Kabinet-Thorbecke III (1871-1872)

Source: Parlement.com.

Net als het voorgaande kabinet i was dit een liberaal kabinet, met de 73-jarige Thorbecke i als leider. Herziening van de defensie-organisatie stond hoog in het vaandel. Het kabinet was, zo heette het, aangetreden "Met het geweer op de schouder". Van realisering van de plannen tot legerhervorming kwam echter niets terecht. Gedurende de 19 maanden die het kabinet aan het bewind was, waren er liefst drie ministers van Oorlog.

Van de voorstellen voor belastingherziening van minister Blussé van Oud-Alblas kwam evenmin iets terecht. Een voorstel om een inkomstenbelasting in te voeren in ruil voor afschaffing van het recht van patent en de accijns op vlees werd door de Tweede Kamer op 2 mei 1872 afgewezen. Het kabinet besloot een dag later zijn ontslag aan te bieden.

Het kabinet trad op 4 januari 1871 aan. Thorbecke was vanaf december 1871 geregeld afwezig vanwege ziekte. De ministerraad vergaderde vanaf mei 1872 bij hem thuis. Ten tijde van besprekingen over reconstructie van het kabinet overleed, op 4 juni 1872, Thorbecke. Hierna werd een geheel nieuw kabinet (kabinet-De Vries i) gevormd, dat op 6 juli 1872 aantrad.

1.

Data en feiten formatie

Nadat reconstructie van het kabinet-Van Bosse/Fock i door de ministers Fock i en Brocx i. was mislukt, kreeg Thorbecke de opdracht tot formatie. Het aanzoeken van ministers liet heel deels over aan zijn geestverwanten Dullert i en Van der Linden i.

 

datum

wat

wie

tot en met

dagen

24 november 1870

benoeming formateurs

L.G. Brocx i en C. Fock i

28 november 1870

5

1 december 1870

benoeming formateur

J.R. Thorbecke i

2 januari 1871

33

4 januari 1871

beëdiging (nieuwe) ministers

5 juni 1872

518

6 juni 1872

kabinet demissionair

 

5 juli 1872

30

6 juli 1872

ontslag verleend

koning Willem III

   

2.

Samenstelling kabinet

Buitenlandse Zaken
minister a.i.: J.J. van Mulken (Liberalen) (4 januari 1871 - 18 januari 1871)
minister: Mr. J.L.H.A. baron Gericke van Herwijnen (Liberalen) (18 januari 1871 - 6 juli 1872)

Justitie
minister: Mr.Dr. J.A. Jolles (Liberalen)

Binnenlandse Zaken
minister: Dr.Mr. J.R. Thorbecke (Liberalen) (4 januari 1871 - 4 juni 1872)
minister a.i.: Mr. P.Ph. van Bosse (Liberalen) (4 juni 1872 - 6 juli 1872)

Financiën
minister: Mr. P. Blussé van Oud-Alblas (Liberalen)

Oorlog
minister: G.P. Booms (Liberalen) (4 januari 1871 - 28 januari 1871)
minister: A. Engelvaart (Liberalen) (28 januari 1871 - 23 december 1871)
minister a.i.: L.G. Brocx (Liberalen) (23 december 1871 - 5 februari 1872)
minister: F.A.Th. Delprat (Liberalen) (5 februari 1872 - 6 juli 1872)

Marine
minister: L.G. Brocx (Liberalen)

Koloniën
minister: Mr. P.Ph. van Bosse (Liberalen)

3.

Mutaties

Minister Booms van Oorlog trad na drie weken af vanwege overspannenheid. Hij had onvoldoende steun gekregen voor zijn plannen voor een beter defensiestelsel. Zijn opvolger, Engelvaart, vertrok binnen een jaar omdat hij, anders dan zijn collega's, er niet van overtuigd was, dat de Grondwet regeling van het defensiestelsel bij wet voorschreef.

4.

Bijzonderheden en wetgeving

De Tweede Kamer aanvaardde in november 1871 een amendement-Dumbar op de begroting van Buitenlandse Zaken, waardoor er een einde kwam aan het Nederlandse gezantschap bij de Paus. Het kabinet verzette zich hier niet tegen.

De goedkeuring in 1872 van een in 1867 gesloten verdrag met Groot-Brittannië zorgt voor de vrije hand op Sumatra bij het onderdrukken van opstand en piraterij, in ruil voor de overdracht van de bezittingen aan de Kust van Guinea. Dit leidde tot de langdurige Atjeh-oorlog.

Minister Jolles bracht een wet tot opheffing van het coalitie- of stakingsverbod (1872) tot stand. Door een wijziging van de Code Penal wordt de strafbaarheid voor het (gezamenlijk) staken van werk door werklieden opgeheven.