Partijvoorzitter
Een partijvoorzitter is de voorzitter van het bestuur van een politieke partij1. De voorzitter leidt de 'vereniging', die de politieke partij ook is. Hieronder vallen allerlei 'huishoudelijke' zaken, zoals de administratie, het organiseren van congressen en het in goede banen leiden van de procedures rond de totstandkoming van verkiezingsprogramma's en kandidatenlijsten. Vrijwel nooit is de voorzitter tevens de politiek leider2 van de partij.
In het verleden werd het partijvoorzitterschap wel gecombineerd met het politiek leiderschap. Zo waren P.J. Oud3 (VVD) en J. Schouten4 (ARP) fractie- en partijvoorzitter. Sinds lang is dat niet meer het geval. De laatste uitzondering was Jan Marijnissen5. Hij was tussen 1988 en 2008 zowel politiek leider als partijvoorzitter van de SP.
Voorzitters van coalitiepartijen zijn in de regel wel aanwezig bij het bewindsliedenoverleg. Dat is een wekelijks overleg met de bewindslieden en de top van de Tweede Kamerfractie6, de Eerste Kamerfractie7 en de eurofractie van een partij. De mate waarin partijvoorzitters op de voorgrond treden en politiek getinte uitspraken doen, verschilt per partij. Dergelijke uitspraken leidden in het verleden wel eens tot conflicten.
Bij de meeste partijen vindt de politieke top in de Tweede Kamer8 en/of het kabinet9 het niet zo prettig als de partijvoorzitter zich nadrukkelijk politiek manifesteert. Het risico bestaat namelijk dat de voorzitter de politici voor de voeten loopt. Soms kan het voor een partij echter ook aantrekkelijk zijn als een partijvoorzitter een 'onversneden' geluid laat horen richting de achterban. Met het oog op bestaande of eventuele toekomstige coalitiebelangen is dat voor de 'Haagse' politici vaak veel lastiger.
Spraakmakende partijvoorzitters waren in het verleden onder anderen Max van den Berg10 en Felix Rottenberg11 (PvdA), Haya van Someren12 (VVD), Piet Bukman13 (CDA) en Piet Steenkamp14 (federatieve CDA)
Neem contact op met de redactie van PDC voor een overzichten van partijvoorzitters en over opvallende wisselingen. Overzichten van partijvoorzitters van huidige partijen zijn te vinden via www.dnpp.nl
Meer over
- 1.Een politieke partij is een groep van politieke geestverwanten. Politieke partijen streven vaak meer dan één doel na, zoals bevordering van werkgelegenheid, een eerlijke inkomensverdeling, een schoon milieu of het bestrijden van criminaliteit. Omdat niet iedereen deze doelen op dezelfde wijze nastreeft, zijn er meer partijen ontstaan.
- 2.Politiek leiders treden naar buiten toe op als het 'boegbeeld' en het aanspreekpunt van hun partij. Binnen hun partij moeten zij zorgen voor politieke eensgezindheid.
- 3.Staatsman, geschiedschrijver, staatsrechtgeleerde en voorman van de VDB en de VVD. Begon zijn loopbaan als kandidaat-notaris en belastingontvanger en was al op jonge leeftijd een vooraanstaand en veelzijdig Tweede Kamerlid. Trad in 1933 met Marchant toe tot het crisiskabinet-Colijn en voerde als minister van Financiën een strak bezuinigingsbeleid. In 1938 burgemeester van Rotterdam (tot 1952). Na de oorlog korte tijd lid van de PvdA, maar voelde zich daarin toch niet thuis en richtte met Stikker in 1948 de VVD op. Werd daarvan de onbetwiste politieke leider. Sprak met een wat hoge, zachte stem, maar had in de Kamer veel gezag door zijn kennis van het staats- en parlementsrecht. Kon overigens ook vilein uit de hoek komen en gold als autoritair. Schreef standaardwerken over de parlementaire geschiedenis.
- 4.Bijna veertig jaar lid van de Tweede Kamer voor de ARP en drieëntwintig jaar de zeer dominante fractie- en partijvoorzitter, wiens wil in de fractie wet was. Zoon van een haringvisser uit Maassluis die al op jonge leeftijd ging werken. Subliem product van de Gereformeerde Jongelingsvereniging en typische mannenbroeder. Autodidact. Was in Rotterdam enige tijd wethouder. Fractievoorzitter van de ARP in de Tweede Kamer vanaf de jaren dertig en opvolger van Colijn. Tijdens de bezetting moedig, karaktervast en onverzettelijk. Overleefde het beruchte kamp Mauthausen, maar zei in 1945 tegen Wilhelmina: ik ben niet veranderd. Ageerde met zijn krachtige, sonore stemgeluid tegen de Indië-politiek van de kabinetten-Beel en -Drees. Hield de ARP na de oorlog lange tijd in isolement. Verliet in 1956 de politiek en was nog ruim twee jaar staatsraad.
- 5.Politiek voorman en lange tijd 'het gezicht' van de Socialistische Partij. Voor die partij vanaf 1994 zestien jaar Tweede Kamerlid, waarvan veertien jaar fractievoorzitter. Werd eerder, in 1975, lid van de gemeenteraad van Oss en bleef dat tot 1993 en was in 1987-1989 lid van Provinciale Staten van Noord-Brabant. Fabrieksarbeider - hij was worstmaker bij 'Unox' en constructie-bankwerker/lasser - die altijd duidelijke taal sprak. Goed debater, die een belangrijke factor was bij de groei van zijn partij in de periode tot 2006. Moest in 2008 vanwege gezondheidsproblemen voortijdig zijn leiderschap neerleggen. Hij bleef tot 2015 wel partijvoorzitter; een functie die hij sinds 1988 had.
- 6.Een Tweede Kamerfractie is een organisatie van Tweede Kamerleden die deel uitmaken van dezelfde politieke partij en die zowel op hoofdlijnen als bij deelonderwerpen in de Tweede Kamer standpunten bepaalt. Daarnaast worden in een fractie onderling de werkzaamheden verdeeld. Een fractie staat onder leiding van een fractievoorzitter. Tweede Kamerfracties hebben personeel in dienst, zoals voorlichters en beleidsmedewerkers.
- 7.Een organisatie van Kamerleden die deel uitmaken van dezelfde politieke partij en gezamelijke standpunten bepaalt, noemen we een fractie. De fractievoorzitter geeft leiding aan een fractie en treedt als woordvoerder op bij belangrijke debatten. De Eerste Kamerfracties kennen geen fractiecommissies.
- 8.De Tweede Kamer is deel van de volksvertegenwoordiging. Zij speelt een belangrijke rol bij de totstandkoming van wetten, controleert de regering en beslist over de vraag of een kabinet (of bewindspersoon) genoeg vertrouwen heeft.
- 9.Met het begrip kabinet worden alle ministers en staatssecretarissen bedoeld. Een kabinet wordt genoemd naar de minister-president, bijvoorbeeld het kabinet-Drees of het kabinet-Kok. In het spraakgebruik worden de begrippen regering en kabinet vaak door elkaar gebruikt. Strikt genomen, is er echter een verschil tussen beide. Met de term 'regering' duiden we het staatshoofd (koning of koningin) samen met de ministers aan.
- 10.Max van den Berg (1946) was a member of the European Parliament from 20 July 1999 to 1 September 2007 as an independent member, and was aligned with the Progressive Alliance of Socialists and Democrats. He took seat in Parliament on behalf of the Netherlands.
- 11.Intelligente, spreekvaardige en vrijgevochte Amsterdamse sociaaldemocraat, die al op jonge leeftijd actief was in de PvdA. Als voorzitter van de Jonge Socialisten lid van het partijbestuur ten tijde van Den Uyl. Bekleedde later functies op cultureel en journalistiek gebied en werd in 1992 samen met Ruud Vreeman voorzitter van de PvdA. Stuurde aan op partijvernieuwing, hetgeen onder meer leidde tot grote wijzigingen op de kandidatenlijst. Gooide regelmatig de knuppel in het hoenderhok en was voorstander van openlijke debatten. Een ziekte dwong hem zijn voorzitterschap neer te leggen. Keerde later terug in de journalistiek als programmamaker.
- 12.Bekende, populaire en spraakmakende VVD-politica, die samen met Hans Wiegel en Harm van Riel in de jaren zeventig het gezicht van de VVD bepaalde. Kwam, na journaliste te zijn geweest, in 1959, als jonge vrouw in de Tweede Kamer en toonde zich als onderwijswoordvoerster een geducht tegenspeelster van Cals. Tegenstander van de Mammoetwet. Als omroepspecialist voorstander van een bestel met ruimte voor commercie. Als partijvoorzitter droeg zij sterk bij aan groei van de VVD. Vanaf 1976 fractievoorzitter in de Senaat; daar kruiste zij ook de degens met minister Van Kemenade over de Middenschool. Sprak op een kenmerkende, wat geaffecteerde wijze, heldere politieke taal. Zou in 1977 minister van Onderwijs zijn geworden als een ziekte dat niet had verhinderd. Overleed in 1980 op nog relatief jonge leeftijd.
- 13.Vooraanstaand CDA-politicus van antirevolutionairen huize, afkomstig uit een tuindersgezin. Maakte carrière in de Christelijke Land- en Tuinbouwbond. Was in 1980 de eerste voorzitter van het CDA na de fusie van KVP, ARP en CHU. Stond bekend om zijn krachtige optreden. Wekte daarmee op den duur wrevel, maar wist zo wel effectief leiding te geven aan het verdere fusieproces. Korte tijd senator en vervolgens minister voor Ontwikkelingssamenwerking in het kabinet-Lubbers II. Werd daarna - zeer tegen zijn zin - staatssecretaris in het kabinet-Lubbers III, maar volgde in 1990 Braks op als minister van Landbouw. In 1996 vrij onverwacht Tweede Kamervoorzitter als opvolger van Deetman, hoewel velen een voorkeur hadden voor Ali Doelman, die tot dan ondervoorzitter was. Zijn Kamervoorzitterschap werd niet als een groot succes beschouwd en eindigde in 1998.
- 14.Katholieke hoogleraar en 'geestelijke vader' van het CDA. Leidde met groot enthousiasme en vasthoudendheid de federatie van KVP, ARP en CHU en het fusieproces van die drie partijen, dat in 1980 uitmondde in het CDA. Was aanvankelijk ondernemer in de conservenindustrie en daarna hoogleraar sociaal recht in Eindhoven. Leidde ook een pastoraal concilie over vernieuwing van de Nederlandse katholieke kerk. Stond enige jaren bekend als 'Rooie Piet', maar was wel de architect van het centrumrechtse kabinet-Biesheuvel. Politieke peetvader van Dries van Agt. Als Eerste Kamervoorzitter leidde hij de vergaderingen met kenmerkende roomse blijmoedigheid. Na zijn afscheid als Kamervoorzitter nog acht jaar 'gewoon' senator. Samenbindende figuur die overeenkomstig de leer van Thomas van Aquino inzet voor de publieke zaak als opdracht zag.
- 15.Alle huidige politieke partijen, met uitzondering van de PVV, zijn verenigingen. Dit houdt in dat mensen met gelijkgestemde ideeën zich hebben verenigd en een beginsel- of verkiezingsprogramma hebben vastgelegd. Afhankelijk van hun grootte zijn deze verenigingen vaak uitgebouwde organisaties met een jongerenafdeling, provinciale en lokale afdelingen en verschillende themagroepen. Een van de belangrijkste taken is het opstellen van een kandidatenlijst voor verkiezingen. Leden kunnen, afhankelijk van de statuten van de partij, vaak dus bepalen wie de lijsttrekker wordt.