Richard de Mos in de Volkskrant - Interview - Main contents
In de Volkskrant van maandag 8 februari reageren Diederik Samson (PvdA) en Richard de Mos (PVV) op 5 stellingen.
1. Een paar fouten in een lijvig klimaatrapport doen niets af aan de algemene kennis dat de temperatuur stijgt. De actuele ophef is een storm in een glas water.
Samsom: ‘Absoluut niet. Dit gaat om vertrouwen in de wetenschap. Die fouten zijn er inmiddels wel storend veel. Natuurlijk staat de algemene kennis nog overeind, maar het vertrouwen in het IPCC is minstens zo relevant.’
De Mos: ‘Storm? Dit is een orkaan van fouten en manipulatie. Het positieve is dat er eindelijk een debat is. Dat ook klimaatalarmisten als Diederik nu de hand reiken naar sceptici.’
Samsom: ‘De afgelopen jaren is het misgegaan, omdat we elkaars wetenschap bestreden, niet de conclusies die we daaruit trokken. Richard zei bijvoorbeeld: de klimaatwetenschap deugt niet, de aarde koelt af.’
De Mos: ‘Hoho. Ik zeg niet dat de klimaatwetenschap niet deugt. Het is een jonge wetenschap die de politiek te eenzijdig heeft voorgehouden: de aarde warmt op, de mens is schuldig, dus het is vijf voor twaalf. Sceptici werden door de hoogste baas van het VN-klimaatpanel weggezet als Holocaustontkenners.
‘Stel dat andere wetenschappers wel gelijk hebben, die zeggen dat we juist een koele periode tegemoet gaan? Dan zetten we al ons geld in op de global warming, terwijl er misschien een global cooling komt. Ik heb thuis geleerd dat je een kwartje maar een keer kunt uitgeven. Ik maak me liever druk over de plastic berg, zo groot als Spanje en Portugal bij elkaar, die in de oceaan drijft. Dat is tastbaar. Dáár kun je wat aan doen.’
2. De les is: ook niet-experts moeten toegang hebben tot de klimaatdiscussie.
De Mos: ‘Hmm, het gevaar daarbij is dat wij in de politiek natuurlijk allemaal leken zijn. Wij moeten uitgaan van betrouwbare wetenschap. Op basis daarvan vorm je een mening: voor of tegen.’
Samsom: ‘Wetenschap by google is uiteindelijk geen zinvolle basis. Daar is de argumentatie letterlijk: vandaag is het kouder dan gisteren, dus koelt de aarde af.’
De Mos: ‘Niets was zo leuk als toen ik Kopenhagen binnenreed in die klimaattrein en het begon te sneeuwen. Humor moet kunnen in de politiek. Toch? Maar de definitie van klimaat is natuurlijk het weer over een langere periode. Daar heeft Diederik helemaal gelijk in. Ik ben in een grijs verleden onderwijzer geweest en ik was ook altijd kritisch als kinderen zomaar wat van Google plukten.’
3. De politiek heeft zich in het klimaatdebat te makkelijk verlaten op de wetenschap.
Samsom: ‘De voorstanders van het klimaatbeleid hebben iets te enthousiast gezegd: het IPCC laat geen andere conclusie toe dan ingrijpen. Dat is wetenschappelijk niet waar en politiek niet eerlijk.’
De Mos: ‘In de film van Al Gore zaten ook onjuistheden. Toch is de politiek ermee weggelopen, hij werd gratis in de bioscopen vertoond. Ik dacht: jongens, kom, kom, rustig aan. Werd ik wel mooi voor Gekke Lowietje aangezien.’
Samsom: ‘Ik heb geleerd van Climategate, die omstreden e-mails. Hoe ongelooflijk verbeten, in dit geval, de voorstanders reageerden!’
De Mos: ‘Het is verzand in een heel kille discussie. Hè Diederik?’
4. De uitgestoken hand van Samson is een betekenisvol gebaar dat van De Mos vereist dat hij in zijn positie meer nuances toelaat.
De Mos: ‘Je moet genuanceerd zijn als het gaat om de persoonlijke aanval. Ik heb dat steeds spelend gedaan, vrij onschuldig. Maar de motie die ik vorige week indiende tegen het IPCC was hard, ja, met woorden als liegen, frauderen en manipuleren. Daarvoor wil ik best de hand in eigen boezem steken. Misschien heb ook ik me laten leiden door verbittering. Wij zijn altijd nogal hard weggezet.’
Samsom: ‘Ik snap dat je zegt: hoor eens, ik moest me ook even afreageren. Maar die deur moet wel open. Dat betekent dan ook dat klimaatsceptici het wetenschappelijke bouwwerk moeten gebruiken. Ook hun stelling, de opwarming van de aarde komt niet door de mens, moet worden getoetst. Want er is een verschil tussen serieuze klimaatsceptici en alleen maar boe roepen.’
De Mos: ‘Bij de klimaatalarmisten is sprake van een soort geloof. Wie anders denkt, moet maken dat hij wegkomt.’
Samsom: ‘Ik sta nu inderdaad tamelijk alleen.’
De Mos: ‘Je mag wel bij mij komen hoor, ik heb een heel gezellige woonkamer.’
Samsom: ‘Maar ik zit niet plots in de hoek van de klimaatsceptici. Ik ben nog steeds van mening dat er zodanig grote aanwijzingen zijn dat klimaatverandering een probleem is waarbij dat we moeten ingrijpen. Waar sommige wetenschappers me nu scheef op aankijken, is dat ik kritiek heb gehad op de manier waarop zij hun vak bedrijven. De communicatie over Climategate loopt gewoon niet goed. En het gescheld van klimaatsceptici is intussen hard en ruig.’
De Mos: ‘Juist omdat de alarmisten zeiden: de discussie is klaar. Daarom zijn de sceptici op de deur gaan bonken, die willen ook worden gehoord.’
Samsom: ‘Je wordt doodgeknuffeld of doodgeknuppeld. Einde gesprek. Dat is raar.’
5. De economische crisis geeft de klimaatsceptici de wind in de rug.
De Mos: ‘Nee. Mensen zijn allemaal, of je nou voor of tegen bent, betrokken bij hun leefomgeving. Als er één gek is op de natuur, ben ik dat. Ik doe niets liever dan in de bergen wandelen en lekker buiten zijn. Wie niet? Dat gevoel is misbruikt. Daarom liepen zo veel mensen achter Al Gore aan.’
Samsom: ‘De crisis geeft juist een enorme impuls aan een nieuwe economie, investeringen in duurzame energie en energiebesparing. Je ziet dat landen als China explosief investeren in nieuwe energiebronnen. Dat zijn onderwerpen die we bij de klimaatdiscussie moeten betrekken.
‘Ik vrees dat wat we nu zien het gevolg is van heel lang krampachtig tegenover elkaar staan. Voor- en tegenstanders hebben het IPCC verabsoluteerd als godheid of duivel. Ontspanning in het debat geeft meer draagvlak.
‘Dan moet vervolgens gekozen worden voor of tegen een politieke stroming. De mijne zegt dat de oude economie uit de rails loopt. We moeten naar een nieuwe vorm. Duurzame energie is daar een drager van en dat helpt ook nog tegen een ander groot risico: klimaatverandering.’
De Mos: ‘De fossiele brandstoffen raken op. Daarom zijn wij voor kernenergie. Maar dat is een andere discussie. Klimaat en milieu zijn twee totaal andere dingen. Aan tastbare milieuproblematiek als waterverontreiniging en luchtverontreiniging kun je wat doen.’
‘Het klimaat is zo verschrikkelijk ongrijpbaar. Joh, geef mij een wet die regelt: 28 graden elke dag, briesje uit zee, ideaal. Maar dat kunnen wij helemaal niet.’
Samsom: ‘Even terug naar jouw milieuprobleem, plastic in zee: dat is een rechtstreeks gevolg van fossiele brandstof.’
De Mos: ‘Dat kan, maar dat heeft niets te maken met de opwarming van het klimaat. Er gaan vissen dood. Dat is tastbaar en daar wil ik wat aan doen.’
Samsom: ‘Dat heeft veel met energiebeleid te maken.’
De Mos: ‘Wij geloven niet in: hier zijn de windmolenparken en hup, probleem opgelost.’
Samsom: ‘Als het huis opengaat, kunnen we het debat met elkaar voeren. Niet op de man spelen, maar op de inhoud.’
De Mos: ‘Persoonlijk heb ik niets tegen Diederik. We zijn het niet met elkaar eens, dat mag. Maar na afloop van een debat drinken we een biertje. In de zon of in de sneeuw, dat is om het even.’