Column Hart van Holland - week 21 - Main contents
Het reces is bij uitstek een periode om dingen te doen die waardevol zijn maar waar je normaal gesproken geen tijd voor hebt. Soms gebeuren er wel heel bijzondere dingen. Natuurlijk stond de eerste week van het mei-reces in het teken van de inhuldiging, en vervolgens de vier mei herdenking en de vijf mei bevrijdingsdagviering. In de tweede week ben ik met mijn collega vicefractievoorzitter van de PvdA, Martijn van Dam, naar Georgië geweest om workshops te geven over democratie, coalitievorming en de uitvoering van een afspraken die je daarbinnen maakt, en natuurlijk hoe je je eigen identiteit als politieke partij staande houdt in een regeringsvorm waarin je samenwerkt met anderen.
Het was een bezoek op verzoek van het Nederlandse Instituut voor Multipartijen Democratie, die in landen met zich ontwikkelende democratieën richt op ondersteuning van politieke partijen. Georgië, vroeger onderdeel van de Sovjet Unie en geboortegrond van Stalin, heeft zich in de afgelopen jaren steeds meer gericht op Europa. We kennen de Kaukasus Republiek daarvan, en anders wel omdat de nu nog zittende president getrouwd is met de Nederlandse Sandra Roelofs. De democratie is nog fragiel, wat onder meer te merken is aan de mate waarin rechten van minderheden (waar ook vrouwen en homo's toe gerekend worden) worden erkend. Het is een zoektocht waarbij de mensen die er wonen enerzijds heel conservatief zijn en tradities volop in ere worden gehouden, anderzijds staan ze volop in de 21e eeuw. Zo heb je bijvoorbeeld werkelijk overal wifi, ook op straat. Wat me het meest bijbleef, naast de gesprekken met de parlementariërs over het van binnen uit belang hechten aan democratie (en niet alleen voor als je aan de macht bent), was de workshop die we gaven bij de School for Democracy in Gori. In gesprek met mensen die in hun eigen leven zoveel onvrijheid hebben meegemaakt, doet je wel even peinzen over bijvoorbeeld onze opkomstcijfers bij verkiezingen. Het was een bijzonder bezoek. We konden veel brengen en kregen tegelijkertijd ook een spiegel voor.
Bij thuiskomst werden we opgeschrikt door het bericht dat een vreedzame demonstratie voor de erkenning van homorechten ruw was verstoord door tegendemonstraties onder andere vanuit de orthodoxe instituties. Als je dan een week daarvoor hebt gesproken met de mensen die daar bij waren, is het behoorlijk confronterend. Er is nog een lange weg te gaan. Ik hoop dat het ons toch is gelukt een stap te zetten om zonder terechtwijzend Europees vingertje toch aan de zittende en aankomende politici over te brengen dat democratie ook gaat over al die immateriële waarden die wij hier inmiddels als gewoon beschouwen maar die zeker niet overal in de wereld normaal zijn.