Naar Sotsji, maar met een heldere boodschap - Main contents
De afgelopen dagen is er stevig gediscussieerd over de Nederlandse afvaardiging naar de Olympische Winterspelen in Sotsji. Ik zal niet ontkennen dat ook ik mijn wenkbrauwen fronste toen vrijdag bekend werd dat zowel het Koningspaar, premier Rutte en minister Schippers naar Rusland zullen afreizen. Ik begrijp de reacties op het besluit voor deze zware delegatie dus wel. De PvdA-fractie had zelf een andere afweging gemaakt. Dat wil overigens niet zeggen dat wij voor een politieke boycot van de winterspelen pleiten. Integendeel, onze sporters verdienen steun en het zou niet erg consistent zijn met de vele andere contacten (politiek, handel, cultureel) die we wel met Rusland onderhouden.
Nu het kabinet een besluit over de Nederlandse delegatie heeft genomen, gaat het wat mij betreft niet zozeer meer over wie er precies op de tribune zit, maar wat de afvaardiging in Sotsji uitdraagt. Van premier Rutte verwacht ik dat hij als hoogste kabinetsvertegenwoordiger alles op alles zal zetten om te laten zien waar Nederland staat. Door Poetin opnieuw aan te spreken op de schending van homorechten in Rusland. Maar bijvoorbeeld ook, zoals het COC heeft voorgesteld, door een ‘kleurrijke delegatie’ mee te laten reizen naar de Spelen of een gesprek te organiseren met Russische LHBT-activisten. Belangrijk is om in de contacten met Moskou tevens de zorg te benoemen op andere terreinen, zoals de staat van de democratie en het Russische buitenlandbeleid (Oekraïne, Syrië).
De Partij van de Arbeid dringt er bovendien al langer op aan om mensenrechtennormen te hanteren bij de toewijzing en organisatie van grote sportevenementen. Denk naast de Olympische Spelen aan het WK voetbal in Qatar waar werknemersrechten geschonden worden en arbeidsomstandigheden vaak erbarmelijk zijn. In een motie riepen wij vorig jaar de regering op zich samen met de nationale sportkoepels in te zetten voor het aanpassen van de reglementen van internationale sportfederaties. Op de uitvoering van die motie zullen we nauwlettend toezien. Immers, sport hoort een feest te zijn, geen dekmantel voor mensenrechtenschendingen.