Minister Rosenthal versus ICCO - Main contents
Minister van Buitenlandse Zaken Uri Rosenthal lijkt zich net als zijn gedoogpartner graag te laten inspireren door Israël, waar de regering en de Knesset een strijd voeren tegen de vrijheid van mensenrechtenorganisaties en andere personen en organisaties die kritisch staan tegenover de steeds verdergaande inperking van burgerrechten in ‘democratie’ Israël.
Tot op heden wilde de Nederlandse overheid nog wel organisaties als de Postcodeloterij, Kinderpostzegels, Kerk in Actie en ngo’s die zich bezighouden met steun aan bevolkingen in andere landen, zoals Oxfam/Novib en ICCO meesubsidiëren zonder zich te mengen in hun beleid. Als het aan Rosenthal ligt is dat afgelopen, want volgens hem mogen de organisaties het Nederlandse regeringsbeleid wel ‘tegenspreken’ maar niet ‘tegenwerken’, en waar die tegenwerking uit zou bestaan dat bepaalt hij wel.
ICCO is de eerste organisatie die op het matje is geroepen, want die ondersteunt organisaties die de boycot van Israëlische producten ondersteunen. Niet zomaar, maar omdat Israël doorgaat met het schenden van mensenrechten. Dat wat onze regering volgens door henzelf ondertekende verdragen ook zouden moeten doen - maar niet doet. Het zint de minister bovendien niet dat ICCO ook steun geeft aan de website van Electronic Intifada, die niets doet dat in strijd is met de wet. Oproepen tot boycot hoort bij de vreedzame actiemethoden, en waar actie voor gevoerd wordt - opheffen van de illegale bezetting, erkennen en uitvoeren van mensenrechten en internationaal recht, is moeilijk een extremistische opvatting te noemen. ICCO is niet de enige organisatie die vindt dat ze het recht hebben om ook Palestijnse organisaties die opkomen voor de rechten van Palestijnen te ondersteunen; ook Defence for Children die specifiek voor de rechten van kinderen opkomt, vindt dat.
Nou zou het mij een goede deal lijken dat de regering doet wat ze hoort te doen, namelijk ‘bevriende’ naties aan de mensenrechten en het internationaal recht te houden, dan hoeven al die ngo’s zich wat minder uit te sloven. In plaats daarvan gaat deze minister eerst een uiterst mensenrechtenonvriendelijk beleid voeren ten aanzien van onze buitenlanden, met een voorspelbaar meten-met-twee-maten zeker ten aanzien van Israël, om vervolgens van de onafhankelijke ontwikkelingsorganisaties te eisen dat ze hem daarin niet ‘tegenwerken’.
Job Frieszo, woordvoerder van Rosenthal, merkte tegen een verslaggever van Trouw (deze ochtend) op dat “het u niet kan zijn ontgaan dat er een andere regering zit.” Tsjonge nou, dat was mij ook al opgevallen.
ICCO laat zich overigens niet uit het veld slaan. Hier hun reactie op het onderhoud met Rosenthal. Een citaat:
Voor ICCO zijn internationaal recht en internationale humanitaire verdragen de belangrijkste leidraad. Ook artikel 90 van de Nederlandse grondwet stelt: ,,De regering bevordert de ontwikkeling van de internationale rechtsorde.”
ICCO maakt zich sterk voor mensenrechten en internationaal recht in alle landen waar ze werkt, of dat nou Soedan, Congo, Guatemala of het Midden-Oosten is. ICCO roept dan ook zowel de Palestijnse als Israëlische autoriteiten op de mensenrechten te respecteren. ICCO streeft samen met haar Palestijnse en Israëlische partners naar een duurzame en rechtvaardige vrede voor iedereen: Palestijnen en Israëliërs.
Het is in Nederland goed gebruik dat maatschappelijke organisaties zelfstandig hun beslissingen nemen. ICCO ziet dan ook geen reden haar beleid te wijzigen.