weblog zondag 5 oktober 2008

Source: J.C. (Hans) van Baalen i, published on Monday, January 1 1945, 1:00.

Vroeg naar de Kamer om alle Kamerwerkzaamheden van de aanstaande week voor te bereiden. Het werk als Kamerlid gaat tijdens de interne campagne gewoon door. Om 15.30 uur naar De Haagsche Kluis, waar het politiek café van Pam Evenhuis en het Haags kwartier Centrum van de VVD een debat tussen Toine Manders en mij hebben georganiseerd. Volle bak en goede sfeer. Frank van Dalen, actief in de Amsterdamse VVD en oud-COC-voorzitter leidt het debat met humor.

Henriëtte van Aartsen stelt de terechte vraag waarom Tweede-Kamerleden, ook die van de VVD, vaak akkoord gaan met Europese wetgeving op milieugebied die Nederland op slot zet en zelfs accepteren dat daar nog een nationale kop op wordt gezet (strenge EU-regels worden door Nederland nog strenger gemaakt). Ik erken het probleem dat partij- en coalitiediscipline heet. Kamerleden die tegen de lijn van een kabinet ingaan, waarin hun eigen partij vertegenwoordigd is, worden vaak door hun fractievoorzitter teruggefloten. Fractievoorzitters stellen zich meer op als "ministers van fractiezaken" in het kabinet dan als leiders van fracties van zelfstandig denkende volksvertegenwoordigers. Jozias van Aartsen deed het anders. Hij steunde zijn woordvoerders wanneer die terechte kritiek op het kabinet hadden, maar dat werd door de eigen ministers vaak niet op prijs gesteld. Ik heb de lijn-Van Aartsen altijd zeer gewaardeerd. Die houdt overigens wel in dat je als woordvoerder in de Kamer verstandig optreedt en niet met groot vuur op je eigen ministers schiet. Je moet meningsverschillen beheersbaar houden. Zowel toenmalig staatssecretaris van Europese Zaken Atzo Nicolaï en minister van Defensie Henk Kamp en ondergetekende als Europa- en Defensiewoordvoerder hebben destijds bewezen dat verstandig dualisme kan werken. Dat is niet eenieder gegeven.

Nog wat bijgepraat met Willem Verheijen, voorzitter van de Koninklijke Vereniging van Nederlandse Reserve-Officieren (KVNRO), die tevens voorzitter is van het internationaal verband van Reserve-Officieren CIOR is. Ik vind dat Defensie hem in die laatste functie ruimhartig moet ondersteunen. Willem doet zowel de KVNRO als CIOR op basis van veel inzet naast zijn gewone werk als adviseur. Chapeau!