Vredesoverleg Syrië: zoeken naar lichtpuntjes

Source: M. (Michiel) Servaes i, published on Tuesday, January 21 2014, 13:44.

Morgen begint in Montreux de vredesconferentie over Syrië. Eind deze week treffen vertegenwoordigers van het Assad-regime en de Syrische oppositie elkaar vervolgens in Geneve. De onderhandelingen zouden ertoe moeten leiden dat er na drie jaar een einde komt aan de gruwelijke burgeroorlog. Helaas verliepen de voorbereidingen van de conferentie chaotisch en zijn de verwachtingen niet erg hoog.

Dat terwijl er sinds het begin van het conflict al ruim 100.000 doden vielen (de VN is inmiddels gestopt met tellen) en zo’n 9 miljoen mensen op de vlucht zijn. De ellende is nauwelijks nog te bevatten en het is lastig om er niet moedeloos van te worden. Toch heeft de internationale gemeenschap de plicht om alles op alles te zetten om de strijdende partijen tot onderhandelen te bewegen. Het conflict is zo complex dat alleen een politieke oplossing een uitweg kan bieden.

Nederlandse steun

Vorige week bespraken we in de Tweede Kamer de ontwikkelingen in Syrië en de voorbereidingen op “Geneve II”, zoals de conferentie genoemd wordt. Met alle beperkingen die er zijn, tracht Nederland zijn steentje bij te dragen. Bijvoorbeeld door Syrische vrouwen in staat te stellen input te leveren en deel te nemen aan de vredesconferentie. Ook de inspanningen van VN-gezant Lakhdar Brahimi en van de OPCW-missie onder leiding van de Nederlandse Sigrid Kaag worden ondersteund.

Heel belangrijk vind ik het onderzoek dat met Nederlandse steun gedaan wordt naar oorlogsmisdaden in Syrië. Dat lijkt nu, met alle acute noden, wellicht niet de eerste prioriteit, maar het kan na de oorlog essentieel zijn voor de berechting voor de meest gruwelijke misdaden. Denk aan het gebruik van gifgas en ‘barrel bombs’, aan standrechtelijke executies en zelfs aan uithongering als oorlogswapen. Wie hier verantwoordelijkheid voor draagt, mag niet onbestraft blijven. Dat geldt voor Assad, maar evengoed voor de jihadistische groeperingen die in Syrië actief zijn.

Op humanitair terrein draagt Nederland terecht ruimhartig bij. Vorig jaar werd voor 37 miljoen euro bijgedragen aan de opvang van en zorg voor vluchtelingen. Gelukkig bleken tijdens een recente conferentie in Koeweit ook veel andere landen, bereid tot aanzienlijke bijdragen. In de Kamer heb ik het kabinet gevraagd om de noodhulp voor dit jaar spoedig vrij te maken. Voor de VN is het namelijk van groot belang om goed te kunnen plannen bij hun werk in de enorme en inmiddels semi-permanente vluchtelingenkampen.

Lichtpuntjes?

‘Het is als in een diepe nacht zoeken naar een paar sterretjes’, verzuchtte minister Timmermans tijdens het overleg van vorige week. Met de gruwelijke beelden uit Syrië en sombere voorspellingen voor de onderhandelingen valt dat niet altijd mee. Toch moeten we doorzetten en hopen dat er deze week in Zwitserland tenminste een eerste, voorzichtig lichtpuntje voor de Syrische bevolking te zien zal zijn.