Volkskrant 12 januari 2011 Nederland klaar voor de nucleaire toekomst - Main contents
Kernenergie: het debat heropend na 25 jaar
Patrick Moore, mede oprichter van Greenpeace, betreurt het grote aantal kolencentrales die gebouwd zijn, mede als gevolg van de effectieve campagne tegen kernenergie. Voor hem is duidelijk dat kernenergie een belangrijke rol moet gaan spelen in het energievraagstuk. Met de bouw van kolencentrales in Groningen en de aanvraag voor een kerncentrale is de discussie meer dan actueel. De positie van het Greenpeace, zonder Patrick Moore is opvallend, ze zijn zowel tegen kolen-, als tegen kerncentrales. Vanavond is er een discussie in de Rode Hoed. De vraag is of het debat gevoerd zal worden door nieuwe mensen met nieuwe ideeën.
Laten wij eens nuchter naar het energievraagstuk kijken. Hoe kunnen wij op een schone manier voldoen aan de wereldwijde toenemende vraag naar energie. En wat doen wij met het afval van de opwekking daarvan. In de praktijk van vandaag betekent dat CO2-uitstoot versus radioactief afval.
Besparen op energie is uiteraard een goede zaak, maar blijkt in de praktijk bij groeiende welvaart en wereldbevolking niet haalbaar. De komende dertig jaar zal de wereldwijde vraag naar energie verdubbelen. Verreweg de grootste groei in die energievraag komt uit China en India. Diverse scenario’s gaan ervan uit dat er tenminste de komende 50 - 100 jaar voldoende olie is. Gas en kolen zijn nog langer beschikbaar. Maar, olie - en ook gas - worden steeds minder in Europa geëxploiteerd. Fossiele brandstoffen zijn moeilijker vindbaar, terwijl de concurrentie om het gebruik ervan toeneemt. We zien dan ook overal in de wereld de fysieke aanwezigheid van de energiehongerige landen bij de aanbesteding van nieuwe concessies voor olie en gasvelden.
Met andere woorden: we worden voor de groei van onze welvaart, steeds afhankelijker van het verre buitenland. Tegelijkertijd weten we dat het vinden van nieuwe, alternatieve, energiebronnen lang duurt. De grote energiemaatschappijen gebruiken de vuistregel dat het ongeveer 30 jaar duurt, om van een idee naar ongeveer 1% aandeel in de energievoorziening te komen. De urgentie is dus hoog.
Natuurlijk hebben we gas in Nederland. Dat klopt, maar over een paar jaar zijn wij netto importeur van gas. We zijn handelaar in gas, in een goede koopmanstraditie, waarbij de pakhuizen aan de grachten van vroeger, nu de lege gasvelden onder het land zijn. Hier is niets mis mee, maar het helpt ons niet in de onafhankelijkheid.
En duurzame energie, zoals wind en zonne-energie? Natuurlijk kunnen we geen alternatieven op voorhand uitsluiten. En wie nuchter naar de cijfers kijkt, ziet direct de beperking daarvan. Want, ook al lopen de schattingen van voor en tegenstanders over de kostprijs sterk uiteen, bij een volledig op wind- en zonne-energie gebaseerde elektriciteitsvoorziening zou de toch al dure stroom in Nederland al gauw in prijs verviervoudigen. Een dergelijke lastenverzwaring kunnen we als overheid niet zomaar aan de burgers opleggen.
Daarmee kom ik bij het tweede thema; het afval. Wie CO2 een probleem vindt, kan niet tegen kernenergie zijn. Kernenergie heeft met waterkracht de laagste CO2 uitstoot van verschillende energiebronnen. En uranium raakt niet op. Het is ruim in onze aardkost voorhanden en tegen aanvaardbare kosten - die nauwelijks invloed hebben op de kWh-prijs van kernenergie - daar uit te halen. Daar staat tegenover dat kerncentrales radioactief afval produceren. Jarenlange campagnes van onder andere Greenpeace hebben hiervoor een sterke irrationele angst gezaaid. Maar wat houdt dit afval probleem nou precies in?
Aan iedere vorm van opslag zullen bezwaren kleven en zullen wij het onzekere beheersbaar moeten maken. In landen als Finland en Zweden worden hier grote stappen gezet, maar ook Nederland heeft een prima opslagfaciliteit bij COVRA voor de komende honderd jaar.
We moeten ons hierbij realiseren dat wij ook zonder kernenergie over het afval moeten nadenken. Ook voor de productie van medische isotopen komt radioactief afval vrij. Die hoeveelheid is slechts iets kleiner dan de hoeveelheid afval van de centrale in Borssele. Het belang hiervan, waarbij de toepassing levens redt, vraagt om nuchter nadenken naar solide oplossingen. We moeten dus sowieso een oplossing zoeken.
De uitgangspositie in Nederland is uitstekend. Met URENCO als wereldmarktleider in de verrijking van uranium in Almelo. Met de reactoren voor medische isotopen van NRG in Petten, de Technische Universiteit in Delft, de huidige kerncentrale EPZ en de opslagcapaciteit van Covra in Borssele, heeft Nederland een vooraanstaande positie in de nucleaire wereld. We hebben nu de kans deze positie verder uit te bouwen. Dat is goed voor een schone en veilige wereld, en voor hoogwaardige knowhow en werkgelegenheid in Nederland.
Vrolijk kernstroom importeren uit Frankrijk en niet willen nadenken over het afval voor medische isotopen is struisvogel politiek. Dat past niet bij het nemen van verantwoordelijkheid.
Daarmee kom ik tot mijn conclusie. Kerncentrales kunnen op een veilige en schone manier een belangrijke bijdrage leveren aan onze energievoorziening. Het is tijd om te stoppen met het bang maken van mensen voor een klimaatcatastrofe, kwaadaardig CO2, en verderfelijke kernenergie, zonder met goede oplossingen te komen. We moeten onze verantwoordelijkheid nemen, en onze schouders zetten onder een schone, veilige en betaalbare energievoorziening voor de toekomst. Daarbij is kernenergie onmisbaar.
Rene Leegte is woordvoerder Milieu en Energie voor de VVD in de Tweede Kamer