Europees pinnen prima, maar geen extra regeltjes - Main contents
Met collega Matthijs Huizing heeft onze fractie direct aan Brussel laten weten wat we ervan vinden:
Reactie VVD groenboek betalingsverkeer “Naar een geïntegreerd Europese markt voor kaart-, internet- en mobiele betalingen”
De VVD is voorstander van grensoverschrijdend samenwerken op het gebied van betalingsverkeer, maar vindt dat de Europese Commissie hierin slechts een faciliterende rol heeft. Er zijn voldoende initiatieven uit de markt zelf om te harmoniseren. De Europese Commissie dient zicht te beperken tot het schrappen van belemmeringen en niet tot het opleggen van verplichtingen. De Europese Commissie moet zich op het gebied van regelgeving slechts concentreren op het borgen van de betrouwbaarheid, robuustheid en veiligheid van het betalingsverkeer.
De Europese Commissie geeft aan dat er verschillen bestaan over de hoogte van interchangevergoedingen per lidstaat. De VVD vindt het niet nodig om wetgeving te ontwikkelen waarin van bovenaf één multilaterale interchangevergoeding voor de gehele Europese Unie verplicht wordt gesteld. De VVD geeft er de voorkeur aan om dit proces op natuurlijke wijze te laten plaatsvinden. De VVD verwacht dat, als de Single European Payment Area (SEPA) in alle lidstaten volledig is ingevoerd, deze verschillen tussen lidstaten zullen verminderen. Uiteraard is het wel belangrijk om te blijven monitoren hoe verschillen in vergoeding zich ontwikkelen. Daarnaast zal de Europese Commissie erop moeten toezien dat door banken en betaalinstellingen de regels omtrent mededinging gerespecteerd worden met betrekking tot interchangevergoedingen, om zo een goede marktwerking te verzekeren.
De VVD is van mening dat betaalinstellingen net zoals banken direct lid moeten kunnen worden van clearing- en settlementsystemen indien zij een vergunning hebben en onder toezicht staan en voldoen aan bepaalde voorwaarden. De VVD roept de Europese Commissie op om het juridisch kader juridisch kader zodanig te wijzigen dat dit geen belemmering meer vormt voor betaaldienstverleners om toe te treden tot dergelijke systemen. De concurrentiepositie van betaalinstellingen ten opzichte van banken zal hierdoor aanzienlijk verbeteren.
De Europese Commissie besteedt in het groenboek aandacht aan de vraag op welke wijze consumenten verleid kunnen worden tot het kiezen van een meer efficiënte betaalmethode. De Europese Commissie vraagt zich af in hoeverre meer informatie over de kosten van betaalmethodes voor de detailhandel, consumenten zou kunnen bewegen een efficiënte betaalmethode te kiezen. De VVD is voorstander van goede en transparante informatievoorziening richting de consument, maar heeft sterke twijfels of uitgebreidere informatievoorziening over de kosten van een bepaalde betaalmethode in dit geval leidt tot meer elektronische betalingen. De VVD is van mening dat dit voorstel in de praktijk zal leiden tot meer administratieve lasten voor het bedrijfsleven en de overheid en dat de baten uiteindelijk niet opwegen tegen de lasten. Principieel vindt de VVD dat de consument zelf een keuze maakt voor een bepaalde betaalmethode en niet de overheid.
De Europese Commissie geeft aan dat grensoverschrijdende interoperabiliteit en standaardisatie van verschillende elementen van het proces noodzakelijk zijn voor een goed ontwikkeld grensoverschrijdend betalingsverkeer. De VVD deelt de analyse van de Europese Commissie omdat dit op langere termijn bijdraagt aan een vermindering van de administratieve lasten. De VVD geeft de voorkeur dat de sector dergelijke standaarden zelf ontwikkelt, met inachtneming van de mededingingsregels. De Europese Commissie heeft hierin slechts een ondersteunende rol, met name gericht op het wegnemen van belemmeringen en het beperken van lastendruk. Datzelfde geldt voor standaarden die verschillende partijen gebruiken om betalen met een mobiele telefoon verder te ontwikkelen. De sector is prima zelf in staat om dergelijke standaarden uit te werken, en kan indien nodig een beroep doen op de overheid.
De Europese Commissie vraagt zich af of de rol van de Europese Commissie, de Europese Centrale Bank of de EBA versterkt zou moeten worden opdat op meer vlakken bindend advies kan worden gegeven of regelgeving kan worden opgesteld over SEPA. De VVD ziet vooralsnog geen sterkere rol weggelegd voor de overheid. Het SEPA moet nog door veel lidstaten worden ingevoerd, en er moet eerst gekeken worden hoe dit uitpakt voordat allerlei bevoegdheden en verantwoordelijkheden van Europese instituties worden geïntensiveerd.
De VVD vindt het van belang dat betaaltransacties ook over de grens zo veilig mogelijk zijn. Over de onveilige aspecten van betaaltransacties op afstand moet de consument goed worden geïnformeerd, met name op eigen initiatief door de banken en het bedrijfsleven zelf zoals in Nederland het geval is. Zij hebben immers zelf te winnen bij een zo veilig mogelijke betaalomgeving. Op Europees niveau is het belangrijk dat er voorwaarden worden overeengekomen waaraan een veilige betaalomgeving moet voldoen. Hierbij moeten ontwikkelingen in de markt worden gevolgd, die immers zeer innovatief is, en moet er rekening worden gehouden met nieuwe toetreders tot de betaalmarkt.