Doha onderstreept noodzaak schone energie - Main contents
Foto Flickr / Nasa Goddard Photo and Video
Vrijwel alle landen zijn het erover eens: de mens draagt aantoonbaar bij aan de opwarming van de aarde. En daar moet snel iets aan worden gedaan. Dit werd mij duidelijk tijdens de klimaattop in Doha, waar ik als rapporteur namens de Kamer aanwezig was. Over de uitkomsten van de top ben ik niet ontevreden, zeker gezien de complexiteit van zowel het onderhandelingsproces als de materie rondom klimaatverandering.
Het Kyoto-protocol is verlengd tot 2020, alhoewel er minder landen meedoen dan voorheen. Er leeft desalniettemin een brede consensus dat er echte noodzaak bestaat om klimaatverandering aan te pakken. Dat zie je terug in de vele deelakkoorden, die onder het hoofdakkoord vallen. Hierin zijn onder meer afspraken gemaakt over broeikasgasreducties tussen landen en vindt technologieoverdracht en kennisdeling plaats. Bovendien werken de landen die aan Kyoto weigeren mee te doen aan eigen programma’s om minder CO2 uit te stoten.
Dat is goed nieuws, want het is overduidelijk dat met name de uitstoot van CO2 flink bijdraagt aan de verandering van ons klimaat. Het wordt steeds warmer, waardoor het poolijs smelt. En dat veroorzaakt een flinke stijging van de zeespiegel. Dat betekent enorm veel voor Nederland.
Ik ben daarom blij dat het kabinet structureel flink wat geld uittrekt om te werken aan hernieuwbare vormen van nieuwe energie, zoals zonne- en windenergie. De energieparagraaf is ronduit ambitieus: 16 procent schone energie in 2020. Dit gaat verder dan de klimaatdoelstellingen die gesteld zijn door de EU, die voor hetzelfde jaar mikken op 14 procent duurzame energie.
Maar het kan altijd ambitieuzer. Zo wil de Partij van de Arbeid dat schone energie gesubsidieerd wordt, waardoor het loont om te kiezen voor deze energievorm. In Duitsland gebeurt dit volop, en met resultaat. Daarnaast is het zaak om in EU-verband scherpere doelen te stellen, zodat Europa in 2020 voor 30 procent draait op duurzame energie.