Mooie toekomst voor groene chemie in verschiet - Main contents
Is het ooit opgevallen dat bijna alles om ons heen gemaakt is van olie? Plastic, wasmiddelen, kabels, geur- en kleurstoffen: je kunt het zo gek niet bedenken of er zit olie in. In een hernieuwbare, biobased economie wisselen we deze olie in voor biomassa, producten van organische, natuurlijke oorsprong. GroenLinks-Europarlementariër Bas Eickhout is van huis uit chemicus, hij ziet een mooie toekomst in de groene chemie, die veel lokale werkgelegenheid oplevert.
Biologische grondslag
Olievoorraden raken op en daardoor rijst de prijs van olie de pan uit, zegt Eickhout. Na ongeveer honderd jaar keert de chemie weer terug waar hij begonnen is: bij een hernieuwbare, biologische grondslag.
“In de energiesector zien we een overgang naar stroom uit wind, zon en water. In de chemische sector gaan we grondstoffen in toenemende mate uit biomassa in plaats van uit olie produceren.”
Een biobased economie is de verbinding tussen de landbouw- en chemiesector. Nederland, met zijn sterke landbouw- en voedselsector en hoogtechnologische chemische industrie, zit daarom in een uitstekende uitgangspositie. Beide sectoren bieden veel werkgelegenheid voor productie en innovatie. Zo maakt het Nederlandse bedrijf Paperfoam verpakkingen uit zetmeel en natuurlijke vezels.
In een bio-economie hoeft de industrie veel minder dan nu het geval is geconcentreerd te zijn op grote industrieterreinen. Een deel van de werkzaamheden kunnen vaak zelfs al op de boerderij waar de grondstoffen vandaan komen, gedaan worden. Zo kan een boer zelf een aanvullend inkomen verdienen. Bijkomend voordeel is dat het makkelijker is om de mineralenkringlopen te sluiten. Mineralen als fosfaat (grondstof voor kunstmest) kunnen ze ter plekke hergebruiken en worden zo teruggevoerd naar het land. Deze herverdeling van industrie in een biobased economie betekent meer bedrijvigheid op het platteland en meer, maar wel kleinschaligere bedrijven.
CO2-uitstoot besparen
In een biobased economie besparen we energie en daardoor ook CO2-uitstoot. Groene, duurzame grondstoffen vervangen producten die uit olie gemaakt zijn en veel energie kosten om te produceren. In de groene chemie zijn er geen hoge destillatie- en koeltorens nodig en zijn energieverslindende hoge temperaturen en drukken niet nodig. In plaats daarvan werkt het vaak met milde omzettingen bij lage temperaturen. Een voorbeeld van groene chemie is Biogast, dat biogas produceert bij een waterzuiveringsinstallatie.
Chemiebedrijven DSM en AkzoNobel zetten al kleine stappen op weg naar een bio-economie. AkzoNobel gaat bijvoorbeeld hernieuwbare olie uit algen gebruiken in hun verfproducten. Het bedrijf heeft de doelstelling om de CO2-uitstoot per ton product met een kwart te verlagen. DSM introduceerde onlangs een biobased hars-systeem waarbij veertig procent van de grondstoffen van de hars gebaseerd zijn op hernieuwbare bronnen. De hars wordt gebruikt in toepassingen in de bouw en windenergiesector.
Gemiste kans
Biomassa is een erg kostbare grondstof. De manier waarop de Nederlandse overheid daarmee omgaat is een gemiste kans, stelt Eickhout. Nederland subsidieert het verbranden van biomassa in inefficiënte kolencentrales en verplicht het bijmengen van biobrandstoffen in de brandstofmix voor het wegverkeer. “Dat is zonde omdat het voorbijgaat aan de unieke, gecompliceerde eigenschappen van biomassa die in de chemie veel beter tot hun recht kunnen komen.”
Een duurzame biobased economie gebruikt kostbare biomassa in de eerste plaats dus voor de productie van chemicaliën en materialen. Eickhout: “Uiteindelijk moet Nederland het niet hebben van laagwaardige bulkproductie, maar ligt onze kracht in superieure, duurzame technologie.”
“Met een geavanceerde landbouw- en voedselsector en sterke chemische industrie heeft Nederland een uitgelezen kans om werk te maken van de kennis en hoogwaardige producten in de nieuwe biobased economie.”
Meer lezen over de biobased economie? Lees de studie A strategy for a bio-based economy (in het Engels) van Eickhout.