27250 - Overgangswet elektriciteitsproductiesector
Please note
This page contains a limited version of this dossier in the EU Monitor.
Dit wetsvoorstel werd op 28 juli 2000 ingediend door de minister van Economische Zaken, Jorritsma-Lebbink1.
Dit voorstel is gebaseerd op de overweging, dat het wenselijk is in verband met de liberalisering van de elektriciteitsproductie te voorzien in regels voor de verdeling van rechten en verplichtingen bij de beëindiging van de overeenkomst van samenwerking van de elektriciteitsproductiesector, voor de tegemoetkoming in de daarmee verband houdende kosten van die sector en voor de overgang van de meerderheid van de aandelen van de vennootschap die is aangewezen als netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet naar de Staat.
Contents
Regels met betrekking tot het beëindigen van de overeenkomst van samenwerking van de elektriciteitsproductiesector en tot het aandeelhouderschap van de netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet (Overgangswet elektriciteitsproductiesector)
Bij dit wetsvoorstel werden een nota van wijziging en 19 amendementen ingediend. Bij dit dossier werden in de Tweede Kamer twaalf moties ingediend.2 |
28 juli 2000, memorie van toelichting, nr. 3
KST47435 Memorie van toelichting publicatie: 9 augustus 2000 |
Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met het inleidende gedeelte van de memorie van toelichting, alle documenten in dit dossier, een overzicht van door dit wetsvoorstel gewijzigde wetten, een overzicht van Kamerleden en bewindslieden die bij de behandeling van dit dossier het woord hebben gevoerd en een overzicht van verwante dossiers.
The full version is available for registered users of the EU Monitor by ANP and PDC Informatie Architectuur.
The EU Monitor enables its users to keep track of the European process of lawmaking, focusing on the relevant dossiers. It automatically signals developments in your chosen topics of interest. Apologies to unregistered users, we can no longer add new users.This service will discontinue in the near future.
- 1.Annemarie Jorritsma (1950) was van 9 juni 2015 tot 13 juni 2023 Eerste Kamerlid voor de VVD en sinds 24 november 2015 fractievoorzitter. In 1982 begon haar Haagse politieke loopbaan als Tweede Kamerlid, nadat zij eerder raadslid in Bolsward was. In het kabinet-Kok I was mevrouw Jorritsma minister van Verkeer en Waterstaat en in het kabinet-Kok II minister van Economische Zaken en vicepremier. Nadat zij in 2002 de verkiezing tot Kamervoorzitter had verloren, verliet zij de Tweede Kamer. Na waarnemend burgemeester van Delfzijl te zijn geweest, was mevrouw Jorritsma in 2003-2015 burgemeester van Almere. Tevens was zij zeven jaar voorzitter van de VNG.
- 2.Ferd Crone (1954) is sinds 13 juni 2023 lid van de gezamenlijke PvdA/GroenLinks-fractie in de Eerste Kamer. Hij was sinds 11 juni 2019 lid van de PvdA-Eerste Kamerfractie. Hij was eerder in de periode 1994-2007 Tweede Kamerlid en van november 2007 tot juli 2019 burgemeester van Leeuwarden. De heer Crone was onderzoeker bij de Universiteit van Amsterdam, bestuurder van de Vervoersbond FNV en beleidsmedewerker milieubeleid bij die vakbond. Als Tweede Kamerlid hield de heer Crone zich bezig met financiën en energievraagstukken. In de Eerste Kamer houdt hij zich bezig met economische zaken en klimaat.
- 3.CDA-Tweede Kamerlid, na eerder voorman van de christelijke metaalwerkgevers te zijn geweest. Telg van een Delfts katholiek gezin en zoon van een schooldirecteur. Begon zijn loopbaan als accountant en werkte in Duitsland en de Verenigde Staten. Was daana voorzitter van de FME, de organisatie van metaalwerkgevers. Gedurende één periode woordvoerder economische zaken van de CDA-fractie en nauw betrokken bij de discussies over de privatisering van de energiesector, een beleidsterrein waarvoor toen in de media betrekkelijk weinig aandacht was. Verzette zich onder meer met succes tegen privatisering van het hoogspanningsnet.
- 4.Voorman van de RPF en de ChristenUnie in de Tweede Kamer. Was aanvankelijk timmerman en daarna werkzaam in de hout- en bouwmaterialenhandel. Zijn politieke loopbaan begon in Provinciale Staten van Zeeland, waar hij onder meer fractievoorzitter was. In 1994 opvolger van Leerling als politiek leider van de RPF. Hield zich vooral bezig met het financieel-economisch beleid en sociale zaken. Bracht samen met het PvdA-lid Bussemaker een initiatiefwet tot stand over zondagsarbeid. Kwam in opspraak vanwege een op zijn religeuze overtuiging gebaseerde uitspraak over homoseksuelen. Overigens in de omgang een minzaam man, die veel werk maakte van zijn Kamerlidmaatschap. Na de fusie van RPF en GPV enige tijd eerste man van de ChristenUnie.
- 5.Groningse vakbondsvrouw die veertien jaar een spreek- en strijdvaardig lid van de GroenLinks-Tweede Kamerfractie was. Kwam uit de kring van de PSP en is overtuigd republikein. In de FNV was zij regiohoofd van de regio Noord (Friesland, Groningen en Drenthe) en daarnaast negen jaar gemeenteraadslid in Groningen. In de Tweede Kamer hield zij zich onder meer bezig met arbeid en zorg, emancipatie, verkeer, binnenlands bestuur en koninkrijksrelaties. Verder was zij vicefractievoorzitter, lid van het Kamerpresidium en voorzitter van vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Was in 2013-2017 regiodirecteur Noord bij de Nederlandse Spoorwegen en is nu burgemeester van Schiermonnikoog.
- 6.Uit het bedrijfsleven afkomstig Tweede Kamerlid van D66 tijdens de paarse kabinetten. Was directeur van een installatiebedrijf en voorzitter van de werkgeversorganisatie in de installatiebranche. In de Kamer woordvoerder voor onder meer economische zaken (industriebeleid, winkeltijden) en marktwerking in het openbaar vervoer. Maakte zich sterk voor betere verantwoording van overheidsuitgaven en was vier jaar voorzitter van de commissie voor de rijksuitgaven. Deed van zich spreken toen hij zich zeer kritisch uitliet over de band die tussen het koningshuis en de familie Zorreguieta zou ontstaan door het huwelijk van de prins van Oranje.
- 7.VVD-Tweede Kamerlid met een vlotte presentatie en uitstraling, dat zich steeds inzette voor de belangen van het bedrijfsleven in het algemeen en voor innovatie in het bijzonder. Was voor zij in de Kamer kwam juridisch tolk-vertaler Frans, actief in een aantal besturen en lid van Provinciale Staten van Noord-Holland. Als woordvoerster ICT-beleid één van de eerste leden met een eigen website. Beschouwde de functie van Kamerlid als de hoogste eer, die er was.
- 8.Vertegenwoordiger van de christelijke vakbeweging, die acht jaar voor het CDA in de Eerste Kamer zat. Afkomstig uit de streek rond Kampen en daar aanvankelijk werkzaam in de tuinbouw. Begon zijn vakbondsloopbaan bij de Nederlandse Christelijke Agrarische Bond (NCAB) en klom, als selfmade man, bij het CNV via de functies van secrertaris en tweede voorzitter op tot voorzitter. In de Eerste Kamer was hij een sociaal bewogen woordvoerder sociale zaken die ook regelmatig het woord voerde over economische zaken, ontwikkelingssamenwerking en beroepsonderwijs.
- 9.Hoogleraar economie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, die vier jaar voor de PvdA zitting in de Eerste Kamer had. Zoon van een predikant. Kwam al op jonge leeftijd in de wetenschap terecht en was daarna ambtenaar op financiën. Behoorde tot de economische denktank van de PvdA en leidde een belangrijke partijcommissie over de verzorgingsstaat. Wilde de rol van sociale partners bij de uitvoering van sociale zekerheid verkleinen. Was verder kroonlid van de Sociaal-Economische Raad en lid van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid. In de Eerste Kamer hield hij zich bezig behalve met financieel en sociaal beleid ook bezig met beleidsterreinen als defensie en hoger onderwijs. Ontspannen, beschouwende wetenschapper, die enige humor niet schuwde.
- 10.Toegewijd Eerste Kamerlid van de SGP en als zodanig zestien jaar woordvoerder op uiteenlopende beleidsterreinen. Hij voerde bijvoorbeeld het woord over volksgezondheid, verkeer, economische zaken en sociale zaken. Vervulde directiefuncties op het terrein van de volksgezondheid en was burgemeester van Sint Philipsland (1973-1981) en van Genemuiden (1981-1987). Bescheiden en minzame senator, die een principiële inbreng combineerde met een constructieve opstelling.
- 11.Kamerlid van GroenLinks, die bekend stond als 'de man met de rode shawl'. Sportieve buurtactivist uit Groningen. Kenner van de kraakbeweging. Behoorde als oud-PSP'er tot de linkervleugel van GroenLinks. Als Eerste Kamerlid woordvoerder op velerlei terreinen, waarbij hij bewindslieden en opponenten strijdbaar tegemoet trad. In de Tweede Kamerfractie van GroenLinks, waarnaar hij in 2001 tussentijds overstapte, lag hij minder goed vanwege zijn solistische optreden. Overtuigd Republikein en antimilitarist.
- 12.Vriendelijk, maar vasthoudend VVD-Eerste Kamerlid dat kon bogen op een rijke politieke en ambtelijke ervaring. Was onder meer wethouder in Heemstede, directeur Interbestuurlijke betrekkingen en informatievoorziening op het ministerie van Binnenlandse Zaken en regionaal inspecteur milieuhygiëne. Daarnaast bekleedde zij functies op het gebied van het energiebeleid. Was voorzitter van de vaste commissie voor volkshuisvesting en ruimtelijke ordening en (tweede) ondervoorzitter van de Kamer. In die functie speelde zij een belangrijke rol bij een interne reorganisatie van de ambtelijke dienst van de Senaat. Hield zich ook bezig met verkeer en waterstaat.
- 13.Natuurkundige, jeugdboekenschrijver en D66-voorman; na Van Mierlo hét gezicht van D66. In 1971 Tweede Kamerlid en in 1973 fractievoorzitter. Wist in 1976 zijn partij te redden en vervolgens naar electoraal succes te leiden. Vicepremier en minister van Economische Zaken in het tweede kabinet-Van Agt. Botste toen vaak met zijn collega-minister Den Uyl en kwam zowel binnen als buiten zijn partij onder vuur te liggen. Werd in 1982 met tegenzin weer lijsttrekker, maar verdween na de voor D66 teleurstellende verkiezingen enige jaren van het politieke toneel. In 1991 de eerste D66-Commissaris van de Koningin en later nog vier jaar senator. Kalme, vriendelijke domineeszoon, die als de verpersoonlijking van 'het redelijke alternatief' (de slogan van zijn partij) bekendstond en door velen werd getypeerd als 'de ideale schoonzoon'.
- 14.SP'er met een lange politieke en bestuurlijke staat van dienst. Was als jurist werkzaam bij onder meer de NOS en later advocaat. Als deskundige op het gebied van beroepsziekten zette hij zich in het bijzonder in voor asbestslachtoffers. Hij was tevens gemeenteraadslid in Utrecht. Zijn Eerste Kamerlidmaatschap besloeg de periode 1998-2019, maar werd diverse keren onderbroken. Zo verliet hij in 2018 de Senaat om in zijn geboorteprovincie Limburg gedeputeerde te worden. Toen daar al na enkele maanden na een conflict een einde kwam, keerde hij nog een jaar terug in de Eerste Kamer. Was geruime tijd SP-fractievoorzitter en later woordvoerder justitie.