Een week vol van tegenstellingen - Main contents
Wat een week. Voor mij een week vol van tegenstellingen. Maandag de start van de ChristenUnie-campagne voor de gemeenteraadsverkiezingen in Leeuwarden. Dinsdagmorgen het jubileumontbijt van de ChristenUnie in de Oude Zaal van de Tweede Kamer. Diezelfde dag de presentatie van het rapport van de commissie-Davids met alle commotie die later volgde op de uitgesproken verklaring van de minister-president. Meer dan 24 uur was het onzeker waar dit heen zou gaan. Uiteindelijk werd er een oplossing gevonden. En ondertussen bereikte ons de beelden en berichten over de gevolgen van de aardbeving in Haïti. Wat een ellende en onbeschrijflijk verdriet. Dat relativeerde voor mij alles waar ik deze week zelf mee bezig was.
Het was de eerste vergaderweek van het nieuwe kalenderjaar. We wisten dat direct op de eerste vergaderdag van de Tweede Kamer het rapport van de commissie-Davids zou uitkomen. Welkom terug! De inhoud van dit rapport was voor iedereen onbekend. Ik vind dat een geweldige prestatie. In het debat van woensdagavond/nacht heb ik aangegeven dat ik hoop dat dit een trendbreuk zal zijn. We maken dit meestal anders mee.
De vraag is wel of het gedoe over de verklaring van de minister-president ook iets te maken heeft gehad met de korte tijd waarin nu deze verklaring moest worden opgesteld. Ik denk dat ook de lengte van de verklaring daarbij parten heeft gespeeld. Een korte reactie, waarin waardering wordt uitgesproken voor het werk van de commissie-Davids en een indicatie van de tijd die het kabinet denkt nodigt e hebben voor een gedegen inhoudelijke reactie, had wat mij betreft volstaan.
Feit is dat de inhoud van de nu afgegeven verklaring en de wijze van beantwoording van de vragen door de minister-president voor veel ophef zorgde. Het beeld was ontstaan dat het kabinet de conclusies van het rapport van de commissie-Davids aan de kant geschoven zou hebben.
De PvdA vroeg tot mijn verbazing publiek om een nieuwe verklaring. Dat leek me niet reëel. Is ook nog nooit eerder vertoond. Vervelender was echter dat de suggestie werd gewekt dat de verklaring van de minister-president niet door de PvdA-ministers zou worden gesteund. Dat zorgde voor enige polarisatie en voor heel veel onduidelijkheid. Meer dan 24 uur later kon deze onduidelijkheid pas weggenomen worden door het sturen van een kabinetsbrief aan de Tweede Kamer. Over deze brief hebben we tot in de kleine uurtjes een debat gevoerd. In alles geen fraaie vertoning; ik heb geen enkele behoefte dat voor me te houden.
Ik heb niet zoveel behoefte om in mijn weblog op de inhoud van het rapport van de commissie-Davids en het later gevoerde debat in te gaan. Op de site van de ChristenUnie zijn de door mij uitgesproken teksten terug te vinden. Eén ding wil ik nog wel kwijt. Pechtold, Halsema, Kant en Rutte hielden deze week maar niet op hun verontwaardigheid over de ontstane situatie te verwoorden. Zo ga je toch niet met het rapport van de commissie-Davids om, niet waar? Nu heb ik begrip voor het feit dat de oppositie van dit soort momenten gebruik wil maken. Maar het moet wel geloofwaardig gebeuren. De feiten zijn dat deze partijen al vóór de installatie van de commissie-Davids lieten weten dat ze geen vertrouwen hadden in de uitkomsten van de toen nog in te stellen onafhankelijke commissie. Iedereen lijkt dat vergeten te zijn.
In het debat over de instelling van de commissie (februari 2009) zei Pechtold bijvoorbeeld dat de benaming 'onafhankelijke commissie' een gotspe was. Halsema sprak over een 'politieke commissie'. En Rutte vond op voorhand dat de activiteiten van de in te stellen commissie gedoemd waren te mislukken. Kant vond maar één ding geloofwaardig: een parlementaire enquête. En niets anders. (Daarbij voorbijgaand aan het feit dat de SP in de jaren daarvoor verscheidene moties had ingediend om de regering op te roepen een onhankelijke onderzoekscommissie in te stellen.) Nu de commissie - die zij op voorhand al hadden afgeschoten - met haar eindrapport kwam, en de minister-president bij dit rapport een paar kanttekeningen plaatste, was Nederland te klein.
Zo, dat ben ik kwijt. Ik heb me ingehouden om dit tijdens het debat van woensdagavond/nacht in te brengen, omdat je al snel de schijn tegen hebt dat je als fractievoorzitter van een coalitiepartij de aandacht wil afleiden van de situatie die deze week was ontstaan. Alleen Pechtold heb ik gevraagd of hij nog bij zijn beoordeling van destijds bleef. Het bleef stil. Hij was opeens door zijn teksten heen. Ik heb hem ook niet meer gehoord over de belangrijke conclusie van de commissie-Davids dat er geen aanwijzingen zijn dat Nederland militaire steun aan de inval in Irak heeft geleverd. Met name het radioprogramma Argos heeft jarenlang pogingen gedaan dat aan te tonen. Pechtold was altijd de man die dan de schriftelijke vragen stelde naar aanleiding van de uitzendingen.
Genoeg voor dit moment. In februari komen we er bij het echte debat wel weer op terug.
De start van de campagne van de ChristenUnie voor de gemeenteraadsverkiezingen in Fryslân is prima verlopen. Ik ben zelf aanwezig geweest bij de bijeenkomst in Leeuwarden. Dat was de moeite waard. De komende weken zal ik veel op pad moeten. Vanwege het debat kon deze week een spreekbeurt in Zevenbergen niet doorgaan, maar er komt mogelijk nog wel een herkansing. De komende week ga ik naar (mijn oude woonplaats) Capelle aan den IJssel en Ridderkerk. Er zullen daarna nog veel plaatsen volgen. Ik beschouw mijn aanwezigheid in de te bezoeken plaatsen als ondersteuning van de plaatselijke ChristenUnie.
Deze weken werken we ook toe naar de grote jubileumbijeenkomst van de ChristenUnie in Utrecht (30 januari a.s.). Vrijdag 22 januari is de officiële jubileumdatum. Tien jaar ChristenUnie. Wat gaat de tijd snel. Maar ook: wat geweldig om te zien hoe de ChristenUnie zich door de jaren heen ontwikkeld heeft. Iets om erg dankbaar voor te zijn.
Donderdagavond is het me nog gelukt in Amersfoort aanwezig te zijn bij de nieuwjaarsreceptie van Perspectief, de jongeren van de ChristenUnie. Geweldig om te zien hoe enthousiast en betrokken 'onze' jongeren zijn. Dat stimuleert mij ook in mijn werk voor de ChristenUnie. En we weten het: wie de jeugd heeft, .....
Mooi om te zien dat ook op veel kandidatenlijsten jongeren staan. Ook op verkiesbare plaatsen. De ChristenUnie kan in dat opzicht met vertrouwen de toekomst tegemoet.
Arie Slob