Typisch Nederlands - Main contents
Foto Flickr / ginsbu
Afgelopen week ben ik door het land getrokken en heb ik mensen in verschillende plaatsen gesproken: Venlo, Heerlen, Maastricht, Ede, Almere, Amstelveen, Amsterdam, Rotterdam. Ik bezocht onder meer een aantal typisch Nederlandse bedrijven. Typisch Nederlands omdat deze bedrijven inkopen over de hele wereld, uitblinken in kennis over productie en producten, en verkopen op Europese markten.
Zo was ik bij Crown Van Gelder, een papierproducent in Velsen sinds 1896. Het voorzag ooit in bijna duizend arbeidsplaatsen, maar heeft inmiddels nog maar zo’n 250 werknemers in dienst. Mechanisering, automatisering, robotisering. Er zijn twee productielijnen met apparaten waar met 100 kilometer per uur grote rollen papier door de machines vliegen. De houtvezels komen uit de hele wereld en de rollen papier verdwijnen naar klanten in Duitsland, Frankrijk, maar ook Rusland. Crown van Gelder is een bedrijf dat sterk concurreert met grote papierproducenten in de rest van de wereld. Door het aanboren van nieuwe markten en het ontwikkelen van vernieuwende producten weet zij het hoofd boven water te houden.
Ook aan duurzaamheid wordt bij Crown van Gelder volop aandacht besteed. Er wordt eigen energie opgewekt, bomen geplant voor iedere boom die gebruikt wordt en het water dat gebruikt wordt om de papiervezels schoon te spoelen wordt volledig terug de duinen in geleid. De aandacht voor duurzaamheid is ook in het belang van het bedrijf zelf. De energierekening is goed voor zo’n veertig procent van de totale kosten.
Afgelopen week was ik ook bij FloraHolland, bloemenhandelaar De Gooijer International en rozenkweker Van Rijn Roses. Ook die bedrijven zijn gericht op de Europese afzetmarkt: 75 procent van de export gaat naar de Europese binnenlanden. Het internationale karakter heeft niet alleen te maken met de brede afzetmarkt, maar is ook terug te zien in de personele bezetting. Op de werkvloer van de bloemenveiling zijn ruim 25 nationaliteiten terug te vinden; bij de kweker tref je veel Polen maar ook Haagse Turken, Slovaken, Portugese Nederlanders en natuurlijk mensen uit Aalsmeer en omstreken. Het is vooral de werkmentaliteit die telt, zo werd mij verzekerd. Een agrarische achtergrond is daarom een pre. De bloemensector lijkt zonder migratie niet te kunnen bestaan.
Ik heb eens te meer gezien hoe nauw verbonden onze economie is met die van onze Europese buurlanden. Hoe mooi het is dat Nederlandse bedrijven hard werken en slim opereren om Europese markten te veroveren. En dat ze daarvoor het buitenland hard nodig hebben: houtvezels uit de hele wereld en migranten uit Europa.