Instrument for Nuclear Safety Cooperation (INSC)
Het instrument voor samenwerking op het gebied van nucleaire veiligheid (INSC) van de Europese Commissie1 is gericht op bevordering en verbetering van veiligheidsmaatregelen en veiligheidscontroles in niet-EU landen. De kernrampen van Tsjernobyl en Fukushima hebben beide aangetoond dat schade door nucleaire straling grensoverschrijdend is en niet nationaal kan worden aangepakt.
De Europese Commissie beoogt met dit instrument een leidende rol te kunnen spelen bij de bestrijding van eventuele schadelijke effecten en het bevorderen van de dialoog tussen lidstaten en niet-EU landen over dit onderwerp. Het instrument heeft als doel te zorgen voor de implementatie van de hoogste veiligheidsnormen voor nucleaire veiligheid en bescherming tegen radioactieve straling, het bevorderen van een effectieve cultuur voor nucleaire veiligheid, het verantwoordelijk behandelen van radioactief afval en het opstellen van raamwerken en methodes voor efficiƫnte en effectieve controlemaatregelen voor nucleair materiaal in derde landen.
INSC werd in 2007 in het leven geroepen als vervolg op het nucleaire TACIS programma (1992-2006). In 2014 trad een vernieuwde versie van INSC in werking.
- 1.The European Commission is the executive body of the EU and runs its day-to-day business. It is made up of the College of Commissioners, 27 European Commissioners, one for each member state, who are each responsible for one or several policy areas. In addition, the 'Commission' also refers to the entire administrative body that supports the Commissioners, consisting of the Directorates-General and the Services.