Vrijwilligersvergoedingen: nieuwe Kamervragen omdat rechter ons gelijk geeft ;-)

Source: P.H. (Pieter) Omtzigt i, published on Thursday, March 1 2012.

De rechter in Arnhem heeft onverwachts een motie van ons (CDA en ChristenUnie) gesteund. Hij heeft namelijk bepaald dat een vrijwilligersvergoeding gemakkelijk toegekend moet worden.

Een goed doel (ANBI) mag een onkostenvergoeding geven. Als je afziet van die onkostenvergoeding, kun je dat bedrag aftrekken van de belasting als een gift aan dat goede doel.

De staatssecretaris van Financiën publiceerde (terecht) regels over wanneer die aftrek is toegestaan. alleen gelden die regels met terugwerkende kracht en kwamen er dus allerlei naheffingen.

Een van die regels was dat de ANBI het geld in kas moest hebben. De rechter haalt daar nu een streep door.

Daarom vraag ik vandaag aan de staatssecretaris of hij vrijwilligers, die zich met hart en ziel ingezet hebben voor een goed doel, nu hun naheffing zelf gaat kwijtschelden of dat hij graag een stortvloed naheffingen wil hebben.

Want vrijwilligerswerk ontmoedig je niet met naheffingen maar waardeer je.

Vragen van het lid Omtzigt (CDA) aan de staatssecretaris van Financiën over de vrijwilligersvergoeding

  • 1. 
    Heeft u kennis genomen van de uitspraak van de rechtbank in Arnhem (LJN: BV6037, Rechtbank Arnhem , AWB 11/1682), die bepaalt dat een Aan eenANBI teruggeschonken vrijwilligersvergoeding aftrekbaar is en dat het niet van belang of ANBI over voldoende liquide middelen beschikte om de vrijwilligersvergoeding uit te betalen.
  • 2. 
    Deelt u de mening dat alle bezwaren tegen aanslagen waarin de teruggeschonken vrijwilligersvergoeding opgevoerd werd als aftrekpost en die zijn afgewezen op het feit dat de ANBI niet over voldoende liquide middelen beschikte, nu alsnog ambtshalve dienen te worden toegekend?
  • 3. 
    Indien u niet bereid bent de vorige vraag met nee beantwoord, hoe gaat u dan alle mensen, wiens bezwaar is afgewezen, in de gelegenheid stellen om op een eenvoudige en laagdrempelige manier te wijzen op het feit dat zij wederom bezwaar kunnen indienen?