Initiatiefnota - Initiatiefnota van het lid Omtzigt over de zorgwekkende situatie van het Mor Gabriel klooster en de Aramees Sprekende Christenen in Turkije - De “Süryoye” - Main contents
Deze initiatiefnota i is onder nr. 2 toegevoegd aan dossier 33195 - Initiatiefnota van het lid Omtzigt over de zorgwekkende situatie van het Mor Gabriel klooster en de Aramees Sprekende Christenen in Turkije.
Contents
Officiële titel | Initiatiefnota van het lid Omtzigt over de zorgwekkende situatie van het Mor Gabriel klooster en de Aramees Sprekende Christenen in Turkije - De “Süryoye”; Initiatiefnota; Initiatiefnota |
---|---|
Document date | 14-03-2012 |
Publication date | 14-03-2012 |
Nummer | KST331952 |
Reference | 33195, nr. 2 |
External link | original article |
Original document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2011–2012
33 195
Initiatiefnota van het lid Omtzigt over de zorgwekkende situatie van het Mor Gabriel klooster en de Aramees Sprekende Christenen in Turkije – De «Süryoye»
Nr. 2
INITIATIEFNOTA
Inhoud
Inleiding
De betekenis van het Mor Gabriel klooster
Opzet van deze initiatiefnota:
Historische achtergrond: ontwikkeling van de Christelijke gemeenschap in Turkije
Juridische en politieke positie van Christenen in Turkije
De rechtszaken tegen het Mor Gabriel klooster
Invloed van deze rechtszaken op andere conflicten
Positieve ontwikkelingen
Slotopmerkingen: internationale actie en gevolgen
Aanbevelingen
blz.
2 2 3
3 3 4 5 6 6 7
1 Deze nota is tot stand gekomen door research van Markus Tozman.
Inleiding1
Christelijke minderheden hebben in Turkije een vaak moeilijke positie, maatschappelijk, politiek en ook economisch. De onteigening van één van de oudste Christelijke kloosters ter wereld, het Syrisch-orthodoxe Mor Gabriel klooster uit 397 AD in het zuidoosten van Turkije is een kenmerkend voorbeeld van die precaire situatie en verdient daarom bijzondere aandacht.
De vraag moet gesteld worden of religieuze minderheden in Turkije vandaag de dag voldoende beschermd worden door de overheid en of de dialoog over dit wezenlijke aspect van de mensenrechten niet met meer nadruk gevoerd moet worden.
Deze initiatiefnota bevat een overzicht van de situatie en een vijftal concrete aanbevelingen aan de Nederlandse regering om zich niet alleen in abstracte zin, maar ook in een concreet geval hard te maken voor godsdienstvrijheid. Vooraf kan al worden gesteld dat deze initiatiefnota geen financiële consequenties heeft.
De betekenis van het Mor Gabriel klooster
Het klooster Mor Gabriel werd officieel in 397 AD gesticht hoewel het een aantal decennia eerder al bestond. In dat jaar werd de hoofdkerk van het klooster met steun van de Byzantijnse Keizer Anastasius I gesticht. Deze kerk is nog steeds in gebruik.
Het klooster is hierdoor meer dan 400 jaar ouder dan het oudste klooster op de Berg Athos in Griekenland en anderhalve eeuw ouder dan het Sint-Catherinaklooster in de Sinaï-woestijn.
Het huidige kloostercomplex bevat nog veel onderdelen uit de eerste eeuwen van haar bestaan, zoals de 17 meter hoge «dom van de Theodora» uit de 6e eeuw, een cadeau van de Byzantijnse Keizerin Theodora, de vrouw van Keizer Justinianus I.
Een ander heel bijzonder overblijfsel, dat voor kunsthistorici van enorm belang is, is een fraai mozaïek uit de 6e eeuw dat de apsis van de hoofdkapel in de kerk siert en één van de meest waardevolle intacte Byzantijnse mozaïeken uit die periode is.
Door de eeuwen heen is het klooster overvallen en geplunderd door Perzen, Arabieren, Mongolen, Koerden en Turken. Toch heeft het klooster, dat op zijn hoogtepunt honderden monniken huisvestte, zijn leidende rol binnen de Syrisch-orthodoxe kerk behouden en was één van de spirituele centra van het Oosterse christendom.
Heiligen zoals Philoxenus van Mabbug, Simeon van Kartmin en de abt Gabriël naar wie het klooster genoemd is, leefden binnen de kloostermuren en zijn in de catacomben begraven (gebouwd in 449), samen met vele andere heiligen en meer dan 10 000 gelovigen. Ook de bibliotheek van het klooster hoorde ooit bij de meeste belangrijke van het Oosterse christendom. Door de plunderingen en oorlogen zijn er vandaag helaas veel minder werken in het klooster te vinden. Meerdere Europese musea, zoals de British Library, stellen echter nog boeken uit Mor Gabriel tentoon. Ondanks het feit dat de christelijke bevolking tot eind jaren 90 uit de omliggende dorpen naar Europa is vertrokken, is de betekenis van het klooster enorm gegroeid. Een groot deel van de clerus van de Syrisch-orthodoxe kerk wereldwijd is opgeleid in Mor Gabriel. Zelfs monniken uit Kerala (zuid-India), waar de grootste geloofsgemeenschap van de Syrisch-orthodoxe kerk woont, worden voor hun opleiding soms naar Mor Gabriel gestuurd. De rol van het klooster voor de Syrisch-orthodoxe kerk, die terug gaat op de Apostolische Stoel van Antiochië, is enorm groot. De geschiedenis van deze kerk gaat rechtstreeks terug naar de Apostel Petrus. Sluiting van dit klooster als centrum zou desastreuze consequenties hebben voor de kerkgemeenschap wereldwijd. Het wordt niet voor niets het «tweede Jeruzalem» van de Süryoye – de naam van de Arameestalige gemeenschap – genoemd1.
Opzet van deze initiatiefnota
Eerst volgt een korte samenvatting van de afname van de Christelijke gemeenschap in de afgelopen eeuw in Turkije. Daardoor zijn veel kloosters en kerken verdwenen.
Na deze korte schets volgen twee hoofdstukken over de juridische situatie van Christenen in Turkije en de rechtszaken tegen het klooster. Vervolgens is er een uitleg over andere zaken die spelen en internationale reacties op de Mor Gabriel zaak. Gelukkig is er een aantal positieve ontwikkelingen in Turkije, die aandacht behoeven. De laatste paragraaf bevat vijf aanbevelingen.
Historische achtergrond: ontwikkeling van de Christelijke gemeenschap in Turkije
Turkije speelt een belangrijke rol in het christendom en in de Bijbel. Hier komen veel heiligen en kerkvaders vandaan. Daarnaast was Klein-Azië bijna 1000 jaar onderdeel van het christelijke Byzantijnse rijk. Christenen vormen echter een steeds kleiner onderdeel van de Turkse bevolking. Aan het begin van de 20e eeuw was 20% van de Turkse bevolking nog Christen. Op dit moment is dat nog maar 0,15%2. Turkije is binnen een eeuw veranderd van een multireligieuze samenleving in een monoreli-gieuze samenleving waarin de twee millennia oude sporen van het christendom maar ook van andere religieuze minderheden in Turkije dreigen te verdwijnen.
Zoals uit onderstaande tabel blijkt is in de laatste eeuw tijdens een aantal episodes het aantal Christenen in Turkije snel afgenomen:
Tabel 1: Moslim en niet-moslim bevolkingsgroepen 1914-2005 in duizend1
Jaar
1914
1927
1945
1955
1965
1991
2005
Moslims Grieken Armeniërs Overige Christenen Joden
12 941 |
13 290 |
18 511 |
23 810 |
31 |
139 |
56 860 |
71 997 |
1 594 |
110 |
104 |
87 |
76 |
8 |
3 |
|
1 204 |
77 |
60 |
60 |
64 |
67 |
50 |
|
176 |
71 |
38 |
62 |
74 |
50 |
45 |
|
128 |
82 |
77 |
46 |
38 |
20 |
23 |
Totaal niet-moslims |
3 102 |
340 |
279 |
255 |
252 |
145 |
121 |
Totaal |
16 034 |
13 630 |
18 790 |
24 065 |
31 391 |
57 005 |
72 120 |
Percentage niet-moslims |
19,3 |
2,5 |
1,5 |
1,1 |
0,8 |
0,2 |
0,15 |
1 Aus Politik und Zeitgeschichte: Religiöse Minderheiten im Islam, 26/2008, Bundeszentral für politische Bildung, p. 24. De cijfers voor 2005 komen uit Icduygu, A., Toktas, S., & B.A. Soner. (2008). The politics of population in a nation-building process: emigration of non-Muslims from Turkey. Ethnic and Racial Studies, 31 (2), 358-389.
1 De informatie is gebaseerd op een artikel van Brock, S. (2012). The Monastery of Mor Gabriel: a historical overview, and its wider significance today. Wordt in de loop van 2012 nog gepubliceerd.
2 Icduygu, A., Toktas, S., & B.A. Soner. (2008). The politics of population in a nation-building process: emigration of non-Muslims from Turkey. Ethnic and Racial Studies, 31 (2), 358–389. (Andere auteurs komen tot andere en vaak hogere schattingen van het aantal Christenen).
3 Verdrag van Lausanne, 1923, Artikel 37 t/m 45.
Juridische en politieke positie van Christenen in Turkije
De bescherming van minderheden in Turkije ligt vast in het Verdrag van Lausanne uit 1923, dat voor Turkije het herziene vredesverdrag na de verloren Eerste Wereldoorlog is. Daarin is bepaald dat alleen niet-islamitische groepen minderheden zijn. Dit betekent dat de Koerden of Alevieten bijvoorbeeld niet als minderheden erkend worden3. Alle niet-islamitische geloven zouden deze status wel moeten hebben. De Turkse overheid erkent echter alleen Armeniërs, Grieken en de Joden als minderheden onder het Verdrag van Lausanne en verder geen andere. Volgens de clausules in het Verdrag hebben de «Lausanne-minderheden» bepaalde rechten, waaronder het recht hun taal te gebruiken, het recht op gelijke politieke en civiele rechten, het recht religieuze, educatieve en sociale welvaartsinstellingen op te zetten en het recht van vrijheid van geloof, reizen en migratie1. In praktijk zijn er echter nog steeds problemen. De strijd rond het Grieks-orthodoxe priesterseminar op Halki, is waarschijnlijk het meest bekende voorbeeld hiervan. De Turkse overheid sloot het seminarie in 1971 omdat een nieuwe wet bepaalde dat alleen de overheid instituties van het hoger onderwijs mag besturen. Dit seminarie is nog steeds gesloten.
De Süryoye, Katholieken, Protestanten en andere christelijke groepen hebben volgens de Turkse overheid geen status en bestaan in Turkije de jure niet23. Hierdoor is hun juridische positie nog moeilijker. De Süryoye mogen formeel geen onderwijs in het Aramees geven en mogen hun (kerkelijke) tradities niet openbaar beleven. Ook worden hun religieuze gebouwen en landerijen onteigend en bezet door de overheid of hun Koerdische buren4. Bovendien mogen hun eeuwenoude kerken en kloosters niet gerestaureerd worden, omdat er vaak toestemming voor nodig is die door de autoriteiten niet verleend wordt5. De casus van het klooster Mor Gabriel in het zuidoosten van Turkije, gesticht in 397 AD en één van de oudste kloosters ter wereld, staat hiervoor symbool en zal hieronder worden beschreven.
De rechtszaken tegen het Mor Gabriel klooster
1 Toktas, S, & Aras, B. (2010). The EU and Minority Rights in Turkey. Political Science Quarterly, 124 (4), 697-720.
2 EU Policy Department External Policies. (2008). Religious Freedom in Turkey: Situation of Religious Minorities, pp. 1–2 and p. 8.
3 Minister Rosenthal heeft dit in Kamervragen (758, 2011/2012) bevestigd.
4 Oberkampf, H. (2011). Ohne Rechte keine Zukunft. Erlangen: Verlag für Mission und Ökumene.
5 European Commission against Racism and Intolerance. (2011). Report on Turkey, p. 32. Straatsburg: Directorate General of Human Rights and Legal Affairs.
6 World Bank. (2010). Turkey Land Registration and Cadastre Modernization, www.world-bank.org
7 Süddeutsche Zeitung. (24.12.2008). Trutzburg am Rande der Christenheit.
Toen in het kader van de harmonisering met Europese standaarden geconstateerd werd dat Turkije een oud en onbruikbaar kadastersysteem had, werd in 2004 besloten dat er een nieuw systeem moest komen. Sinds 2008 wordt dit project gefinancierd door de Wereldbank6. Door nieuwe landmetingen hebben de overheid en Koerdische buren hun kans gezien het klooster op een legale manier te onteigenen. In 2008 zijn de rechtszaken tegen het klooster begonnen, vijf in totaal, die hier verder beschreven zullen worden.
Wat opvalt is dat juist overheidsinstanties de rechtszaken aanspannen tegen de eigendommen van een kerk. Dat is in veel landen ongehoord. Zeker nu de Turkse staat de positieve stap neemt om een aantal eerder onteigende religieuze eigendommen terug te geven, is het vreemd dat deze rechtszaken worden aangespannen en dat hoger beroep wordt aangetekend wanneer de staat een rechtszaak verliest. Naast de staat klaagden ook de Koerden uit de aangrenzende dorpen het klooster aan. Zij verweten het klooster 10-jarige kinderen als missionarissen erop uit te sturen om samen met de abt en de monniken de integriteit van de Turkse staat te ondermijnen. Ook werd beweerd dat het klooster op de grond van een moskee staat, die eerder was gesloopt (NB het klooster werd 200 jaar voor de opkomst van de islam gesticht)7.
-
1.De eerste zaak is door de overheid geïnitieerd. Hierbij wordt geclaimd dat het klooster percelen land gebruikt die eigenlijk van de overheid zijn. Het klooster heeft echter de eigendomsbewijzen en ook documenten die bevestigen dat het klooster voor de betreffende percelen sinds het begin van de 20e eeuw belastingen betaalt.
Het klooster heeft de zaak in eerste instantie gewonnen maar de overheid is in hoger beroep gegaan en heeft van de hoogste Turkse rechtbank gelijk gekregen: Op 26 januari 2011 heeft het hoogste gerechtshof zich tegen het klooster uitgesproken. Het klooster is hierdoor 244 000 m2 land kwijtgeraakt.
-
2.De tweede zaak gaat om 276 000 m2 grond van het klooster die de overheid (in dit geval de Turkse instantie voor het bosbeheer) als bos gedefinieerd heeft. In Turkije kunnen bossen en rivieren geen privé-eigendom zijn. Vervolgens worden bosstukken direct bezit van de overheid. Ook voor deze percelen heeft het klooster eigendomsbewijzen en sinds het bestaan van de Turkse Republiek heeft het belastingen betaald. De bomen zijn aangeplant door het klooster op wat vroeger op oude foto’s zeer kaal land was1. Tegen deze onteigening is het klooster naar de rechter gestapt. Het Mor Gabriel klooster heeft de zaak hier in eerste instantie en ook bij het hoogste gerechtshof verloren, waardoor het nog eens 276 000 m2 kwijtgeraakt is.
-
3.De derde zaak hangt rechtstreeks met de tweede samen. De
buitenmuur van het klooster, die er al meerdere eeuwen staat, staat voor twee derde op de percelen die door de overheid als bos gedefinieerd zijn. Dit betekent dat de muur dus illegaal op grond van de overheid staat en vernietigd moet worden. Hierdoor zou het klooster zijn natuurlijke bescherming kwijt raken. De voorzitter van de stichting van het klooster, Kuryakus Ergün, wordt hiervoor aansprakelijk gesteld. De zaak tegen hem is nog steeds gaande en het is mogelijk dat dit leidt tot een gevangenisstraf.
4 & 5. De vierde en vijfde zaak zijn door de Koerdische buren van het klooster aangespannen. Drie dorpen hebben met de kadasterme-tingen de ligging van de administratieve grenzen van het klooster, die in 1930 werden vastgelegd, in hun voordeel veranderd. Door het verschuiven van de grenzen zou het klooster dus weer land kwijt raken. Het klooster heeft hiertegen een klacht ingediend en heeft ook weer bewijsmiddelen aangevoerd (eigendomsrechten en bewijzen van betaalde belasting). Ook deze zaak heeft het klooster in eerste instantie gewonnen. Weer zijn de tegenpartijen in hoger beroep gegaan en de rechter heeft nog geen uitspraak gedaan.
In de eerste twee gevallen heeft het klooster een klacht ingediend bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg2.
Invloed van deze rechtszaken op andere conflicten
1 Voor een duidelijke beschrijving hoe de onteigeningen gaan en welke quasi-juridische argumenten gebruikt worden, zie: Oran, B. (2011). Turkish Foreign Policy 1919–2006, facts and analyses with documents, Utah: University of Utah Press.
2 De bronnen voor de beschrijving van de rechtszaken zijn meerdere krantenartikelen, een bericht van het klooster met de titel «Report on Mor (Saint) Gabriel Monastery’s Legal Problems», een uitgebreid Interview van M.K. Tozman (Universiteit Maastricht) met afgevaardigden van het Mor Gabrielklooster (07.10 2010) en een artikel van Baskin Oran, prof. emer. of International Relations (University of Ankara) met de Titel «Recon-ciled by Mor Gabriel».
3 Syriac Universal Alliance. Arab Spring Must Portect Native Minorities in the Middle East. Opgehaald op 12.12.2011: http://www.sua-ngo.org/node/1353
4 Ersuch um Schutz für die syrischen Christen und für ihr kulturelles Erbe in der Türkei. (2006). Opgehaald op 12.12.11: http://huyodo.com/index.php?p=cheats& action=displaycheat&system=56&area= 1&cheatid=466
De problemen met het kadastreren zijn geen fenomeen dat alleen tot Mor Gabriel beperkt is. Er is bijna geen christelijk dorp of klooster dat door deze maatregelen niet getroffen is. De Syriac Universal Alliance noemt in een persbericht van 28 september 2011 een hoeveelheid van meer dan 10 miljoen vierkante meter land, die ondertussen door de overheid onteigend is3. Ook de bisschoppen van de laatste twee Syrisch-orthodoxe bisdommen in het zuidoosten van het land hebben al in 2006, in een officiële brief aan de voorzitter van de mensenrechtencommissie van de Grote Nationale Assemblee van Turkije, Mehmet Elkatmis, bezwaar tegen de onteigening van meerdere van hun kerken gemaakt. Hierin hebben zij ook hun dilemma benoemd dat zij zich tegen onteigeningen niet kunnen verweren omdat zij geen rechtspersoonlijkheid bezitten4. Het probleem dat het klooster Mor Gabriel dus met zijn eigendommen heeft, is voor de hele Arameestalige gemeenschap en hun cultuurgoederen van groot belang.
Daarnaast zijn er ook nog problemen met de gebouwen van het Mor Gabriel klooster die voor onzekerheid zorgen bij de kloosterinwoners. Doordat het klooster de status van een te beschermen gebouw ontvangen heeft («sitalani»), mogen er geen restauraties meer in het klooster zonder toestemming plaats vinden. Ook noodzakelijke reparaties mogen niet zonder toestemming uitgevoerd worden. Er wordt echter vaak op het feit gewezen dat deze toestemming nooit verleend wordt door de overheid. Zo zou het mozaïek in de hoofdkerk van Mor Gabriel, een overblijfsel uit het 6e eeuw, urgent restauratie nodig hebben, waarvoor echter geen toestemming verleend wordt. Ook andere kloosters en kerken van de Süryoye worden met dezelfde problemen geconfronteerd en mogen niet gerenoveerd worden, terwijl de kans groot is dat deze eeuwenoude gebouwen, die de getuigen van een ooit rijke Byzantijnse en christelijke cultuur in Anatolië zijn, in kunnen storten. De conclusie kan dus getrokken worden dat ook hier de overheid zich niet actief inzet voor de bescherming van het culturele erfgoed van deze minderheid1. In het geval van het klooster Mor Yaqub, werd zelfs gedreigd, recent gerestaureerde delen af te breken omdat daarvoor geen toestemming was gegeven2.
Positieve ontwikkelingen
Er zijn echter ook positieve ontwikkelingen in Turkije op het gebied van de positie van minderheden die genoemd dienen te worden. Zo is een commissie opgezet die vanaf 2012 een nieuwe grondwet moet uitwerken en uit vertegenwoordigers van alle politieke partijen bestaat. Dit betekent dat ook de Koerdische partij BDP mede mag beslissen. Er zullen ook vertegenwoordigers van minderheden, NGO’s en andere sociale belangengroepen bij betrokken worden. Dit is een grote kans voor de Turkse regering en de overige partijen de minderhedenpolitiek te veranderen. Ook werd met Erol Dora (BDP), voor het eerst sinds bijna 50 jaar weer een Christen als vertegenwoordiger in het Parlement verkozen. Iets wat 20 jaar geleden nog volledig ondenkbaar was geweest.
Slotopmerkingen: internationale actie en gevolgen
1 Een onvolledige lijst (alleen beperkt op de regio Mardin) van kerken en kloosters die onder de «monumentenbescherming» vallen, is te vinden op
http://www.mardinkulturturizm.gov.tr/belge/ 1-60907/kiliseler---manastirlar.html
2 Interview van M.K. Tozman (Universiteit Maastricht) met afgevaardigden van het klooster van 07.10.2010.
3 Proposition de résolution concernant la protection de la communauté chrétienne en Irak, au Proche-Orient et au Moyen-Orient. Opgehaald op 13.12.2011: http:// www.senaat.be/crv/5-31.html#_Toc299458943
4 Turquie, Minorité Araméenne spoliée. Opgehaald op 13.12.2011 http:// www.parlament.ch/F/Suche/Pages/ geschaefte.aspx?gesch_id=20115410
5 Deutscher Bundestag: Schutz des Klosters Mor Gabriel sicherstellen. 16. Wahlperiode,
06.05 2009, Drucksache 16/12866.
6 Parlementaire Assemblee van de Raad van Europa, aangenomen resolutie 1704 (2010),
19.6 en 19.7.
7 European Parliament resolution (9 March 2011) on Turkey’s 2010 progress report.
8 European Commission. Turkey 2011 Progress Report. 12.10.2011.
9 Gesprek met Ute Granold, Lid van de Duitse Bundestag en voorzitter van de Stephanusk-reis, een cluster die zich voor achtervolgde Christenen wereldwijd inzet.
10 De Courtois, S. (2004). The forgotten Genocide: Eastern Christians, the last Arameans. New Jersey: Gorgias Press.
11 Thomsen, J. (2007). The Assyrians/Syriacs of Turkey. A forgotten people. Malmö University: School of International Migration and Ethnic Relations.
12 Strümper, W. Gevargis, H. (uitgevers). Die Syrisch-orthodoxe Kirche in der Zeit. Paderborn: Bonifatius.
13 Focus Nachrichtenmagazin. Die Türkei fühlt sich diskriminiert. Opgehaald op 16.12.2012: http://www.focus.de/politik/ausland/ eu-beitritt-die-tuerkei-fuehlt-sich-diskriminiert_aid_603647.html
Er zijn verschillende Europese landen die op het gebied van de bescherming van Mor Gabriel al actie ondernomen hebben. België3, Zwitserland4, Duitsland5, de Raad van Europa6, het Europese Parlement7 en de Europese Commissie8 zijn maar voorbeelden hiervan. Een delegatie van de Duitse Bundestag heeft onlangs in oktober 2011 het klooster bezocht. De aartsbisschop en de mensen in Mor Gabriel omschreven de situatie als «ondraaglijk» en in feite het einde van het christendom in de hele regio als er geen actieve ondersteuning vanuit Europa komt9. De kloostergemeenschap staat met de rug tegen de muur. Van de meer dan 100 000 Süryoye op Turkse grond aan het begin van de 20e eeuw10 zijn er nu nog maar ca. 13 000 over in Turkije11 (ter vergelijking: alleen in Twente wonen meer dan 15 000 Arameestalige Chris-tenen12). De CDU overweegt intern of er een debat over dit onderwerp in de Bundestag kan volgen. Volker Kauder, fractievoorzitter van de CDU fractie, gaat zelfs zo ver de mogelijke toetreding van Turkije tot de Europese Unie aan de casus Mor Gabriel te koppelen13. Als Mor Gabriel al zijn gronden kwijtraakt, zal dit een enorme impact op het klooster hebben en de kans is groot dat het dit niet zal overleven. Mor Gabriel is het belangrijkste klooster van de Süryoye in Turkije en ook het enige klooster in Turkije waar nog jongens in de Syrisch-orthodoxe liturgie (weliswaar niet officieel) opgeleid worden. Als het klooster zijn deuren moet sluiten zal dat het definitieve einde zijn van de overige Süryoye en hun religie en cultuur in Turkije. De opleiding van de clerus verdwijnt dan. De Süryoye raken hun leiders en culturele en godsdienstige centrum kwijt. En zeer waardevol cultureel erfgoed verdwijnt in dat geval. Het klooster staat dus symbool voor de toekomst van Christenen in Turkije.
Het klooster is, los van het belang voor het christendom, ook bewijs van het rijke culturele erfgoed van Turkije dat op een groot aantal plekken in verval raakt. Dit culturele erfgoed heeft ook voor Europa een enorme waarde. De culturen op het grondgebied van Turkije waren de kruispunten tussen de Oriënt en de Occident. Gaan ze verloren dan raakt Europa een pilaar van zijn eigen geschiedenis kwijt. De apostel Paulus, één van de centrale heiligen van de Christenen zette juist in het huidige Turkije de eerste geloofsgemeenschappen op. Met het verzoek van Turkije lid te worden van de Europese Unie wendde het land zich duidelijk tot zijn Europese geschiedenis. Turkije moet zich dus juist ook voor het behoud van de Europees-Christelijke cultuur inzetten. Om het in de woorden van
Professor dr. Sebastian Brock te zeggen, wereldwijd de leidende expert op het gebied van Syriac Studies:
«It has only been in the last half century that ecumenical dialogue between the Syrian Orthodox Church and the other Churches, Eastern Orthodox, Catholic, and Reformed, has taken place, and this has led to a growing realisation among the other Churches, that the Syrian Orthodox Church, and the Syriac tradition in general, represents a hitherto very largely forgotten strand of Christian tradition that has much to offer to the other Churches, all of which have an essentially European background. Seeing that the Monastery of Mor Gabriel preserves this specifically Syriac aspect of Christian tradition in a pre-eminent way, its welfare is obviously a matter of very wide concern.»1
1 Brock, S. (2012). The Monastery of Mor Gabriel: a historical overview, and its wider significance today. Wordt in de loop van 2012 nog gepubliceerd.
Aanbevelingen en beslispunten
Het CDA staat voor godsdienstvrijheid, zowel hier in Nederland als in het Nabije Oosten en zet zich in dit kader ook in voor het behoud het Mor Gabriel klooster en ander religieus en cultureel erfgoed. Twee democratieën, die allebei het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens getekend en geratificeerd hebben, moeten godsdienstvrijheid niet alleen op papier belijden maar ook in de praktijk uitvoeren. Daarop spreek je elkaar aan. De Turkse regering spreekt de Duitse en Nederlandse regering aan op immigratie en integratiebeleid en gebruikt godsdienstvrijheid hier. Zij stuurt imams, die door de Turkse staat betaald worden, naar Nederland. Het past binnen de vriendschappelijke relaties tussen Nederland en Turkije om te spreken op de wijze waarop met minderheden en erfgoed wordt omgegaan.
De kloosters en kerken in Turkije maken niet alleen deel uit van het culturele erfgoed van Turkije zelf, maar ook van culturen die de Nederlandse en de Europese identiteit impliciet medegevormd hebben. Hierdoor is het behoud en de bescherming van dit culturele erfgoed voor Nederland, Europa en de wereld ook van groot belang. Kerken en kloosters onteigen je niet van hun eigendommen en gronden. Dat dient ook duidelijk de houding van Nederland te zijn bij de acties die ze onderneemt. De Nederlandse regering heeft in het verleden meerdere malen gezegd de zaak rond het Mor Gabriel klooster met zorg te volgen. De Nederlandse regering kan dit beleid voortzetten door:
-
1.Samen met Turkije voorstellen om het Mor Gabriel klooster en zijn landerijen in de oorspronkelijke omvang te beschermen en voor te dragen voor de werelderfgoedlijst van UNESCO en af te spreken dat het, net als andere moskeeën en kerken op de lijst, in gebruik blijft als godshuis.
-
2.In het kader van 400 jaar contact tussen Nederland en Turkije organiseren beide landen een gezamenlijk bezoek op hoog niveau aan het Mor Gabriel klooster
-
3.Nederland zet in de Raad van Ministers van de Raad van Europa het Mor Gabriel klooster en zijn rechten op de agenda, naar aanleiding van de niet uitgevoerde resolutie 1704/2010 en verzoekt Turkije ten minste een antwoord te formuleren op de gevraagde verbeteringen.
-
4.Nederland zet in de Raad van Ministers van de Europese Unie het Mor Gabriel klooster en zijn rechten en onteigende gronden op de agenda, naar aanleiding van de nieuwe wet op stichtingen, die wel nieuwe rechten geeft aan de «Lausanne» minderheden en niet aan de Syrisch-orthodoxe gemeenschap.
-
5.De Nederlandse regering schrijft een formele amici-brief aan het Hof in Straatsburg ter ondersteuning van het Mor Gabriel klooster in de door haar aangespannen zaken en ter bescherming van religieuze eigendommen.
De vraag is in hoeverre de Tweede Kamer met deze punten kan instemmen.
Omtzigt
The EU Monitor enables its users to keep track of the European process of lawmaking, focusing on the relevant dossiers. It automatically signals developments in your chosen topics of interest. Apologies to unregistered users, we can no longer add new users.This service will discontinue in the near future.