Vader op intensive care (Aftellen en bijplussen; de laatste werkdag) - Main contents
Vorige week maandag begon ik met aftellen. Het was toen nog tien werkdagen voordat het reces van de Kamer begon. Inmiddels hebben de afgelopen twee weken een geheel andere wending genomen. Beide ouders liggen in het ziekenhuis. Bij mijn moeder gepland, maar bij mijn vader onverwachts. En terwijl de dagen richting het reces kropen, werd de situatie van mijn vader steeds ernstiger. Aftellen, of toch, hopelijk, bijplussen?
Afgelopen woensdag aan het eind van de middag was ik onderweg van Den Haag naar Amsterdam. Op mijn voicemail had zojuist de zaalarts van mijn vader ingesproken. Ze maakten zich zorgen over zijn toestand en ze wilden hem naar de intensive care hebben. Zijn hart, z'n nieren, en z'n longen functioneerden steeds minder. Hij moest aan de mechanische beademing en moest daarvoor in slaap worden gebracht. Er was daarbij overigens geen garantie dat hij er weer uit zou ontwaken. Aangezien er geen plek meer was op de IC van het ziekenhuis, zou hij overgeplaatst moeten worden. Er was bepaald dat hij naar Almere moest. Voordat hij in diepe slaap werd gebracht en per Ambulance weg kon, sprak ik hem nog lang. Het zou hard vechten worden, maar het was niet hopeloos. Mijn zusje, haar vriend en dochter, en mijn vriend waren inmiddels geariveerd en namen allemaal wat taken op ons. Ongeruste familie werd gebeld. Samen met mijn zus ben ik naar Almere gegaan, een hotel genomen en hebben om de beurt op de IC gewaakt.
De laatste officiele Kamerdag, gisteren, donderdag, liet ik aan me voorbij gaan. Mijn zus en ik bleven in Almere. Fatma en Alexander namen de debatten over die ik moest voeren. Met de medewerkers besprak ik telefonisch de stemmingen. Intussen kwam er meer familie langs. Ze waren erg onder de indruk van de grote hoeveelheid pompen, draden, buisjes en beeldschermen waaraan mijn vader werkloos lag verbonden. Zijn toestand bleef redelijk stabiel, maar zorgelijk. Ook nu, na de tweede nacht op de IC, is het nog onduidelijk welke kant het op gaat. Er bestaan geen zekerheden, niet in de politiek, en in het leven ook niet. En die paar zekerheden die we wel hebben, zoals de onvermijdelijke dood, stellen we het liefst een beetje uit.
En zo ben ik aangeland op de laatste werkdag voor het reces van de Kamer. Na een hectisch parlementair jaar, met een spannende verkiezingsstrijd en veel gedoe, eindigt het in een ziekenhuis. Mijn moeder gaat maandag gelukkig naar huis, en hopelijk trekt ook mijn vader de komende dagen bij. We zullen zien.