Bestraten bij 30 graden - Main contents
Volgens Elco Brinkman is er geen zwaar werk meer in de bouw. Dus kan de AOW-leeftijd best omhoog. Dat beweerde hij tijdens een verkiezingsdebat tijdens de Dag van de bouw in Breda. Ik sprak daarom met Johannes Hoogstraten van Hoogstraten wegenbouw af om eens een dag in de praktijk te onderzoeken of Brinkman gelijk had. Wat denk je?
de klus zit er bijna op; Arie strijkt de laatste hobbels plat met de trilplaat.
Hoogstraten wegenbouw is een familiebedrijf uit Dodewaard. Ze doen de laatste tijd veel werk in Leiden en het Westland. Waar mogelijk machinaal, want dat spaart de rug en verhoogt de dagproductie. Lang niet alle werk is echter geschikt om machinaal te doen. Het herstraten van de achterpaden aan de Harriët Frezersingel, waar ik vandaag aan meehielp, is daar een voorbeeld van: de maatvoering is niet geschikt en de werkruimte te beperkt.
Ik moet vandaag om kwart voor vijf mijn nest uit. Geurt Hoogstraten en zijn zwager Arie pikken me om half zes in Utrecht op, waarna we naar Leiden rijden. Het is dan al een graad of twintig en de temperatuur zal in de loop van de dag tot boven de dertig graden oplopen. Dat is heet. Gelukkig ligt het werk aan een singel met bomen, zodat we in ieder geval in de schaduw kunnen pauzeren.
In de bouw wordt aardig wat afgereden, omdat veel bouwvakkers buiten de randstad wonen, terwijl het werk in het westen te vinden is. Met name op veengrond moet je om de 15 jaar herstraten, want alles zakt weg door het inklinken van de grond.
De achterpaden die we vandaag herstraten zijn getegeld met tegels van 45mm dik. Dat valt nog mee, want je hebt er ook van 80mm. Toch weegt zo’n dunne tegel al ruim vier kilo per stuk. Een ervaren stratenmaker kan met de hand bij nieuwbouw op een dag zo’n 90m2 leggen, dan gaat er meer dan 4000 kilo door zijn handen.
Voor herstraten ligt het aantal vierkante meters veel lager. De tegels moeten er eerst uit, met de schop of met de haak. Verder moeten we de banden langs het pad op hoogte brengen, waarvoor ze eerst vrijgemaakt moeten worden van begroeiing. Dat is een echte k..klus.
Bij herstraten komt het nodig afval vrij: gebroken tegels, zaagafval en begroeiing. Dat moet afgevoerd worden. Aan de andere kant heb je klapzand en nieuwe tegels nodig. Voor dat aan en afvoeren van materiaal heeft Hoogstraten een opslagterrein in Leiden. ’s morgens halen we daar de materialen op en aan het eind van de dag brengen we daar het afval naar toe.
Hoe zwaar is het werk van de stratenmaker? Behoorlijk zwaar. Niet alleen vanwege de vele tonnen aan stenen en tegels die door je handen gaan, maar ook door de bewegingen die je daarbij moet maken. Met name bij het tegelen, maak je een onnatuurlijke draai die je rugwervels geen goed doen. Tegels worden op maat gezaagd met een steenzaag die een kilo of vijftien weegt. En een trilplaat weegt 150 kilo: ik snap nog steeds niet hoe we die ’s middags met drie man weer op de aanhanger gekregen hebben.
De meeste stratenmakers zijn dan ook tussen de 45 en 55 versleten. Ze hebben er dan al zo’n 30 tot 40 jaar werken opzitten. Geurt Hoogstraten werkt vandaag weer een dag met de hand mee, maar hij zit normaal op de machine, omdat zijn rug ook al niet al te best meer is.
Wat staat daar tegenover? Een beroep waarbij je relatief veel vrijheid hebt, lekker (zolang het niet regent..) in de buitenlucht bezig bent en heel wat van het land ziet. Dus hebben Arie en Geurt nog steeds plezier in hun werk.
Om drie uur zit de klus erop. Hoewel we -door mijn aanwezigheid- nog niet de helft van een normale dagproductie gemaakt hebben ben ik aardig gesloopt. Gelukkig heeft de bus airco en vallen de files vandaag mee, dus wordt ik om vier uur afgezet bij mijn opstappunt. Na thuiskomst zak ik onderuit met een biertje bij het laatste uur van de tour. Ieder nadeel heeft zijn voordeel: als je vroeg begint ben je ook op tijd thuis.