De Chinezen komen

Source: H. (Harry) van Bommel i, published on Saturday, May 11 2013, 22:45.

de “Taagborg” is klaar voor de grote vaart

De laatste dag van dit werkbezoek gaan we kijken bij Nederlandse bedrijven en het consulaat-generaal. De vraag die centraal staat: komen de Chinezen naar ons, of gaan wij naar China? Voor het Nederlandse transportbedrijf Koninklijke Wagendorp geldt beide. Wagendorp mag in Nederland dan vooral bekend zijn van de veerpont naar de Waddeneilanden, hier in Sjanghai heeft de ondernemer de afgelopen jaren bijna 25 nieuwe schepen laten bouwen. Het bedrijf heeft wereldwijd 180 schepen varen, variërend van 2000 tot 23.000 ton vracht.

arbeidsters van de werf Hudong-Zhonghua

We bezoeken het nieuwe schip de “Taagborg” dat de dag na ons bezoek te water zal worden gelaten. We bekijken het schip van dek tot machinekamer. Heel bijzonder zijn de waterzuiveringsinstallaties aan boord van het schip. Eén installatie maakt van zeewater drinkwater. De andere installatie zuivert zeewater dat wordt ingenomen om het schip in balans te houden als het leeg is. Dat is nodig omdat dit water vaak in een ander deel van de wereld geloosd moet worden als het schip wordt geladen. Zo wordt voorkomen dat (micro-) organismen uit Afrika of Azië in de Waddenzee terecht komen. De nieuwe regels op dit gebied maken deze tweede zuiveringsinstallatie van een half miljoen euro noodzakelijk.

alle hens aan dek van de Taagborg

Een van de werknemers van Wagendorp vertrouwt ons zijn mening toe dat deze schepen eigenlijk gewoon in Nederland gebouwd zouden moeten worden; goed voor de werkgelegenheid bij ons. Dat een internationaal bedrijf als Wagendorp kiest voor China met zijn lage lonen is echter niet zomaar te verhinderen. Dat geldt ook voor Philips dat we later vandaag zullen bezoeken.

Sjanghai mag dan een centrum hebben dat er voor een groot deel Europees uitziet, als je tegen de 20 miljoen mensen moet huisvesten ontkom je natuurlijk niet aan hoogbouw. Er staan dan ook in verschillende delen van de stad echte woonkazernes, vaak heel dicht op elkaar en meestal direct aan de snelweg. Wellicht praktisch maar met de hoge smog in Chinese steden ook uitermate ongezond lijkt me.

ook in Sjanghai vind je woonkazernes

In de middag bezoeken we het consulaat-generaal waar we een briefing krijgen van consul-generaal Peter Potman en het hoofd van de economische afdeling Huub Buise. Naast de ambassade in Peking zijn er consulaten in Sjanghai, Hongkong, Guangzhou en wordt er een consulaat overwogen in West China. Verder zijn er zes Netherlands Business Support Offices (NBSO’s) die Nederlandse bedrijven ondersteunen bij het vestigen in China. Dat doen de NBSO’s, net als de ambassade zonder de bedrijven kosten in rekening te brengen. Daarmee laat Nederland een inkomstenbron liggen die een land als Denemarken wel gebruikt. Ik zal dat gegeven betrekken bij de discussie over het postennetwerk. Burgers moeten ook betalen voor de diensten dus waarom bedrijven niet?

Nederlandse bedrijven weten de weg naar China goed te vinden. Ons land is de tweede investeerder in China vanuit de EU. De ambassade heeft 564 Nederlandse bedrijven met circa 1000 vestigingen in beeld. In totaal bieden die bedrijven 130.000 directe banen. Nederlandse ondernemingen doen het goed in China; men verwacht groeiende omzet, winstgevendheid en investeringen. In 2012 bedroegen de Nederlandse investeringen in China circa 12 miljard euro.

hier worden jaarlijks 20.000 visa aangevraagd

Chinezen weten op hun beurt Nederland ook te vinden. Het consulaat in Sjanghai verwerkt per jaar 20.000 visumaanvragen waarvan zo’n 95% ook wordt verleend. In de periode 2009-2012 is er sprake van een verdrievoudiging van de visumaanvragen met als reisdoel toerisme. Er is berekend dat in 2020 elk jaar 300 miljoen Chinezen een reis buiten China zullen maken. Het land zit dus bepaald niet op slot. Ook Chinese bedrijven komen naar Nederland. Op dit moment zijn er zo’n 350 Chinese ondernemingen in Nederland met circa 7000 arbeidsplaatsen.

Later die middag bezoeken we een nieuwe vestiging van Philips Healthcare in Suzhou, een uurtje rijden vanaf Sjanghai. Directeur Desmond Thio en zijn staf geven ons een uitgebreide briefing over het werk op deze nieuwe locatie. Hier heeft naast Research and Development ook productie, assemblage, sourcing en training plaats. Philips zit al sinds 1920, ten tijde van de Qing-Dynastie, in China. De oudste teruggevonden radio van Philips werd aangetroffen in Lhasa, Tibet, in de jaren ’40. De eerste joint-venture werd gesloten in 1985 en momenteel werken er 19.000 mensen bij Philips in 600 steden. Het economisch doel van Philips in China is een omzetgroei van 2 maal de groei van het Bruto Binnenlands Product te realiseren. Met de groeicijfers in China, lang rond de 10%, nu bijna 8%, is dat bijzonder ambitieus.

de lokale Philips-directie ontvangt ons met open armen

We krijgen een rondleiding over de werkvloer maar mogen daar niet fotograferen. Het copyright wordt in China immers uitgelegd als het ‘right to copy’. Met de kostbare medische apparatuur die hier wordt gemaakt (denk aan MRI-scans) is dat niet heel gemakkelijk maar men neemt begrijpelijkerwijs geen enkel risico.

met stofjassen aan naar de werkvloer

Op de terugweg richting Sjanghai maken we een stop in Zhujiajiao, ook wel bekend als het Venetië van het Oosten. Het is een historisch dorpje bekend vanwege haar kanalen en pittoreske witte huisjes, rode Chinese lantaarns, vele bruggen, honderden gondels en talloze restaurants en theehuizen. Het is één van de best bewaarde ‘waterdorpjes’ rondom Sjanghai.

het Venetië van het Oosten

Het stadje stamt uit de Yuang-Dynastie (1271-1368) en kende haar gouden tijd gedurende de daaropvolgende Ming-dynastie (1368-1644), toen het uitgroeide tot één van de rijkste handelssteden in de regio. Deze historische glorie is vandaag de dag nog altijd te zien. Het oude deel van de stad, dat zich uitstrekt aan weerszijden van de rivier en dat wordt verbonden door een stenen brug van meer dan vier eeuwen oud, is in korte tijd eenvoudig te voet te verkennen. Toeristen die Sjanghai bezoeken, gaan vrijwel altijd ook naar Zhujiajiaou. We gebruiken er de avondmaaltijd en worden getrakteerd op wat traditionele live muziek van een oudere dame en heer. Daarna keren we terug naar Sjanghai.

Onze laatste gezamenlijke activiteit is een bezoek aan de Bund. Dat is een gebied in het Huangpu-district in Shanghai en omvat een 1,5 km lange oeverpromenade tussen de Huangpu-rivier en de Zhongshan Road. Het loopt van de Waibaidubrug in het noorden tot aan de Yan’an Road in het zuiden. Het is één van de belangrijkste toeristische attracties in de stad. Daarnaast hebben grote bedrijven en banken zich gevestigd in de omgeving van de Bund. Onder andere Royal Dutch Shell, HSBC en de Bank of China hebben er een kantoor. Het consulaat van het Verenigd Koninkrijk is gevestigd aan de Bund.

de Bund is een must voor alle bezoekers van Sjanghai

Omdat het karakter van de Bund bewaard dient te blijven is een limiet gesteld aan de hoogte van de gebouwen die er langs staan. Aan de overkant van de rivier, in het jongste Shanghaise stadsdeel Pudong, verrijzen echter torenhoge wolkenkrabbers. Van 2008 tot en met 2010 werd de Bund en de naastgelegen autoweg gerenoveerd. Oorspronkelijk maakte de Bund deel uit van de een Engelse handelsnederzetting, later de Internationale Concessie, en was gelegen net buiten de stadmuren van Sjanghai. Het groeide uit tot een financieel- en handelscentrum en door grondschaarste ging men de hoogte in bouwen.

Het programma zit er met dit laatste uitje écht op. Wat nu wacht is een terugreis van 12 uur vliegen. In mijn tas zit het boek China met andere Ogen van Annette Nijs die veel kennis heeft van de ontwikkeling van China in de afgelopen dertig jaar. Ik ken haar als voormalig VVD -staatssecretaris Onderwijs maar dit boek maakt veel goed. Dit is wél een goed verhaal en ik kan het iedereen aanbevelen.

De komende dagen zal ik mijn indrukken laten bezinken voordat ik mijn politieke conclusies naar aanleiding van deze reis ga formuleren. Ik moet ook wat bijslapen want nu ik net aan het Chinese tijdpad ben gewend, vertrek ik weer. Het antwoord op de vraag ‘of de Chinezen komen?’ kan bevestigend zijn. Nederlanders weten China echter makkelijker te vinden dan omgekeerd en deze Nederlander zal er zeker nog eens terugkeren. Wat rest is een woord van grote dank aan ‘onze’ mensen van de ambassade in Peking en het consulaat-generaal in Sjanghai. We hebben veel mensen kunnen spreken en alle thema’s (politiek, economie, mensenrechten) die we voor ogen hadden nader kunnen belichten. Dat zou zonder jullie geweldige voorbereiding en begeleiding natuurlijk nooit zijn gelukt. Na twee mislukte pogingen om naar China af te reizen is het deze derde keer toch echt gelukt. Nu ik na acht dagen weer thuis ben, kan ik het me veroorloven dat ook echt te geloven.