'Nederland centrum qathandel' - Main contents
Nederland is het centrum van de internationale handel in deqat. Vijf keer per week vliegt KLM vanaf de Keniaanse luchthaven in Nairobi met duizenden kilo's qat aan boord naar Nederland. Omdat het niet onder de Opiumwet van ons land valt, kan per jaar een kleine miljoen kilo qat legaal door de hoofdkoerier naar Schiphol vervoerd worden. Hierna wordt de kauwgom verspreid over verschillende landen in de wereld waar het wél verboden is. Dit meldt de papieren Telegraaf vandaag. Qat zijn bladeren die worden gekauwd en een mild verdovend effect hebben.
Drie redacteuren gingen op reportage bij een bedrijventerrein in Uithoorn waar zich een levendige handel afspeelt in wat De Telegraaf 'drugskauwgom' noemt.
De qat komt rond zeven uur 's ochtends op Schiphol aan, waar de lading bij KLM wordt opgehaald en gebracht naar een pandje in Uithoorn. De qathandel daar is volledig in handen van Somaliërs. De paketten worden verdeeld onder zes grote handelaren. Zij zorgen ervoor dat de dozen via onduidelijke tussenpersonen verder getransporteerd worden naar Europa en Noord-Amerika.
De Somaliërs komen vanuit alle windstreken uit ons land en zelfs uit Duitsland en België om hun lading op te halen. Bij arrivatie van de qat storten zo'n driehonderd Afrikanen zich massaal op de pallets.
Volgens student Obiko, die doet aan handel om zo wat bij te verdienen, is de snelheid van handel noodzakelijk omdat qat maar drie dagen houdbaar blijft. 'De qat moet zo snel mogelijk weg van hier.'
Echt rijk worden de handelaren niet van de kauwgom. Het levert slechts 30 euro per doos op. De echte winst zit bij de lefgozers die het over de grens durven te brengen. In Scandinavië en Duitsland leggen Somaliërs gerust 50 euro neer om op een bosje van het genotsmiddel te kauwen.
Zo verdient Obiko ook meer bij. 'Ik moet vanavond nog in Denemarken zijn om een lading af te leveren', zegt hij. In de vijf keren dat hij qat vervoerde is hij niet gepakt. Schijnbaar heeft hij geluk gehad, als anderen op het terrein vertellen dat één op de drie wordt gepakt.
Tussenpersoon Abdi zat het minder mee. Hij is net vrijgekomen uit een gevangenis in Zwitserland waar hij vijf maanden heeft gezeten wegens qatsmokkel. 'Ik heb twee keer pakketjes naar het buitenland gebracht en ben twee keer gepakt.'
De buitenlandse politie weet van de qathandel en houdt Somaliërs extra goed in de gaten. Daarom worden steeds meer Oostblokkers ingezet om het spul te vervoeren. Ook meer en meer arme Nederlanders vallen voor de verleiding om hun uitkering op deze manier aan te vullen.
Hoe schimmig het wereldje is, blijkt wel uit de gang van zaken rond de betaling. Er wordt contant afgerekend en er komt geen bonnetje aan te pas.
Dat qat verslavend is blijkt uit de ongeveer 15.000 Somaliërs in Nederland die het gebruiken. Het kan het dagelijks leven van mensen ontwrichten en plaatst gezinnen ook financieel aan de rand van de afgrond. 'Er gaan vele honderden euro's per maand op aan het kauwen. Geld dat ze niet kunnen missen, want vrijwel alle mensen moeten het doen met een uitkering', zegt Hamza Dirije van de Somalische gemeenschap in Haarlem.
Nederland is inmiddels samen met Engeland nog het enige land waar qat nog legaal is. In Zweden klinkt de roep om het probleem Europees aan te pakken. Maar volgens Europarlementariër Hans van Baalen is dat niet de oplossing. 'Dit soort drugszaken moet net zoals abortus per land geregeld worden. Wellicht is het verstandig als de Europese ministers van Volksgezondheid en Justitie met elkaar om tafel gaan zitten en overleggen hoe om te gaan met qat. Dan ontstaat er een eenduidige aanpak, die ieder land afzonderlijk kan overnemen.'
Voor de gemeente Uithoorn zou een verbod op qat een geschenk uit de hemel betekenen. Ondernemers rondom het pand worden bijna dagelijks geconfronteerd met honderden overlast gevende qatdealers, zegt burgemeester Dagmar Oudshoorn.
En de dealers zijn niet het enige probleem. Het schijnt dat buitenlandse inlichtingendiensten in de gemeente aanwezig zijn die onderzoek doen naar banden die sommige handelaren hier onderhouden met het Somalische islamitische terreurnetwerk van Al-Shabaab. Met de opbrengst van de handel zou de organisatie gefinancierd worden. 'Officieel heb ik het niet gehoord, maar het verhaal gaat wel', zegt Oudshoorn. Ze heeft in februari een brief gestuurd aan minister Ivo Opstelten van Veiligheid en Justitie over de problematiek, maar tot op heden hebben ze daar nog geen antwoord op ontvangen.