EUROPA: Slinkende soevereiniteit - Main contents
Europese lidstaten dragen macht over aan Brussel, zonder duidelijk te zijn over de doelen op lange termijn. Wat geven landen op en wat blijft nationaal?
Europarlementariër Van Baalen: ‘Europa is te veel van het papier’
Europese samenwerking is te vaak een kwestie van afspraken niet nakomen, vindt VVD-europarlementariër Hans van Baalen. De binnengrenzen gingen open, maar afspraken over het uitzetten van uitgeprocedeerden werden nooit nagekomen ‘doordat lidstaten nooit immigranten uitzetten. Europa is te veel van het papier.’ Van Baalen vindt ook dat Griekenland uit de eurozone moet als het een regering kiest die de afspraken met Europa niet nakomt. ‘Waarom vertrouwen de markten ons niet? Omdat Europa op elk terrein afspraken niet nakomt.’
Waar gaat het naartoe met de Europese Unie? De eurolanden blijken financieel-monetair dieper met elkaar verweven dan gedacht. Reddingsoperaties verknopen de landen nog meer met elkaar. Van soevereiniteit voor de lidstaten zelf blijft weinig over.
Dromers van een federaal Europa denken de wind mee te hebben. Ze denken dat de Europese integratie niet te stoppen is en zien de ‘Verenigde Staten van Europa’ in het verschiet liggen. Deze federalisten worden aangemoedigd door vage uitspraken, zoals vorige week, van leiders als de Duitse bondskanselier Angela Merkel over de noodzaak van ‘meer Europa’ en ‘meer overdracht van bevoegdheden’.
Wat is precies de stand van zaken en hoe gaat het waarschijnlijk verder? Op veel terreinen werken de 27 lidstaten inderdaad innig samen. De landbouw is zelfs volledig Europees geregeld. De gemeenschappelijke landbouwpolitiek werd in 1960 in de steigers gezet. Boeren doen niet moeilijk over Europa. Ze zijn ermee opgegroeid. Het milieubeleid is ook grotendeels geeuropeaniseerd.
Ook op andere economische terreinen is de integratie in een halve eeuw flink gevorderd. De Unie groeide uit tot het grootste handelsblok ter wereld. Fiscale belemmeringen verdwenen, evenals douaneformaliteiten en later de grenscontroles. Er kwam vrij verkeer van goederen, diensten, kapitaal en werknemers en een gemeenschappelijk immigratie- en asielbeleid. Het Europees Hof van Justitie in Luxemburg produceerde zoveel jurisprudentie dat wetgevingsjuristen in lidstaten eerst kijken wat er al op Europees gebied is voordat ze zelf wetten gaan maken.
‘De integratie is het grootst op economisch terrein. Sociale zaken, onderwijs en cultuur blijven toch vooral nationale zaken,’ zegt Sjerp van der Vaart (59), directeur van het Bureau Europees Parlement in Den Haag.
Toch hebben ook sociale kwesties als arbeidstijden en medezeggenschap een Europese component. In een vrije markt moesten gelijke voorwaarden op de werkvloer gelden. Werknemers moesten worden beschermd en werkgevers mochten geen voordeeltjes behalen ten koste van hun werknemers.
Nieuwe Europese regels komen zoals altijd sluipenderwijs, vaak voortgedreven door belangengroepen. Volksgezondheid is nationaal terrein, maar het verlenen en vergoeden van zorg over de grens is wel geregeld. En lobbyisten tegen roken doen in Brussel hun best voor Europese maatregelen. Machtsoverdracht naar Brussel is nu omstreden, maar de voorgaande generaties politici hebben er volop aan meegedaan zonder dat er een haan naar kraaide. Nu het Europese debat is gepolariseerd, wekken politici thuis helemáál graag de indruk dat er niets aan de hand is, terwijl ze in Brussel meewerken aan Europees beleid.
Vorige week ging het andersom. De ministers van Binnenlandse Zaken besloten tijdelijke invoering van grenscontroles juist in eigen, nationale hand te houden. Het Europees Parlement en de Europese Commissie reageerden woedend. Deze ‘renationalisering’ was in strijd met het Europese recht.
‘Luister nou toch eens naar de zorgen van de burgers,’ twitterde CDA-europarlementariër Wim van de Camp (58) daarop. Hij begrijpt de ministers, maar plaatst kanttekeningen: ‘Schengen is een twijfelgeval. De buitengrenzen zijn een Europese zaak. De lidstaten willen zelf tijdelijk de binnengrenzen kunnen sluiten. Dit is een conflict tussen instituties en het Europese staatsrecht is er dubbelhartig in.’ Van de Camp vindt niet dat de grens een zaak is van een soeverein land. ‘Niet als je het Schengenverdrag hebt getekend.’
De CDA’er is zelf voorstander van een federaal Europa. In april sprak hij bij een discussie in Den Haag de verwachting uit dat het in 2050 zover zal zijn. Nu benadrukt hij dat de Unie een samenwerkingsverband is van 27 lidstaten waarvan niet tegen de wil van de burgers een federatie moet worden gesmeed. Behalve op economisch gebied ziet hij de integratie niet zo snel vorderen.
Van de Camp: ‘Op het terrein van justitie ontstaat wel een burgerlijk recht, handels- en contractrecht, maar het strafrecht zal in grote mate nationaal blijven. Justitie wordt een terrein van steeds meer samenwerking zoals bij opsporing. Sociale zaken blijft grotendeels nationaal. Onze bijstandswet is toch wel uniek.’
Een Europees buitenlandbeleid ligt niet in het verschiet. ‘De financieel-economische integratie wegens de euro is noodzakelijk, maar het buitenland- en defensiebeleid kan niet Europees worden,’ zegt VVD-europarlementariër Hans van Baalen (51).
Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk zitten in de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties en kunnen zich zo onttrekken aan een Europees beleid, zegt Van Baalen. Wel zal het gemeenschappelijke handelsbeleid verder gaan. ‘Dat werkt goed, want het heeft geen nut om als individueel land met China handelsverdragen te sluiten.’
Waar de Europese Unie over vijftig jaar is, valt niet te zeggen. De politieke leiders in de Unie hebben hun einddoel nooit vastgelegd. Duidelijkheid bieden alleen de federalisten, zoals D66, en de anti-Europese PVV die uit de Unie wil. Geen van beide heeft vooralsnog een politieke meerderheid.
Zie voor het originele artikel Elsevier Magazine, nummer 24, pagina 12 en 13.