AO over Mensenrechtenstrategie voor het buitenlands beleid

Source: J.H. (Han) ten Broeke i, published on Monday, June 3 2013.
tkstoel
Bron: Blog Han ten Broeke

De vaste commissie voor Buitenlandse Zaken heeft op 3 april 2013 overleg gevoerd met minister Timmermans van Buitenlandse Zaken over:

• de inzet Nederland-Ruslandjaar 2013;

• het bezoek Mensenrechtenambassadeur aan Rusland (15-19 oktober 2012).

Bijdrage Han ten Broeke (VVD):

Voorzitter. Maandag komt hij, Poetin, leider van Moeder Rusland. We vieren dit jaar het jaar waarin ooit een andere grote leider van Rusland, Peter de Grote, naar Amsterdam en Zaandam afreisde om daar veel te leren over onze scheepsbouw. Ik heb het even opgezocht; dat was in 1697, dus iets meer dan 300 jaar betrekkingen. Die vieren we dit jaar en we hopen dat het een mooi feestje wordt.

Minister Timmermans: We vieren toch 400 jaar betrekkingen?

De heer Ten Broeke (VVD): Ja, ik zei het verkeerd. Dat klopt: 400 jaar.

De voorzitter: Het is 400 jaar, maar de verwarring is alom. Ik geloof dat de minister zich getriggerd voelt.

De heer Ten Broeke (VVD): Een interruptie van de minister, dat wil ik meemaken.

Minister Timmermans: Voordat er onduidelijkheid ontstaat: we vieren niks. We hebben een bilateraal jaar met Rusland. Dat is op zich reden voor een feest, maar er is geen bepaalde historische aanleiding voor dit bilaterale jaar.

De voorzitter: Dank aan de minister.

De heer Ten Broeke (VVD): Hoe typisch calvinistisch van deze sociaaldemocraat dat er wel over een feest gesproken mag worden, maar dat het niet gevierd mag worden. De minister moet dit toch wat vrolijker opvatten. Daar is ook alle reden voor.

Buiten de Europese Unie (EU) is Rusland, na de Verenigde Staten en China, de derde handelspartner voor Nederland met een import van vooral gas en staal van zo'n 16 miljard en een export van zo'n 6 miljard. Ook op het gebied van agrofood hebben we aan Rusland een belangrijke importeur. In Rusland liggen de supermarkten vol met Nederlandse groenten, fruit en vlees. De EU in haar geheel is de grootste handelspartner van Rusland: 41,9% van de Russische handel. Dat is vier keer meer dan de handel met China.

Er zijn wel risico's. Rusland is in 2011 na 19 jaar onderhandelen lid geworden van de World Trade Organization (WTO). Daarnaar heeft Nederland gestreefd en het is ook in het belang van Nederland. We streven naar vrijhandel omdat dit in ons belang is. Rusland is echter tegelijkertijd een land waarbij de nodige vraagtekens op economisch gebied gesteld kunnen worden. Ik wil met die vraagtekens beginnen omdat het risico van nationaliseren van overheidssectoren, zoals nu met de auto-industrie gebeurt, hand over hand aan het toenemen is. Daardoor komt er een risico op importheffingen. Dat is niet goed voor de Europese binnenmarkt en de exporterende bedrijven en het is niet goed voor het verdienmodel van Nederland. Ik wil graag van de minister weten of er over die handelsbelemmeringen gesproken zal worden. Dat hoeft niet per se aanstaande maandag, maar in ieder geval in een breder verband. Maakt Nederland hiervan een punt in de WTO en deelt de minister mijn zorgen?

Ik gaf al aan dat we behalve gas en olie ook andere zaken exporteren, waaronder natuurlijk bloemen. De export van bloemen steeg in 2011 met 24% tot 385 miljoen euro. Dat is een mooi bedrag, maar er zijn ook problemen. We horen dat er allerlei importproblemen zijn en dat die niet uniek zijn voor Nederland. Duitsland heeft problemen met auto's; er zijn problemen met varkensvlees uit de VS en hout uit Finland. Het loopt allemaal niet zo soepel als zou moeten. Is de minister bekend met de problemen van exporteurs? Kan hij hierover iets zeggen en wat doet hij eraan?

Energie is een belangrijke drijver in de contacten tussen Rusland en de rest van de wereld. Voor Rusland is energiepolitiek buitenlandpolitiek; voor Europa geldt dit helaas niet. De Amerikanen boren zich ondertussen met schaliegas en concessies in Alaska en voor de kust van Florida een toekomst naar hun eigen energieonafhankelijkheid. Europa doet het liever met wat wereldvreemde klimaatdoelstellingen en noemt dat energiebeleid, terwijl 40% van al het gas in Europa uit Rusland komt. Voor vijf EU-landen is dat zelfs 90%. Gazprom is de enige leverancier van Russisch gas en heeft enorm geprofiteerd van de liberalisatie van de Europese energiemarkt. Uit een Zweeds onderzoek blijkt dat er maar liefst 50 bedrijven van Gazprom actief zijn, vaak ook onder andere namen. Hoe kijkt de minister hiertegen aan in het kader van de reciprociteit en moeten we de rode loper voor dit soort bedrijven blijven uitrollen?

Vorige week was KRO Reporter op de televisie en kwam heel helder in beeld hoe in Nederland 42% van een nieuwe ondergrondse gasopslag in de Bergermeerpolder bij Alkmaar in handen komt van Gazprom. Van daaruit gaan de Russen dus gas aan Nederland en andere afnemers verkopen.

We zagen rondom het echec van Cyprus ook dat het gas weliswaar niet naar Rusland is gegaan, maar dat Rusland wel direct wist wie het verantwoordelijk moest stellen voor de deal die daar uiteindelijk gerealiseerd is. Dat is niet alleen het goede werk van Jeroen Dijsselbloem geweest, maar wellicht ook van Duitsland. Duitsland neemt over het algemeen een vriendelijke houding tegenover Rusland aan, maar het kreeg hierbij direct te maken met represailles van Rusland. Zo zie ik dat althans; en als ik het verkeerd zie, hoor ik dat graag. De Friedrich-Ebert-Stiftung (FES), het wetenschappelijk bureau van de Sozialdemokratische Partei (SPD), en de Konrad-Adenauer-Stiftung (KAS) konden al op een bezoekje van de Russische politie rekenen.

Dan komen we bij het punt dat waarschijnlijk in dit debat centraal staat: de verslechterende mensenrechtensituatie in Rusland. Natuurlijk, we hebben de oude Nederlandse lijn dat we mensenrechten altijd en overal bespreekbaar moeten maken. De VVD heeft al eerder gezegd dat we dat restrictief vinden omdat we prioriteiten moeten stellen. We moeten helder aangeven waarop we andere landen denken te kunnen aanspreken. Dat heeft ook te maken met het vraag of je leverage hebt, of je gewicht in de schaal kunt leggen. We kunnen het ook niet alleen. We zullen het altijd in Europees verband moeten doen. Ik zou er absoluut voor willen waken - en ik denk dat de minister zelf ook die mening is toegedaan - dat Nederland een alleingang gaat. Dat heeft geen zin. Daarmee bevorderen we onze doelstellingen niet. En voor de Magnitski-zaak, de homorechten en de situaties van niet-gouvernementele organisaties (ngo's) of van buitenlandse ngo's geldt eigenlijk voortdurend hetzelfde.

De VVD wil twee onderwerpen centraal stellen: de Magnitski-zaak - dat hebben we al eerder gedaan - en de antihomowet. Rond de Magnitski-zaak heb ik de minister al schriftelijk vragen gesteld. Hij heeft geantwoord dat voor een visumbehandeling naar Amerikaans voorbeeld op dit moment de handen niet op elkaar gaan. Wat is er dan wel mogelijk?

De minister heeft een brief gestuurd naar de heer Jagland van de Raad van Europa (RvE). Kan de minister mij beloven dat hij in het kader van het Comité van Ministers van de RvE, dat binnenkort weer bijeenkomt, deze zaak in elk geval blijvend op de agenda plaats? Is het mogelijk dat we mensenrechten centraal in de beoordeling laten staan bij visawaivers die we zelf kunnen verlenen aan Russische officials? Ik hoor graag van de minister hoe expliciet dit kan. De Amerikaanse senaat heeft een lijst opgesteld van mensen die aanvankelijk vervolgd zouden worden maar van wie de vervolging is opgeschort, terwijl men nu een dode man vervolgt. Is het mogelijk deze lijst daarbij heel nadrukkelijk te bekijken om te zien of we die mensen daarvan kunnen uitzonderen? Ik realiseer me terdege dat dit geen visumban is, maar het is wel een mogelijkheid om in ieder geval restrictiever te worden op dit vlak.

Met de situatie van homo's gaat het in LHBT's (lesbische vrouwen, homoseksuele mannen, biseksuelen en transgenders) overigens in den brede in Rusland niet goed. Hetzelfde geldt voor Oekraïne. Oekraïne kunnen we aanspreken via de samenwerkingsovereenkomst die het wil sluiten. Dat punt brengen we als VVD ook altijd naar voren. Ik las gisteravond de NRC, ik zag de prachtige foto's van de Russische leider. Wie die goed bekeken heeft, kan zich bijna niet voorstellen dat een gaypride in Moskou niet mogelijk is. Laat ik er dit van zeggen: de minister is moedig genoeg geweest om deze zaak bij de heer Lavrov in de aanloop naar dit bezoek aan te orde te stellen. Ik denk dat dit het juiste moment was om dat te doen. Ik zou graag zien dat ook onze premier bij het korte bezoek dat gebracht wordt, de mensenrechtensituatie in den brede aan de orde stelt zonder het feest te verstoren. Dan gaat het over ngo's, dan gaat het over homorechten of LHBT's, dan gaat het over buitenlandse organisaties die als agent worden aangemerkt en dan gaat het ook over de Magnitski-zaak. Dat verzoek doet de VVD in ieder geval aan de minister.

Lees hier het volledige verslag (PDF)