Wijzigingswet Financiële Markten 2014

Source: A. (Aukje) de Vries i, published on Monday, September 9 2013, column.
wijzigingswet financiele markten
Bron: Blog Aukje de Vries

De VVD maakt zich zorgen of we niet doorslaan qua regelgeving, in hoeverre er voldoende rekening is gehouden met ongewenste neveneffecten en of we in Europa niet te ver voor de troepen uitlopen waardoor onze concurrentiepositie benadeeld wordt. Uiteindelijk geldt voor regelgeving ook de wet van de verminderde meeropbrengst.

Bij de verschillende voorstellen komt de VVD daar op terug. Vraag aan de minister is hoe hij daar tegenaan kijkt? Is er volgens de minister ook regelgeving of administratieve rompslomp die we weer zouden kunnen afbouwen, verminderen, in de komende jaren?

De VVD krijgt daarnaast ook regelmatig klachten over onduidelijkheid vanuit de AFM. Dat leidt tot onzekerheid. Er wordt ook een vergaande interpreterende bevoegdheid van de AFM ervaren. De AFM is af en toe meer regelgever dan toezichthouder. En dat is volgens de VVD niet de goede weg. Er lijkt soms zelfs sprake van angst bij de sector, waardoor dingen die wel zouden mogen, niet meer gedaan worden. Zo´n verlammende werking kan niet de bedoeling zijn. Deelt de minister deze bevindingen en wat gaat of kan hij hieraan doen? En hoe kunnen we ook grip houden op de stijgende toezichtskosten? Dat zijn allemaal extra lasten voor het bedrijfsleven.

Zorgplicht

Als de VVD het dan heeft over de vergaande interpreterende macht dan komt de VVD ook direct bij de zorgplicht. De plannen voor de zorgplicht baren de VVD zorgen. In het regeerakkoord is afgesproken dat de zorgplicht wettelijk wordt verankerd. Afgezien van het feit dat de zorgplicht eigenlijk al wettelijk is geregeld, gaat het er nu vooral om hoe dit gebeurt. De VVD vindt het belangrijk dat de consument ook altijd een eigen verantwoordelijkheid heeft. De huidige zorgplicht gaat al heel ver. Het moet straks niet zo zijn dat door dit wetsvoorstel de bekende uitspraak rondom Lehman Brothers normaal wordt. De bank adviseert negatief, de klant doet het toch, verliest zwaar en krijgt van de rechter toch gelijk. Dat kan wat de VVD betreft niet! De aanpassingen in de zorgplicht zouden niet leiden tot een uitbreiding van de zorgplicht. Kan de minister dat nogmaals bevestigen? En ook monitoren of dit ook niet gebeurt in de praktijk? De VVD is namelijk bezorgd dat het wetsvoorstel de eigen verantwoordelijkheid van de consument om zich goed te laten informeren over producten, risico’s en kosten wegneemt. Dat klanten achterover gaan leunen. Daarnaast is de VVD is ook kritisch ten aanzien van de vergaande interpreterende macht van de AFM. Het risico op willekeur is groot. De VVD had het daar eerder ook al over. AFM is simpelweg toezichthouder.

Daarom vindt de VVD het nodig om het wetsvoorstel aan te passen. Met een amendement wil de VVD regelen dat het nieuwe artikel in de wet alleen wordt gebruikt voor evidente en onvoorziene misstanden. Als het mogelijk is moet eerst gebruik worden gemaakt van de normale weg door een algemene maatregel van bestuur. Logischerwijs zou het nieuwe wetsartikel dan dus moeten gaan om behoorlijk ern­stige misstanden die niet onder een bestaand voorschrift ge­bracht kunnen worden. En nadere regelge­ving niet kan worden afgewacht. Dit beperkt ook de vergaande interpreterende macht van de AFM als gevolg van dit wetsvoorstel enigzins.

Tot slot bij het onderwerp zorgplicht. De afgelopen tijd is de vraag naar voren gekomen of het MKB onder de zorgplicht moet vallen. De minister zou hier onderzoek naar. De Tweede Kamer is hierover nog niet geïnformeerd. Kan de minister aangeven wat zijn standpunt is op dit moment? MKB-Nederland is hier geen voorstander van omdat dit allerlei ongewenste effecten met zich meebrengt zoals een nog strengere beoordeling bij kredietaanvragen. De VVD steunt dit.

Afwikkelondernemingen

Voor het zomerreces is al uitgebreid met elkaar gesproken over het betalingsverkeer naar aanleiding van enkele grote storingen. Voor het betalingsverkeer geldt voor de VVD dat de sector zelf eerst ook verantwoordelijkheid moet nemen en aan de slag gaat, dat het toezicht goed geregeld moet zijn, maar dat we niet moeten doorslaan in regelgeving. De VVD wil graag van de minister weten wat de sector tot nu toe zelf heeft geregeld, bijvoorbeeld als het gaat om alternatieven bij storingen. Het toezicht op de afwikkelondernemingen wordt nu wettelijk geregeld in plaats van vrijwillig. De aanbieders van betaalproducten, zoals Currence en Ideal, worden uitgesloten. De keten is in principe zo sterk als de zwakste schakel. Er zou daarom toezicht op de hele keten moeten zijn, bij voorkeur zou dit Europees hetzelfde moeten zijn. Wat is de visie op het toezicht op de totale keten van deze minister? Wanneer is het toezicht op de totale keten geregeld? Waarom zijn aanbieders van betaalproducten op het laatste moment uitgesloten? Kan de minister bevestigen dat de toezichtscapaciteit bij de DNB niet toeneemt door de voorstellen? De VVD is daar namelijk absoluut niet voor!

Nederland loopt qua regelgeving voorop op Europa. In hoeverre sluit de voorgestelde en toekomstige regelgeving aan bij de Europese ontwikkelingen? De VVD vindt een gelijk speelveld van groot belang vanwege de concurrentiepositie van ons bedrijfsleven. Dat het ook belangrijk is blijkt uit de situatie rondom Mastercard die vanuit België opereert. Hoe gaat de minister zich voor een gelijk speelveld inzetten?

Financiële stabiliteit

In dit wetsvoorstel wordt de basis gelegd voor de systeemrelevantie-buffer, slechts één van de onderdelen van CRD IV (Capital Requirements Directive). Het is ook de uitwerking van de afspraken uit het regeerakkoord. De VVD vindt dat bij de verhoging van de kapitaalseisen rekening moet worden gehouden met de concurrentiepositie van de Nederlandse instellingen.In het wetsvoorstel en de nota van verslag wordt niet duidelijk of lidstaten de systeemrelevantiebuffer verplicht moeten invoeren voor systeemrelevante instellingen. Hoe is zit dat, is het verplicht of niet?

Ook is niet duidelijk of de lidstaten op een vergelijkbare manier bepalen of een instelling systeemrelevant is. Dit kan leiden tot een ongelijk speelveld voor de Nederlandse instellingen. Hoe wordt systeemrelevantie bepaald? Gebeurt dit op een uniforme wijze? In het wetsvoorstel is de concurrentiepositie van ons bedrijfsleven onvoldoende terug te vinden. De VVD vraagt zich af of er wel een internationale vergelijking is uitgevoerd. VVD wil hier zicht op hebben, en wil een analyse van de concurrentiepositie en het (gelijke) speelveld. Zeker ook gelet op de onlangs gepresenteerde kabinetsvisie voor de financiële sector en de toekomstige vertaling van de overige elementen van CRD IV. Kan de minister dat toezeggen? Anders overweeg de VVD een motie op dit punt.

Dan de kredietverlening. Volgens de minister kan de versterking van de buffers volledig door winstinhouding plaats vinden. Maar die winst moet ergens door worden opgebouwd? De minister zegt zich ervan bewust te zijn dat de systeemrelevantiebuffer invloed heeft op de beschikbaarheid en de prijs van kredietverlening. Eerder heeft de minister de VVD toegezegd te komen met een aantal scenario’s voor economische groei en hoe de kredietverlening dan kan plaats vinden. Wanneer zijn die scenario’s gereed? En worden hier de aspecten van verschillende buffers en de kabinetsvisie ook in meegenomen? De VVD wil verder van de minister weten hoe kan worden gezorgd dat de gevolgen voor de kredietverlening zo beperkt mogelijk zijn en welke instrumenten de minister daarvoor nog achter de hand heeft, zoals ook bij de resolutieheffing. De kredietverlening aan het MKB is belangrijk. In het regeerakkoord is afgesproken dat het kredietplafond van Qredits wordt verhoogd. Wanneer wordt dit daadwerkelijk uitgevoerd?

Bankspaardeposito’s eigen woning

Door het voorliggend wetsvoorstel worden de hypotheekschuld en het verbonden bankspaardeposito weer met elkaar verrekend bij faillissement van een bank en worden alleen nog spaartegoeden uit het deposito garantiestelsel (DGS) betaald. De manier van werken zal na het wetsvoorstel zuiverder zijn, dus steunt de VVD dit voorstel. Het is wel belangrijk dat mensen met een bankspaardeposito goed zijn geïnformeerd, zeker na de vele wisselingen in korte tijd. De commissie De Wit heeft ook al aanbevolen om de communicatie over het DGS te verbeteren om de kennis van de consument over DGS te bevorderen. De minister zou dit samen met DNB, de AFM en de NVB oppakken. Wat is de stand van zaken? En hoe kan dit punt daarin meegenomen worden?

Vakbekwaamheid

Op 1 januari 2014 wordt een nieuw systeem van vakbekwaamheid en examens voor de financiële sector ingevoerd. Hierover is veel commotie. Over de invoering van een nieuw vakbekwaamheidbouwwerk bestaat geen onenigheid. Kwaliteit moet uitgangspunt zijn. Het bezwaar richt zich op de invulling. Het is veel strenger dan andere beroepsgroepen. We moeten niet doorslaan, het moet proportioneel zijn. Vorig jaar heeft de VVD ook al haar zorg uitgesproken. Door de gekozen invulling lijkt het alleen maar erger te worden. Zijn de huidige plannen wel uitvoerbaar? Zijn de voorstellen wel proportioneel? Daarom wil ik de minister vragen in overleg met de sector vóór 1 december met voorstellen te komen op welke onderdelen het vakbekwaamheidsbouwwerk, zoals het bij wet opgelegde PE-examen, kan worden versoepeld, maar de kwaliteit wel geborgd blijft. Anders overweegt de VVD een motie op dit punt.

Financiële verslaggeving

Bij het onderwerp financiële verslaggeving wil de VVD vooral een compliment geven aan de minister. De VVD had gevraagd dat de AFM voortaan openbaar en kantoorspecifiek rapporteert over de kwaliteit van de accountantskantoren. Dit is transparanter. De goeden hoeven niet onder de kwaden te leiden. De VVD is blij dat dit zo snel geregeld is door de minister! De wetswijziging en toelichting is echter nog niet helemaal duidelijk. Wat mogen we van de wetswijziging verwachten (en wat niet). AFM kan de kantoorspecifieke rapportage openbaar maken. Gaat ze dat nu ook daadwerkelijk doen?

Tot slot

Ook dit jaar is er weer een veelheid aan voorstellen opgenomen in deze wijzigingswet. Eigenlijk teveel om alle voorstellen uitgebreid in te kunnen gaan. De VVD vindt dat jammer, en zou graag zien dat in de toekomst grotere voorstellen separaat aan de Tweede Kamer voor gelegd worden, zodat ze de aandacht krijgen die ze verdienen.