites-bijlage

gerechtvaardigd is {Deze beoordeling kan worden bijgesteld in het licht van nieuwe informatie.)
68Uncarina stelluliferaO-IIMGDe beschikbare informatie toont niet aan dat de internationale handel een bedreiging vormt voor de soort en dat opneming in de Cites-bijlage

gerechtvaardigd is (Deze beoordeling kan worden bijgesteld in het licht van nieuwe informatie.)
69Osyris lanceolaltrO-II;

-
KEDe beschikbare informatie0

NL

41

NL

RESTREINT UE

RESTREINTUE

Voorst elnr.

Taxon / behandelde kwestie

Voorstel

Indiener

Opmerkingen

Standpu nt

toont niet aan dat de internationale handel een bedreiging vormt voor de soort en dat opneming in de Cites-bijlage

gerechtvaardigd is (Er wordt gewacht op meer informatie alvorens een definitieve beoordeling te geven.)

70

Aquilaria spp., Gyrinops spp.

Annotatie #4 vervangen door een nieuwe annotatie

II-II

CN, KW

ID,

De voorgestelde annotatie kan         resulteren          in

uitvoerings- en handhavings-(identificatie-)problemen, met name met betrekking tot oliemengsels die minder dan 15 % agarhoutolie bevatten, afgewerkte             poeders,

bidsnoerkralen en snijwerk. Voorstellen om dit voorstel aan Comité I te onttrekken en een specifieke Werkgroep agarhout in te stellen.

-/+

71

Cyphostemma laza

0-11

MG

De beschikbare informatie toont niet aan dat de internationale handel een bedreiging vormt voor de soort en dat opneming in de Cites-bijlage

gerechtvaardigd is {Deze beoordeling kan worden bijgesteld in het licht van nieuwe informatie.)

* als depotregering op verzoek van het betrokken comité.

** in afwachting van de ontvangst van het officiële indieningsdocument

h ie

man»,

HAltO,3

'O/J?


NL

42

NL

RESTREINT UE