Wat gebeurt er met uw plastic?

Source: P.F.C. (Paulus) Jansen i, published on Sunday, October 3 2010, 12:22.

Sinds vorig jaar zijn in veel gemeenten de kringloopparkjes uitgebreid met een oranje container voor plastic. Andere gemeenten halen het huishoudelijk plastic op aan huis. Werkt die bronscheiding en wat gebeurt er met al dat plastic zodra het uit het zicht verdwenen is? Daarover ging ik gisteravond in discussie met een vertegenwoordiger van Nedvang in VARA’s Kassa.

Er is de laatste jaren heel wat afgefilosofeerd over het verduurzamen van grondstofstromen. Het boek Cradle to Cradle: Remaking the Way We Make Things van Braungart en McDonough haalde de bestsellerstatus. In Nederland had het oud-kamerlid Ad Lansink al veel eerder zijn ladder van Lansink gepubliceerd, die op een minder pretentieuze manier hetzelfde principe verwoordde.

De basisgedachte van Lansink was: gebruik afvalstromen als grondstof voor nieuwe producten. In die filosofie is het storten van afval de onderste trede van de duurzaamheidsladder. Verbranden staat een treetje hoger, omdat dit in ieder geval minder ruimte voor vuilnisbergen vereist. Nog een treetje hoger: verbranden met nuttig gebruik van de daarbij vrijkomende warmte. Sinds de invoering van een belasting op het storten van afval is verbranden met benutting van warmte in Nederland min of meer de standaard geworden. Helaas is er zo’n overcapaciteit van verbrandingsovens gebouwd dat dit het verder beklimmen van de ladder van Lansink frustreert.

De volgende trede is het benutten van het materiaal als nieuwe grondstof. Bij plastic betekent dat het scheiden van de verschillende plasticsoorten als PET, PE en PP, die vervolgens granuleren en daarna weerd benutten voor het maken van nieuwe plastic producten. Nóg een stapje hoger is het compleet hergebruiken van producten. Een voorbeeld daarvan zijn dakpannen of stalen balken uit een sloopproject. Ook het statiegeldsysteem voor bierflessen is een voorbeeld van compleet hergebruik: de flessen gaan gemiddeld zo’n 30 keer mee voordat ze alsnog gegranuleerd worden en omgesmolten tot nieuwe flessen.

Maar glas brandt niet en plastic wel. Door de lage verbrandingskosten is de prikkel om voor plastic flessen over te schakelen naar een retoursysteem veel te zwak. De dreiging voor de wettelijke invoering van een statiegeldsysteem is de nachtmerrie van de detailhandel. Dat heeft uiteindelijk twee jaar geleden geleid tot een slappe wet, waar het bedrijfsleven zelf verantwoordelijk werd voor het opzetten van een hergebruiksysteem, dat in 2012 moet leiden tot het hergebruik (als granulaat) van 42% van het verpakkingsplastic in Nederland. Als dat percentage niet gehaald wordt hangt de invoering van een statiegeldsysteem voor kleine frisdankverpakkingen alsnog als een donkere wolk boven de producenten en de supermarktketens. Dus moet die 42% hoe dan ook gehaald worden. Desnoods met creatief rekenen. Zie de uitzending van Kassa.

Wat moet er wat mij betreft gebeuren om een serieuzer hergebruik te bevorderen?

  • 1. 
    Voer aanvullend op een heffing op het storten van afval ook een (iets lagere) heffing op het verbranden van afval in. Daardoor worden toepassingen hoger op de ladder van Lansink aantrekkelijker. De opbrengst van de verbrandingsheffing kan in mindering gebracht worden op de gemeentelijke reinigingsrechten.
  • 2. 
    Maak een eind aan het grensoverschrijdend gesleep met afval. Daardoor raken we het zicht op de afvalstromen kwijt, wat alle ruimte geeft aan alle mogelijke vormen van dubieuze handel waardoor ons plasticafval uiteindelijk opduikt in Afrika of India.
  • 3. 
    Zolang dit nog niet gerealiseerd is (inderdaad: de liberalisering van de afvalmarkt is afgedwongen door de Europese Unie…): verplicht de ontdoeners om verantwoording af te leggen over de complete reis van het materiaal tot en met de verwerking in nieuwe producten. Alleen dan weet je of de belofte van hergebruik écht wordt waargemaakt.
  • 4. 
    Stel veel strengere wettelijke eisen aan productontwerp, zodat producten minder afval achterlaten en in de toekomst eenvoudiger -in hun geheel of als granulaat- her te gebruiken zijn.
  • 5. 
    Voer statiegeldsystemen in voor verpakkingen waarbij duidelijk is dat hergebruik van de complete verpakking de geringste milieubelasting veroorzaakt. Voor drankverpakkingen lijkt me dat een open deur.

Bekijk hier de uitzending