Beleid buitenland
Contents
De migratie-agenda van de Europese Unie1 heeft vier doelstellingen: niet-reguliere migratie (bijvoorbeeld via mensensmokkelaars) minder aantrekkelijk maken, levens redden en de buitengrenzen beveiligen, een geharmoniseerd Europees asielbeleid en het aantrekken van mensen met vaardigheden. Asiel en migratie is een beleidsterrein waarop zowel de EU als de individuele lidstaten bevoegdheden hebben. De EU mag bijvoorbeeld de bewaking aan de EU-buitengrenzen versterken, terwijl de individuele lidstaten beslissen over de integratie van migranten in hun land.
Het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid (GBVB) van de EU richt zich voornamelijk op het wereldwijd bevorderen van democratie en mensenrechten, het stimuleren van vrije en eerlijke handel, en het garanderen van vrede en veiligheid. Daarom vinden regelmatig bijeenkomsten plaats tussen de ministers van Buitenlandse Zaken van Europese lidstaten2. De Europese Dienst voor Extern Optreden (EDEO), onder leiding van de Hoge Vertegenwoordiger3 Josep Borrell4, vertegenwoordigt de EU in de rest van de wereld.
Het beleid buurlanden, officieel het Europees Nabuurschapsbeleid (European Neighbourhood Policy ofwel ENP) richt zich op buurlanden die geen lid zijn van de Europese Unie1. De Europese Unie wil die landen ondersteunen bij democratiseringsprocessen en hun economische ontwikkeling, en nauw samenwerken op het gebied van veiligheid en migratie. Dit moet bijdragen aan stabiliteit aan de buitengrenzen van de Europese Unie.
Nationale veiligheid is in de Europese Unie de uitsluitende verantwoordelijkheid van elke afzonderlijke lidstaat. De militaire verdediging van veel lidstaten wordt, behalve door hun eigen nationale leger, gegarandeerd door de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie5 (NAVO). Wel wordt er op de nodige fronten nauw samengewerkt door de lidstaten.
Binnen de Europese douane-unie passen de EU-lidstaten onderling geen invoertarieven toe en hanteren zij voor goederen uit het buitenland dezelfde tarieven. Op 1 januari 1993 werden alle douaneformaliteiten aan de binnengrenzen afgeschaft. De EU werd daardoor één grondgebied zonder grenscontroles. De afwezigheid van douaneformaliteiten is een belangrijk onderdeel van de interne markt6.
De Europese Unie levert vier soorten humanitaire hulp: noodhulp, voedselhulp, hulp aan vluchtelingen en het ondersteunen van onderwijs. Ieder jaar worden er gebieden in de wereld getroffen door natuurrampen en oorlogen. Via de Europese hulporganisatie ECHO7 levert de Europese Unie1 in dit soort gevallen hulp aan de getroffen gebieden. Daarnaast bestaat er een Europese snelle interventiemacht om in het geval van crisissituaties snel ter plaatse hulp te verlenen.
De EU voert een actief mensenrechtenbeleid. Zo vraagt de EU zowel binnen als buiten de EU voortdurend aandacht voor schendingen van mensenrechten. Speerpunten daarbij zijn de rechten van vrouwen, kinderen, minderheden en ontheemden.
Het ontwikkelingsbeleid van de EU is erop gericht om hulp te bieden en handel te drijven. Achtergebleven bevolkingsgroepen moeten weer controle krijgen over hun eigen ontwikkeling. Deze ontwikkeling moet op duurzame wijze en in onderlinge samenwerking plaatsvinden.
Met dit beleid wil de EU de veiligheid waarborgen, nu binnen de Schengenzone landsgrenzen verdwenen zijn. Die zone is er sinds het Verdrag van Schengen8. Dat regelt het vrije verkeer van personen9 tussen 27 deelnemende landen in Europa. Op grond van dit verdrag kunnen burgers van de deelnemende landen vrij reizen binnen de Schengenzone. Om deze vrijheid in goede banen te kunnen leiden, heeft de EU competenties op het beleidsterrein van visa.
Sinds de aanslagen van 11 september 2001 in New York staat terrorismebestrijding hoog op de Europese agenda. In de decennia die volgden is ook Europa meermaals getroffen door terroristische aanslagen. Deze aanslagen hebben het EU1-beleid mede gestuwd. Ook voor andere grote samenwerkingsverbanden in en buiten Europa (Raad van Europa10, OVSE11 en NAVO5) is terrorismebestrijding een prioriteit.
- 1.De Europese Unie (EU) is het belangrijkste samenwerkingsverband in Europa. De deelnemende landen hebben voor deze Unie een aantal organisaties opgericht waaraan zij een deel van hun eigen bevoegdheden hebben overgedragen. Dit zijn onder meer het Europees Parlement, de Europese Commissie, de Raad en het Europese Hof van Justitie.
- 2.The Foreign Affairs Council (FAC) is composed of the ministers of foreign affairs, defense and/or development of the Member States of the European Union.
- 3.De Hoge Vertegenwoordiger (HV) geeft de Europese Unie internationaal gezien één gezicht en één stem op het terrein van het buitenlands en veiligheidsbeleid. Zo moet er meer samenhang in het externe optreden en het buitenlandse beleid van de Europese Unie komen. De HV deelt het podium met de Vaste voorzitter van de Europese Raad. Deze onderhoudt namens de EU de contacten op het niveau van staatshoofden en regeringsleiders.
- 4.Josep Borrell Fontelles (1947) is the high representative for foreign and security policy of the EU in the Von der Leyen Commission since December 1st 2019 on behalf of Spain. He served as minister in several governments in Spain, and as member of the European Parliament - which he chaired from 2004-2007. He was aligned with the Progressive Alliance of Socialists and Democrats.
- 5.De Noord-Atlantische Verdrags Organisatie (NAVO) werd in 1949 opgericht met als doel de veiligheid en vrijheid van de aangesloten landen te garanderen en wereldwijd stabiliteit te bevorderen. De organisatie realiseert deze doelstelling door de inzet van politieke en militaire middelen. De NAVO bestaat uit 1 landen uit Europa en Noord-Amerika. Ieder lid van de NAVO draagt bij met mankracht, materieel en andere middelen.
- 6.De interne markt is de ruimte zonder binnengrenzen waarin het vrij verkeer van goederen, personen, diensten en kapitaal in de Europese Unie is gewaarborgd. Het begrip interne markt heeft alleen betrekking op het vrij verkeer binnen de Unie en niet op de handel met derde landen. Voor de import van goederen van buiten de Europese Unie hanteren de lidstaten een gemeenschappelijk importtarief.
- 7.This Directorate-General (known as ECHO) renders emergency aid for victims, regardless of race, religion or political beliefs, of natural disasters and violent conflicts outside of the EU. The EU is one of the biggest providers of humanitarian aid worldwide.
- 8.Het Akkoord van Schengen heeft tot doel de geleidelijke afschaffing van controles aan de gemeenschappelijke grenzen tussen de 26 deelnemende landen. Daarnaast voorziet het akkoord in de instelling van een regeling voor vrij verkeer van alle burgers uit de deelnemende staten, de overige staten van de Europese Unie en een aantal derde landen. De naam komt van het Luxemburgse plaatsje Schengen waar het akkoord op 14 juni 1985 is ondertekend.
- 9.Dankzij het vrij verkeer van personen kunnen bewoners van de EU zonder restricties reizen in andere EU-lidstaten. Dit geldt ook voor bewoners van de drie landen die geen lid zijn van de EU maar wel deel uitmaken van de Europese Economische Ruimte (EER): Liechtenstein, Noorwegen en IJsland.
- 10.Na de verwoestende Tweede Wereldoorlog was er in Europa grote behoefte aan een organisatie die zich zou richten op het bevorderen van mensenrechten en democratie. In 1949 richtten Europese landen daarom de Raad van Europa op. Dit orgaan is géén onderdeel van de Europese Unie en moet niet verward worden met de Raad van de Europese Unie of de Europese Raad. Vrijwel alle Europese landen zijn lid.
- 11.De Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE; in het Engels OSCE) is een intergouvernementele organisatie van circa 55 landen in Europa, Centraal-Azië en Noord-Amerika, die zich sinds 1973 bezighoudt met samenwerking op het gebied van militair, economisch en humanitair beleid.