Pleidooi voor no-fly-zone Syrië na bombardementen - Main contents
Straaljagers van de Syrische luchtmacht hebben Aleppo gebombardeerd, meldt de BBC. VVD'er Hans van Baalen pleit daarom op BNR voor een no-fly-zone boven Syrië.
Het is voor zover bekend de eerste keer tijdens de opstand dat het Syrische regime straaljagers inzet. Eerder voerden wel gevechtshelikopters aanvallen uit. De oostelijke wijken van Aleppo werden onder vuur genomen, meldde een verslaggever van de BBC ter plekke. Er zijn nog geen berichten over doden, maar de aanval wordt wel gezien als een escalatie van het conflict. Luister hier de uitzending terug
"Het zegt dat de strijdkrachten van Assad toch wel erg veel moeite hebben met de oppositie, ofschoon die oppositie zelf zegt niet sterk genoeg te zijn om een stad die ze aanvallen ook in handen te houden", zegt buitenlandcommentator Bernard Hammelburg bij BNR Petra Grijzen.
No-fly-zone
Nu het leger gevechtsvliegtuigen is gaan gebruiken moet er snel een no-fly-zone komen boven Syrië, zegt VVD-europarlementariër Hans van Baalen op BNR: "Daar pleit ik voor, want we kunnen niet een volkerenmoord toestaan, want dat is in feite wat daar nu plaatsvindt [...] De Verenigde Staten en ook Europa moeten een klemmend beroep doen op Rusland om ingrijpen mogelijk te maken met deze methode."
Felle gevechten
Er werd dinsdag de hele dag al flink gevochten om Aleppo. Syrische rebellen begonnen een gewapend offensief om het centrum van de stad in handen te krijgen. Toch dacht BNR Buitenland-commentator Bernard Hammelburg eerder dinsdagmiddag niet dat de opstandelingen een echte doorbraak kunnen forceren. Hij wees erop dat een commandant van de opstandelingen dat zelf zegt in een een interview met de Washington Post:
"Het enige wat wij kunnen doen is voortdurend onrust stoken en grote schade aanrichten in grote steden, maar we zijn niet in staat de overwinningen die we dan halen om te zetten in iets houdbaars", zo luidt de vrije vertaling die Bernard Hammelburg maakt van dat interview.
Gevecht bij de poorten
Het Syrische leger en veiligheidstroepen proberen dinsdagmiddag de rebellen bij de poorten van de Oude Stad, die op de Werelderfgoedlijst van VN-organisatie Unesco staat, tegen te houden. Dat meldden inwoners en oppositiegroepen. De afgelopen 16 maanden leek het er lang op dat de opstand tegen het Syrische regime aan Aleppo voorbijging.
Je moet de stad volgens Hammelburg vergelijken met Rotterdam vanwege alle industrie, terwijl Damascus meer het karakter heeft van Den Haag met een administratief centrum en regeringsgebouwen.
A-symmetrische oorlog
Na een week van bloedige gevechten tussen rebellen en de troepen van president Bashar-al Assad in de hoofdstad Damascus is de strijd in Aleppo heviger geworden. Volgens Bernard Hammelburg is het een ongelijke strijd: "Het is een a-symmetrische oorlog. Het is een regulier leger tegen een guerillamacht [...] De opstandelingen hebben niet voldoende wapens en mensen om tegen dat nog altijd overweldigende Syrische leger op te kunnen."
Hammelburg denkt dan ook niet dat de strijd in een eindfase is beland. Volgens hem is het eerder een kwestie van maanden dan van dagen of weken voordat het conflict is afgelopen.
Overgangsleider
De oppositie in Syrië is bereid te accepteren dat een politieke overgang in het land tijdelijk wordt geleid door een lid van het regime, als president Bashar al-Assad opstapt. Dat zei een woordvoerder van de oppositiebeweging Syrische Nationale Raad (SNC) dinsdag:
"Wij willen accepteren dat bij een vertrek van Assad de macht wordt overgeheveld naar een vertegenwoordiger van het regime die tijdelijk leiding geeft aan een overgangsperiode, zoals dat is gebeurd in Jemen.'' Volgens de SNC-woordvoerder zijn er zowel in de Syrische regering als in het leger 'patriotten' die een dergelijke rol op zich zouden kunnen nemen.
Opstand neergeslagen
In een noordelijke buitenwijk van Aleppo hebben regeringstroepen in de nacht van maandag op dinsdag met geweervuur en traangas een opstand in de lokale gevangenis neergeslagen. Daarbij zouden 15 gevangenen om het leven zijn gekomen.