Expert seminar kabinetsformatie: verschuivende regels voor een verruwd spel
DEN HAAG (PDC) - De kabinetsformatie1 heeft in Nederland erg weinig vastgelegde regels, maar de ongeschreven regels en wetmatigheden zijn wel degelijk in ontwikkeling. Dat was één van de conclusies die te trekken viel na de expert seminar die woensdag 16 februari in de zaal van de Eerste Kamer2 werd georganiseerd door de Staatsrechtkring en het Montesquieu Instituut.
Of de spelregels de goede kant op verschuiven en of het misschien nodig is een deel van deze regels vast te leggen of te veranderen was nog onderwerp van enige discussie tussen de deelnemers.
Oud-senator en bijzonder hoogleraar Joop van den Berg3 noemde het "genant dat de Tweede Kamer4 sinds veertig jaar, sinds de motie Kolfschoten in 1971, op dit gebied niet verder is gekomen dan twee sneue regeltjes in het Reglement van Orde" en Wim Voermans (hoogleraar staatsrecht Universiteit Leiden) sprak over spelverruwing waaraan alle spelers in het proces medeschuldig zijn. Beiden beargumenteerden dat nieuwe regels nodig zijn om het proces zorgvuldig, transparant en democratisch te houden.
Hierna was het woord aan de aanwezige parlementariërs. Ineke van Gent5 (GroenLinks6) verdedigde het door haar en Boris van der Ham7 in februari 2010 ingediende voorstel tot wijziging van het Reglement van Orde. Dat deze wijziging slechts in ernstig verzwakte vorm werd aangenomen was mede te wijten aan de VVD.
Namens die partij wees Willibrord van Beek8 erop dat een meerderheid van de Tweede Kamer blijkbaar helemaal geen behoefte had aan een grotere en beter vastgelegde rol van het parlement in de formatie. CDA9-senator Dölle10 benadrukte de noodzaak van een onafhankelijke procesbeheersing in ons systeem met evenredigheid en grote aantallen partijen. De Koning11 zou hiervoor volgens Dölle de aangewezen persoon zijn.
In de vragenronde werd duidelijk dat leden van het aanwezige publiek er uiteenlopende meningen op nahielden. Een oproep om de motie Kolfschoten alsnog uit te voeren werd gevolgd door een betoog aan het adres van CDA en VVD om het staatshoofd niet in een kwetsbare positie te brengen.
Dat er veranderingen in de formatieprocedure aan lijken te komen is duidelijk, maar welke vorm die dan precies gaan krijgen bleef voor de aanwezigen een raadsel.
Mocht de Koning uit de Regering12 gehaald worden, dan zou dit volgens Dölle leiden tot een interessante en onvoorspelbare verkiezingscampagne over de Grondwetsherziening die daarvoor nodig is.
Na een opmerking van Van Gent over de onzekere rol van het staatshoofd in het huidige systeem waarschuwde Van Beek ervoor dat nieuwe regels toch echt nooit als bedoeling zouden mogen hebben "alleen maar de ene koningin door de andere [bijvoorbeeld de Kamervoorzitter] te vervangen."
- 1.Na elke Tweede Kamerverkiezing, of soms na de val van een kabinet, begint het proces van de formatie van een nieuw kabinet. Doel van de kabinetsformatie is een kabinet te vormen dat enerzijds kan rekenen op steun van de meerderheid van de Tweede Kamer en anderzijds tot een gezamenlijk beleid kan komen. De Grondwet is vrij bescheiden wat betreft de kabinetsformatie. Slechts de artikelen 43 en 48 van de Grondwet spreken over de vorming van een kabinet: ministers en staatssecretarissen worden bij koninklijk besluit benoemd.
- 2.De Eerste Kamer is deel van de volksvertegenwoordiging en heeft met name een rol op wetgevend gebied. Over een wetsvoorstel moet, als de Tweede Kamer het heeft aangenomen, ook door de Eerste Kamer worden gestemd. De Eerste Kamer kan een wetsvoorstel nog tegenhouden.
- 3.Vooraanstaande PvdA-ideoloog die acht jaar de Wiardi Beckman Stichting, de 'denktank' van zijn partij, leidde, en korte tijd fractievoorzitter in de Eerste Kamer was. Was aanvankelijk journalist en daarna wetenschapper in Leiden. Na zijn periode bij de WBS hoogleraar en hoofddirecteur van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Was hoogleraar in Leiden en Maastricht. Leidde diverse adviescommissies en is publicist en columnist. Auctor intellectualis van begrippen als 'de Haagse kaasstolp' en 'het prefab-Kamerlid'.
- 4.De Tweede Kamer is deel van de volksvertegenwoordiging. Zij speelt een belangrijke rol bij de totstandkoming van wetten, controleert de regering en beslist over de vraag of een kabinet (of bewindspersoon) genoeg vertrouwen heeft.
- 5.Groningse vakbondsvrouw die veertien jaar een spreek- en strijdvaardig lid van de GroenLinks-Tweede Kamerfractie was. Kwam uit de kring van de PSP en is overtuigd republikein. In de FNV was zij regiohoofd van de regio Noord (Friesland, Groningen en Drenthe) en daarnaast negen jaar gemeenteraadslid in Groningen. In de Tweede Kamer hield zij zich onder meer bezig met arbeid en zorg, emancipatie, verkeer, binnenlands bestuur en koninkrijksrelaties. Verder was zij vicefractievoorzitter, lid van het Kamerpresidium en voorzitter van vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Was in 2013-2017 regiodirecteur Noord bij de Nederlandse Spoorwegen en is nu burgemeester van Schiermonnikoog.
- 6.GroenLinks is een progressieve partij, die duurzaamheid hoog in het vaandel heeft. De partij werd opgericht op 24 november 1990 als fusie van de Communistische Partij van Nederland (CPN), de Evangelische Volkspartij (EVP), de Politieke Partij Radikalen (PPR) en de Pacifistisch-Socialistische Partij (PSP). GroenLinks trok samen met de PvdA op en deed met een gezamenlijke lijst mee aan de Tweede Kamerverkiezingen van 22 november 2023. Frans Timmermans leidt de gezamenlijke fractie in de Tweede Kamer.
- 7.Gedurende ruim tien jaar een extrovert en debatvaardig Tweede Kamerlid van D66. Had een achtergrond als acteur bij diverse toneelgezelschappen en was voorzitter van de Jonge Democraten. Verder was hij financieel bestuurslid van de Nationale Jeugdraad. In de Tweede Kamer hield hij zich onder meer bezig met het onderwijsbeleid, drugsbeleid, natuurbehoud, dierenwelzijn, binnenlands bestuur, cultuur en media. Hij was voorzitter van de vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie en lid van de onderzoekscommissie onderwijsvernieuwingen en van het Kamerpresidium. Was betrokken bij vele parlementaire initiatieven, zoals die om de Tweede Kamer het voortouw te geven in de kabinetsformatie en om tot invoering van een correctief dan wel raadgevend referendum te komen.
- 8.Hoffelijke en bezadigde VVD-bestuurder en politicus. Na het voortijdige aftreden van Van Aartsen in maart-juni 2006 als 'tussenpaus' voorzitter van de VVD-Tweede Kamerfractie. Maakte in die functie de kwestie-Hirsi Ali mee. Hij was sinds mei 1998 lid van die Kamer en bleef dat tot september 2012. Was woordvoerder openbaar bestuur. Verder was hij ondervoorzitter van de Tweede Kamer, voorzitter van de vaste commissie voor Defensie en fractiesecretaris. Voor hij Kamerlid werd werkte hij bij Philips en was hij wethouder van Maarheeze en lid van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant, onder meer belast met financiën en nutsbedrijven. In 2012-2013 was hij waarnemend burgemeester van Bernheze en daarna zes jaar (eerst als waarnemer) commissaris van de Koning in Utrecht. In 2019-2020 was hij waarnemend burgemeester van Gennep. Sinds 2023 is hij dat in Bladel.
- 9.Het Christen-Democratisch Appèl (CDA) is een christelijk geïnspireerde partij in het centrum van het politieke spectrum. Henri Bontenbal is momenteel politiek leider van het CDA. De partij werd opgericht op 11 oktober 1980 als fusie van Anti-Revolutionaire Partij (ARP), Christelijk-Historische Unie (CHU) en Katholieke Volkspartij (KVP).
- 10.Beschouwende Groningse staatsrechtgeleerde, die als senator voor het CDA een gedegen inbreng had in debatten over bestuur, constitutie, justitie en media. Daarnaast was hij in de Eerste Kamer voorzitter van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Zoon van een Friese katholieke onderwijzer. Was universitair hoofddocent en bijzonder hoogleraar decentrale overheden in Groningen en in de Martinistad tevens gemeenteraadslid. Liefhebber van debatten over het staatsrecht en hij was daarbij dan ook geregeld bij de interputiemicrofoon te vinden.
- 11.Nederland is een koninkrijk. Dat betekent dat een koning het staatshoofd is of eigenlijk: het 'onschendbare deel' van de regering. Het Statuut voor het Koninkrijk bepaalt dat de Kroon van het Koninkrijk wordt gedragen door de erfgenamen van koningin Juliana. Sinds 30 april 2013 is Willem-Alexander koning der Nederlanden.
- 12.De regering is het centrale bestuur van ons land en bestaat uit de Koning en de ministers. Omdat de Koning onschendbaar is en de ministers verantwoordelijk zijn, wordt het kabinet, (ministers en de staatssecretarissen) in de praktijk ook vaak regering genoemd, bijvoorbeeld de regering-Rutte. Staatsrechtelijk gezien is dat onjuist.