Column De Limburger / Limburgs Dagblad, 1 mei 2010 Griekenland - Main contents
door Frans Timmermans
De Griekse tragedie van de afgelopen maanden werd mogelijk omdat opeenvolgende regeringen de boel belazerd hebben. Zij hebben de financiële situatie te rooskleurig afgeschilderd en zijn met een deel van het internationale bankwezen gaan handelen in slechte leningen en de derivaten daarvan. Zo ontstond een kaartenhuis dat bij economische tegenwind meteen instortte. De Griekse overheid zal onvoorstelbaar hard moeten ingrijpen en haar uitgaven moeten terugschroeven, terwijl de belastingen omhoog zullen gaan. ‘Wie zijn billen brandt, moet op de blaren zitten’, ik denk dat we het daar snel over eens zijn. Maar er is meer aan de hand, waardoor die Griekse tragedie ons allemaal kan raken.
Waarom konden de Grieken zo lang met cijfers goochelen? Omdat veel Europese landen, Duitsland voorop, niets voelden voor streng Europees toezicht op de statistieken. In de onderhandelingen over het Verdrag van Lissabon heb ik namens Nederland herhaaldelijk gepleit voor eenduidige en afdwingbare Europese regels voor statistieken. Duitsland verzette zich hier fel tegen, met een beroep op de nationale soevereiniteit. Zo kon het Griekse bedrog ongestoord doorgaan en heeft Duitsland erg weinig aan die nationale soevereiniteit, nu men fors over de brug moet komen om te voorkomen dat het Griekse drama escaleert in een Europees drama. Vertrouwen is goed, controle is beter, zeker als het vertrouwen wordt beschaamd. Dus moeten er snel strenge Europese regels komen om herhaling van het Griekse bedrog te voorkomen.
Waarom kunnen we de Grieken niet gewoon in hun sop laten gaarkoken? Omdat een failliet Griekenland zijn schulden helemaal niet meer zal terugbetalen, zodat al die Europese banken die Griekse staatsobligaties hebben weer miljarden euro’s moeten afschrijven, een rekening die vroeg of laat bij de burgers terechtkomt. Maar ook omdat het in de steek laten van Griekenland een open uitnodiging is aan alle speculanten om het volgende zwakke Europese land als doelwit te nemen en zo weer een nieuwe financiële catastrofe te veroorzaken. Gelukkig zijn de problemen van de andere zwakke broeders lang niet zo ernstig als van Griekenland, ook omdat men daar de kluit niet heeft bedonderd en de schulden veel minder hoog zijn opgelopen. Verder heeft zowel Amerika als Europa lering getrokken uit het debacle van Lehman Brothers: toen besloot men een falende bank in z’n sop te laten gaarkoken, hetgeen de directe aanleiding was voor de ineenstorting van de financiële markten. Dat risico willen we nu niet meer lopen, vandaar het dringende beroep van President Obama op Bondskanselier Merkel om niet langer te dralen met optreden in de Griekse kwestie.
Het is belangrijk dat Europa nu eensgezind en snel in actie komt. Dat kan alleen als Griekenland onder streng Europees toezicht komt, zodat de nodige hervormingen worden doorgevoerd en de afgesproken gigantische bezuinigingen ook worden gehaald. Vriend en vijand zijn het er over eens dat de Griekse premier Papandreou bereid en in staat is het nodige te doen. Als dat goed geregeld is, zijn de leningen aan Griekenland verantwoord, want de kans dat ze worden terugbetaald groot genoeg om het risico te rechtvaardigen. Het risico voor de belastingbetaler is dan in ieder geval aanmerkelijk kleiner dan als we niets doen en de boel ineen stort.
Het is treurig dat Europa niet sneller tot actie is overgegaan, want de problemen zijn gegroeid omdat de financiële markten negatief reageerden op de wankelmoedigheid. Dat is vooral zo treurig omdat dit het gevolg is van de angst van Bondskanselier Merkel voor de verkiezingen op 9 mei in Noordrijn-Westfalen, waar haar coalitie op fors verlies staat. Had zij eerder geluisterd naar haar Minister van Financiën Schäuble, was de zaak niet zover geëscaleerd.
Ondertussen is Europa niet alleen toe aan veel strengere en afdwingbare spelregels voor de staatshuishouding van de lidstaten, er moeten ook hardere afspraken worden gemaakt over het economische beleid. Want de zwakte van de Europese economie is maar ten dele een gevolg van de economische crisis. Er zijn ook structurele tekortkomingen die vragen om verregaande hervormingen. De vooruitzichten voor de lange termijn zijn heel goed, maar dan moet er wel worden omgeschakeld naar een duurzame kenniseconomie met een stevige industriële basis. De economische verwevenheid van de Europese landen is zo groot, dat onze hervormingen alleen maar succesvol kunnen zijn als de andere Europese landen gelijksoortige hervormingen doorvoeren. Vijftig jaar geleden dachten we nog dat de overheid alles op kon lossen, nu hebben we onszelf wijsgemaakt dat de overheid niets vermag en eigenlijk weg moet om ruim baan te bieden aan de markt. Maar de markt is een sterk trekpaard dat door de overheid strak aan de teugel moet worden gehouden, om te voorkomen dat het op hol slaat en de boel vertrapt. Dat is misschien wel de belangrijkste les van deze crisis.
Origineel bericht alleen toegankelijk voor leden facebook