Ormel: veiligheidsrisico’s virusonderzoek onderschat - Main contents
Het is goed dat er onderzoek wordt gedaan naar het ontstaan en de bestrijding van dodelijke infectieziekten. Helaas kunnen de uitkomsten van wetenschappelijk onderzoek naar levensgevaarlijke virussen ook in verkeerde handen vallen. Naar aanleiding van een onderzoek naar het ook voor mensen gevaarlijke vogelgriepvirus door de Erasmus Universiteit in Rotterdam heeft het CDA aandacht gevraagd voor veiligheid en beveiliging van wetenschappelijk biologisch onderzoek. De nadruk dient daarbij te liggen op twee zaken, aldus woordvoerder Henk Jan Ormel. Ten eerste de veiligheid: zijn er voldoende waarborgen ingebouwd dat het onderzoek veilig gebeurt en geen risico’s voor mens, dier en milieu oplevert? Ten tweede de beveiliging: hoe zorgen we ervoor dat het onderzoek en de mogelijke uitkomsten ervan niet in verkeerde handen vallen?
Het CDA vindt dat de overheid verantwoordelijk is voor de beoordeling van de risico’s rond veiligheid en beveiliging van wetenschappelijk onderzoek in Nederland. Op dit moment bemoeien maar liefst zes ministeries zich met delen van deze problematiek. Dat leidt tot overlapping en hiaten. Ormel diende daarom een motie in met het verzoek tot verdergaande coördinatie van het beleid rond het toetsen van wetenschappelijk onderzoek op risico’s voor de samenleving. Staatssecretaris Bleker zegde toe om binnen 3 maanden een brief naar de Kamer te zenden over een betere coördinatie van het beleid rond het verlenen van vergunningen voor risicovol onderzoek.
Dodelijke infectieziekten kunnen in verkeerde handen ook worden gebruikt voor biologische oorlogsvoering. De controle op wetenschappelijke ontwikkelingen op dit gebied valt onder het Biologische en Toxine Wapenverdrag. Op dit moment bestaat er echter geen internationale eenduidige aanpak om vast te kunnen stellen of de bioveiligheid in gevaar is bij onderzoek naar infectieziekten. Omdat deze risico’s ook op Europees en mondiaal niveau spelen, diende Ormel een tweede motie in. Daarin verzoekt hij de regering om het initiatief te nemen tot de oprichting van een Europese wetenschappelijke adviesraad voor bioveiligheid ( European Science Board for Biosecurity) en tevens een ‘internationaal verificatie mechanisme voor biosecurity’ onder toezicht van de Biological Weapons Convention.