Verslag AO over Oost-Oekraïne van 23 april 2014

Source: J.H. (Han) ten Broeke i, published on Wednesday, June 11 2014, 1:57.
alttekst ontbreekt in origineel bericht
Bron: Blog Han ten Broeke

De vaste commissie voor Buitenlandse Zaken en de vaste commissie voor Defensie hebben op 23 april 2014 overleg gevoerd met minister Timmermans van Buitenlandse Zaken en minister Hennis-Plasschaert van Defensie over:

• de brief van de minister van Buitenlandse Zaken d.d. 13 april 2014 met het Overzicht van de ontwikkelingen in Oost-Oekraïne in aanvulling op de geannoteerde agenda met de inzet van de Nederlandse regering bij de Raad Buitenlandse Zaken op 14 april 2014;

• de brief van de minister van Buitenlandse Zaken d.d. 15 april 2014 met het Verslag van de Raad Buitenlandse Zaken van 14 april 2014, het deel over Oekraïne;

• de brief van de minister van Buitenlandse Zaken d.d. 16 april 2014 over NAVO - geruststellende maatregelen in verband met de crisis in Oekraïne (vastgesteld 11 juni 2014).

Bijdrage de heer Ten Broeke (VVD): Voorzitter.

Poetin moet een tevreden man zijn, want hoewel de Russische economie in hoog tempo verroest, heeft hij de afgelopen tijd overwinning na overwinning geboekt. Zijn vijanden vrezen hem, zijn bondgenoten bewonderen hem en hij heeft approval ratings waar president Obama een moord voor zou doen als hij daar niet te beschaafd voor was. Na de annexatie van de Krim is het oude Russische rijk, waar Poetin met zo veel nostalgie aan terugdenkt, weer een beetje in ere hersteld. Het zal niemand in dit huis zijn ontgaan dat Rusland al jaren worstelt met de geopolitieke realiteit van de Koude Oorlog en het verliezen van controle over de voormalige invloedssferen. De recente territoriale uitbreiding fungeert dan kennelijk als een pijnstiller. Maar hoe sterk gevoelens de geopolitieke besluitvorming ook kunnen sturen, ze mogen nooit de afspraken die wij met elkaar hebben gemaakt, tenietdoen. Polen kan immers net zo goed aanspraak gaan maken op delen van Oekraïne, aangezien het tussen de dertiende en de achttiende eeuw de stad Lviv tot het eigen gebied rekende. Het mag duidelijk zijn dat we dat met elkaar niet moeten willen. De legitimiteit van de nationale nostalgie houdt wat mij betreft toch echt op bij de afspraken die we met elkaar hebben gemaakt over soevereiniteit, in dit geval met Oekraïne. Die afspraken zijn vastgelegd in het memorandum van Boedapest in 1994.

Het is van belang dat we ons ervoor inzetten om een tweede Krim-scenario te voorkomen. In de afgelopen week zijn Rusland en Oekraïne eindelijk samen om de tafel gaan zitten om te onderhandelen. De VS en de EU schoven ook aan in Genève. Vertegenwoordigers van de zelf verklaarde republiek Donetsk zaten daar gelukkig niet bij. In eerste instantie was dat nog wel een eis, maar die is van tafel gegaan. De Oekraïense regering sprak er namens Donetsk en de gesteunde separatisten. De uitkomsten van dat overleg zijn een eerste positieve ontwikkeling na maanden van escalatie. Gewapende troepen worden ontwapend, er komt een dialoog en er komen mogelijk ook referenda over de toekomst van de Oost-Oekraïense delen.

De vraag die zich voordoet, is hoe hard dit akkoord is en of het eigenlijk niet alweer op alle mogelijke fronten is geschonden en daarmee kapot is, zoals collega Sjoerdsma mij influistert. Ik krijg daar graag het oordeel van de Minister over. Het is maar de vraag of dit akkoord nog iets betekent. De spanning neemt as we speak toe. De Amerikaanse senator McCain grapte dat een akkoord in Genève, dat ook het onderhandelingstoneel vormde voor andere geschillen, zoals die in Syrië, en het Amerikaanse kernprogramma, ondertussen een metafoor begint te worden voor «do nothing». Ik hoop dat zijn ongelijk bewezen wordt, maar vooralsnog ziet het daar niet naar uit.

De VVD-fractie heeft er lange tijd, vanaf het begin van deze crisis, op aangedrongen dat er met Rusland gesproken wordt. Oekraïne deelt een groot deel van de geschiedenis met Rusland. Of het nu terecht is of niet, Rusland is bang voor de gevolgen van een al te zelfstandig Oekraïne. Om Oekraïne zo veel mogelijk over de eigen toekomst te kunnen laten beslissen, moet er dus een goed contact zijn met beide buren, zowel Rusland als de Europese Unie. Deelt de Minister de opvatting van de VVD dat het goed is dat Rusland nu eindelijk aan tafel zit, maar dat dit al veel eerder had moeten gebeuren en dat Ashton al veel eerder die kant op had moeten reizen? Achteraf gelijk hebben, is altijd moeilijk, zeker in de internationale politiek, maar we moeten hier voor de Europese buitenlandse politiek, waar zo vaak en zo veel over gemekkerd wordt, toch ook lessen uit durven trekken. Ik was blij met de actie van de drie Ministers van Buitenlandse Zaken eind februari, maar dat succesvolle optreden werd gevolgd door een in mijn ogen naïeve misrekening, omdat er met Moskou gesproken had moeten worden. Als gevolg daarvan zitten we nu met de problemen waar we mee zitten.

De gebeurtenissen in Slavjansk, een stad waar vorige week drie separatisten om het leven kwamen, is daar misschien wel het cumulatiepunt van en maakt ook dat het akkoord nu al op losse schroeven staat. Gisteren werd ook bekend dat er in Oost-Oekraïne verminkte lichamen van twee Oekraïense politici zijn gevonden. Een van de twee was lid van de partij van de Oekraïense president Toertsjinov. Beide partijen beschuldigen elkaar nu van het breken van het akkoord. Kan de Minister hier iets over zeggen? Hebben we daar informatie over?

Deze week was ook de Amerikaanse vicepresident Biden in Kiev om zijn steun te betuigen aan Oekraïne en aan de territoriale integriteit. Hij benadrukte dat de VS de inname van de Krim nooit zal erkennen. Dat is terecht, want als we dat wel zouden doen, zou dat grote gevolgen kunnen hebben voor de stabiliteit in Europa. De PVV is hier helaas niet aanwezig, maar die kan er kennelijk wel begrip voor opbrengen en geeft de EU nota bene de schuld van wat er in Oekraïne gebeurt. Er zijn dus kennelijk mensen die niet zien dat de bevolking van Oekraïne in tien jaar tijd twee keer een pro-Russische regering heeft afgezet. Onder het mom van «de vijanden van de EU zijn mijn vrienden» koos de PVV al snel voor Poetin, terwijl de vrijheid waar die partij zegt voor te vechten, toch werd bevochten op het Maidanplein, vier maanden lang, waarvan drie en een halve maand vreedzaam en bij temperaturen ver onder het vriespunt en met variërend tussen de 20.000 en 300.000 mensen. Die moesten daarna duiken voor de kogels van de extremisten. Dat verschil moeten we niet uit het oog verliezen.

Ten slotte nog een aantal vragen over de decentralisatie van Oekraïne. Wat is de opvatting van de Nederlandse regering over wat nu is ingezet? Hoe kunnen we afdwingen dat dit akkoord toch blijft staan? Wat is de inzet van de OVSE en hoe zouden we die kunnen versterken? Wat denkt de Nederlandse regering daar zelf nog aan te kunnen bijdragen?

Lees hier het hele verslag