Dag 3: Nieuwe energie voor boeren - Main contents
Gisterenochtend ben ik eerst in alle vroegte van Epe naar Wijthmen gereden. Daar bezocht ik boerderij ‘t Ecoloar. Een biologische melkveehouderij, waar sinds kort helemaal geen antibiotica meer gebruikt wordt. Dat is erg bijzonder als je kijkt hoeveel antibiotica er in de intensieve veehouderij wordt toegediend. Als daar één koe niest krijgt de hele stal het goedje toegediend. Maar het is André en Tonny Mulder gelukt om zo te boeren, dat antibiotica niet meer nodig is. Dat is beter voor de dieren en beter voor de volksgezondheid.
De familie Mulder produceert dus naast voedsel, ook groene energie. Ze doen mee aan het project ‘Asbest van het dak, energie in het bedrijf’ van LTO Noord. In dat kader is op ‘t Ecoloar het asbest van het dak afgehaald en vervangen door zonnepanelen.
(Niels bij het dak met zonnepanelen. Foto van Mieke van der Vegt.)
Vanuit Wijthmen bracht de trekker mij naar een akkerbouwer in Swifterbant. Hij boerde niet biologisch, maar zou dat eigenlijk wel graag willen. Helaas zijn de investeringskosten om over te schakelen naar biologische landbouw te hoog, zo vertelde hij. Erg jammer. Deze boer bevestigde opnieuw dat omschakelsubsidies enorm belangrijk zijn. GroenLinks maakt daar geld voor vrij in het verkiezingsprogramma.
Maar deze boer produceerde wel duurzame energie. Samen met andere boeren in de polder hebben ze een windmolenpark aangelegd. Boer Stephan legde uit dat duurzame energie en landbouw eigenlijk een ideale combinatie zijn. Het boerenbestaan is namelijk vrij onzeker. Het ene jaar is de oogst beter dan het andere jaar. De prijzen van voedsel fluctueren ook. Daardoor weet je aan het begin van het jaar nooit wat je gaat verdienen. Door ook duurzame energie te produceren, leg je als boer een stabiele bodem in je inkomen.
(De tractor bij het windpark. Foto van Mieke van der Vegt.)
(Niels en boer Stephan bij het windpark. Foto van Mieke van der Vegt.)
Het is natuurlijk geweldig dat deze boeren nu al zo voorop lopen en zelf zijn begonnen met het produceren van groene energie. Dat is eerder ondanks dan dankzij de politiek. Er zijn namelijk twee belangrijke problemen waar boeren tegenaan lopen als ze duurzame energie willen produceren.
Het eerste is een algemeen probleem rond de stimulering van duurzame energie in Nederland. Het beleid verandert om de haverklap en er zit veel te weinig geld in de subsidiepotjes. Daarmee is de subsidieregeling voor duurzame energie een soort loterij. Veel deelnemers, weinig winnaars. Door die onzekerheid zijn banken ook niet snel geneigd om geld uit te lenen voor investeringen in duurzame energie.
Het tweede probleem is de zogenaamde saldering. Saldering houdt in dat je slechts een eerlijke prijs voor je energie krijgt tot een bepaald maximum aan geproduceerde duurzame energie (de grens ligt op 5000 kWh). Voor alles wat je meer produceert dan het maximum krijg je een hele lage prijs van de energiebedrijven. Dat terwijl zij het zelf wel gewoon voor commerciële prijzen aan consumenten verkopen. Er moet snel iets aan dit probleem gedaan worden. Boeren moeten natuurlijk gewoon een eerlijke prijs krijgen voor alle energie die ze produceren.
Er is in elk geval nog genoeg werk aan de winkel. Nu zijn deze energieboeren nog uitzonderingen, maar uiteindelijk zou het de regel moeten worden. De politiek kan daar een belangrijke rol in spelen. Door een robuuste stimuleringsregeling voor groene energie op te zetten en ervoor te zorgen dat energiebedrijven een eerlijke prijs aan boeren gaan betalen voor alle geproduceerde energie.