De eeuw van mijn schoonmoeder (column ND) - Main contents
'
Vandaag is het precies een week geleden dat we Gerda Zomer-Rots moesten begraven. Ze was de moeder die na tien andere kinderen ook Rianne, mijn vrouw, het leven gaf; ze was de oma van mijn kinderen, mijn schoonmoeder. Lees hier de nieuwste column van Kamerlid Gert-Jan Segers in het ND.
Het definitieve afscheid van zo’n belangrijke vrouw is zo verschrikkelijk verdrietig, veel verdrietiger dan ik me van tevoren had kunnen voorstellen. Ik herinnerde me direct ook weer het overstelpende verdriet na het overlijden van mijn vader, nu alweer 23 jaar geleden.
De dood scheurt geliefden ruw van elkaar los en is een bittere, laatste vijand. Daar kunnen mooie bloemen en fraaie woorden niets aan afdoen. En meer dan ooit besef ik na vorige week weer dat ook ik gedoemd ben te sterven.
gereformeerde wereld
Er waren vorige week inderdaad fraaie woorden en prachtige foto’s. Ze vertelden het verhaal van een vol, rijk leven van bijna negen decennia. We zagen de beelden van een jong meisje, lid van een gezin dat zich in 1944 vol overtuiging ‘had vrijgemaakt’. Van een jonge vrouw die, een tikje verlegen, samen met een magere theologiestudent naast professor K. Schilder en zijn vrouw aan een diner zat. Van een jonge moeder met een groeiende kinderschare, die van de pastorie in Bunschoten naar die van Groningen en later Zwolle trok. We hoorden de dierbare herinneringen van haar kinderen en over de momenten waarop die kinderen soms ook klem zaten tussen de muur van hun huis en de steeds maar weer openzwaaiende pastoriedeur. Het is het verhaal dat zich afspeelt in een overzichtelijke vrijgemaakte wereld die ik alleen maar vanaf de zijlijn heb leren kennen en die nooit helemaal de mijne is geworden. Een gereformeerde wereld waarvoor mijn schoonmoeder zich met hart en ziel heeft ingezet, maar ook een wereld die er op die manier niet meer is.
Ik heb nog net de nadagen van de vrijgemaakte wereld van weleer meegemaakt. Toen Rianne en ik in 1997 gingen trouwen en we ons aansloten bij de hervormde Marekerk in Leiden, leidde dat tot een ernstig gesprek met mijn aanstaande schoonmoeder en tot het ontslag van mijn vrouw als remedial teacher aan een naar Professor K. Schilder vernoemde school. Een kerkkeus kon namelijk alleen maar goed of fout zijn. Gezien alle offers die er na 1944 waren gebracht, kon ik het nog wel begrijpen ook. Maar gezien de reacties die daarna volgden, merkte je dat het geloof van vrijgemaakte christenen steeds minder samenviel met die ene kerk. Het kerkcriterium is snel aan het verdwijnen in de gereformeerde wereld. Mijn schoonmoeder heeft mijn dochter naar de doopvont van de Hervormde Kerk gebracht en in Egypte hebben we samen de maaltijd van onze ene Heer gevierd. Na dat ene gesprek in 1997 heb ik het met mijn schoonmoeder nooit meer over verschil in kerkkeus gehad.
overgave
Tegelijk is het verhaal van mijn schoonmoeder allesbehalve dat van een vrouw die alleen maar met haar tijd meedeinde. Ze was geen gereformeerde bij wie, naarmate het rijke gereformeerde leven afbrokkelde, ook het geloof in God haar door de vingers gleed. Integendeel. De verrassende relativering van veel wat na 1944 heilig en helder was, ging hand in hand met een totale overgave aan God, een diep vertrouwen dat haar leven in Christus geborgen was.
Waar was God in de eeuw van mijn schoonmoeder? Ik kan Hem moeilijk ontdekken in de kerkelijke stormen van haar leven. Ik vind het lastig Hem te zien in de soms heftige botsingen waartoe kerkkeuzes leidden in de wijdvertakte familie. Ik kan me niet voorstellen dat de vele vurige woorden van christenen van de afgelopen eeuw allemaal van God waren.
Maar ik geloof zeker dat God erbij was met het zachte suizen van zijn Geest toen iedere dag de Bijbel openging en toen zij steeds maar weer met liefde zorgde voor de vele kinderen en kleinkinderen. Het grote verdriet na haar sterven laat dat zien. Hij was erbij toen ze na de dood van haar man haar ogen opsloeg naar God en het van Hem verwachtte. En God was erbij toen ze in de laatste, broze minuten van haar eigen leven haar ogen omhoog richtte. Ze geloofde dat haar Verlosser leefde en zo stierf ze.
Gert-Jan Segers is Tweede Kamerlid voor de ChristenUnie. Hij schrijft in het Nederlands Dagblad iedere zes weken een column.