Agenda

Source: J.A. (Judith) Merkies i, published on Friday, March 2 2012, 2:15.

De luchtvaartsector is lange tijd ontzien in allerlei klimaatverdragen. Het gevolg is, zo blijkt nu uit berekeningen van de Europese commissie, dat de luchtvaart de snelst groeiende vervuiler is in termen van broeikasgassen. Het is daarom de hoogste tijd dat ook de luchtvaart een steentje bijdraagt aan het tegengaan van klimaatverandering. Het liefst zouden wie hiervoor maatregelen op wereldmarktniveau zien, maar met de implementatie van het Emission Trading System (ETS) neemt commissaris Connie Hedegaard van klimaat een stap in de juiste richting.

Sinds 1 januari moet een luchtvaartmaatschappij die een luchthaven in de EU aandoet een vergunning kopen per ton CO2 die voor die vlucht wordt uitgestoten. De prijs ervan wordt bepaald in het ETS. Alle maatschappijen die in Europa landen of het Europese luchtruim aandoen, vallen binnen deze nieuwe regel.

Grote spelers als Rusland, China, India en de VS zien echter niets in het betalen voor vliegkilometers over Europa, en hebben zich verenigd in een zogenaamde ‘coalition of the unwilling’. Als de commissie doorzet, komen ze met een pakket aan vergeldende maatregelen, waaronder het intrekken van landingsrechten en het boycotten van de aankoop van Europese airbussen. Ook dreigen ze bij invoering om voortaan om het Europese luchtruim heen te vliegen, wat voor meer vliegkilometers en dus meer uitstoot zorgt.

Natuurlijk moet Europa zich niet op voorhand laten intimideren door onwilligheid en grootspraak van de mogendheden. Maar Commisaris Hedegaard moet erop toezien dat haar doortastendheid niet leidt tot een excessieve klap voor de Europese luchtvaart. Haar rol in de geflopte klimaattop in Kopenhagen in 2009, waar ze zich als voorzitter namens Europa vastpinde op een te hoog gegrepen voorstel, pleit hierbij niet in haar voordeel. De PvdA in het Europees Parlement hoopt dat de commissaris dit keer de vinger aan de pols houdt en haar maatregelen in dienst zet van klimaatbescherming, en niet van politieke trots.