25 maart 2010

Source: M.L. (Marianne) Thieme i, published on Thursday, March 25 2010.

Mooie analyse van prof.dr. J. Oosterlaan over onze kansen om een beslissende stem te krijgen bij de coalitievorming na de verkiezingen van 9 juni. Ik deel ’t graag met je:

De doorslaggevende stem wint aan macht in de huidige politieke patstelling

Wie probeert het politieke landschap van dit moment in kaart te brengen, stuit op een groot aantal onmogelijkheden op het gebied van coalitievorming.

De geschiedenis leert dat het CDA en de PvdA na een mislukte samenwerking minstens één periode overslaan, en het ‘dikkestaartengevoel’ tussen beide partijen van dit moment lijkt aan die traditie geen einde te maken.

De PVV is voor veel partijen geen ideale regeringspartner vanwege haar rabiate stellingnames , betonnen organisatiemodel en instabiele groeiprognose. Links heeft geen meerderheid volgens de huidige peilingen, rechts zonder PVV heeft geen meerderheid en gedoogsteun van de PVV lijkt een te grote risicofactor.

Dat betekent dat er nieuwe samenwerkingsverbanden gesmeed zullen moeten gaan worden. Ervan uitgaande dat het CDA het niet aan zal durven en de VVD het niet aan zal willen de PVV in een coalitie te betrekken, doemt voor de christen-democraten voor het eerst sinds Paars weer een periode in de oppositiebankjes op.

De meest voor de hand liggende partijen om voor deelname aan coalitievorming in aanmerking te komen zijn om die reden PvdA, VVD, D66, Groenlinks en SP.

Maar omdat VVD en SP grote , naar het zich laat aanzien onoverbrugbare verschillen van inzicht hebben op het gebied van economisch beleid, lijkt de SP de minst waarschijnlijke kandidaat voor een dergelijk Sociaal Liberaal kabinet.

En Sociaal Liberaal zal weinig voelen voor de inschakeling van de Christenunie in een nieuw kabinet. Deels vanwege de afkeer van betutteling en deels ingegeven door de ervaringen in Balkenende 4.

Dat betekent dat het spannend gaat worden of PvdA, VVD, D66 en Groenlinks aan een meerderheid kunnen komen, wat volgens recente peilingen net niet of net wel het geval zal kunnen zijn.

De kans is dus aanwezig dat er naar aanvulling van een dergelijk Sociaal Liberale coalitie gezocht zal moeten worden. In het huidige politieke spectrum zal die alleen van de Partij voor de Dieren kunnen komen. Te grote invloed voor een klein partijtje?

Mogelijk, maar in de afgelopen 1000 dagen heeft de Partij voor de Dieren bij herhaling de doorslaggevende stem geleverd bij vraagstukken waarbij ‘traditioneel rechts’ en ‘traditioneel links’ botsten. De meest in het oog lopende voorbeelden daarvan waren in de tweede kamer de stemming over het Generaal Pardon en in de senaat de stemming over de rechterlijke toetsing van wetswijzigingen aan de grondwet.

Dat de Partij voor de Dieren mensen van traditioneel links en traditioneel rechts verenigt (van Paul Cliteur vanuit de conservatieve flank van de VVD tot Jan Wolkers vanuit de CPN, van de ex-campagnestrateeg van de SP tot grote financiers met een VVD-achtergrond) en volgens onderzoek van Maurice de Hond een kiezerspotentieel van 9% vertegenwoordigt biedt kansen in het huidige politieke landschap.

Honderdduizenden kiezers met achtergronden variërend van SP tot VVD overwegen volgens verkiezingsonderzoek een principiële- , een parkeer- of een proteststem op de Partij voor de Dieren.

En omdat die partij het bij verkiezingen beter lijkt te doen dan in peilingen, zou haar doorslaggevende stem de onderwerpen dieren, natuur en milieu weleens heel belangrijk kunnen gaan maken bij de komende formatie.

Mark Rutte heeft aangegeven een verklaard tegenstander te zijn van ‘het stapelen van dieren’ in de intensieve veehouderij, maar krijgt in zijn huidige fractie de handen nog onvoldoende op elkaar voor dat standpunt. PvdA,D66 en Groenlinks hebben meer dan eens aangegeven open te staan voor afbouw van de intensieve veehouderij in haar huidige vorm.

Maar omdat dieren, natuur en milieu in coalitievorming doorgaans als relatief onbelangrijke onderwerpen te boek staan en ze het hoofdthema vormen voor de Partij voor de Dieren zouden coalitieonderhandelingen rond Sociaal Liberaal in de geschetste situatie voor doorbraken kunnen gaan zorgen in serieuze maatregelen tegen de intensieve veehouderij en al haar uitwassen.

Zoals het kinderwetje van van Houten, de afschaffing van de slavernij en het vrouwenkiesrecht een sociaal liberale achtergrond hebben, zo zou dat met de afschaffing van de uitbuiting van dieren ook het geval kunnen blijken.

De kiezer is op drift en de doorslaggevende stem zou tot grote verrassingen kunnen gaan leiden!

Hoewel inmiddels de eerste jonge dieren geboren zijn in de Oostvaardersplassen en het natuurlijk voedselaanbod toeneemt, zal het kabinet morgen een besluit moeten nemen over al dan niet bijvoeren op verzoek van CDA,PVV,VVD en CU. Dit vindt Koos Dijksterhuis ervan in Trouw

 
25 maart 2010
Bron: Blog Marianne Thieme

Trouw kwam inmiddels ook weer met het afgekloven bivakmutsenverhaal. Als ze niet welkom zijn op ons congres, dan gaan ze maar af op achterklap van “andere partijen”. Zal wel nieuwe journalistiek zijn…

 
25 maart 2010
Bron: Blog Marianne Thieme

Jonge ambtenaren beklagen zich erover dat kamerleden teveel en ‘onzinnige’ vragen zouden stellen.

Kamervoorzitter Gerdi Verbeet reageert als volgt: "Er zijn ook meer partijen die een expressieve vorm van politiek bedrijven, zoals de Partij voor de Dieren. Dat heeft veel invloed op de manier van denken over dierenwelzijn en dat komt onder meer door het stellen van Kamervragen."

 
25 maart 2010
Bron: Blog Marianne Thieme

En de pluimveesector gaat het niet halen om in 2012 de legbatterij afgeschaft te hebben. Dit bericht hebben ze denk ik al in concept gemaakt toen het besluit in 1999 werd genomen...

Beetje kip-ei verhaal weer in het zelfreguleringsland van minister Verburg waar niemand aan z’n afspraken gehouden wordt…

Tot morgen!