Weeklog Dennis de Jong: Wie hoort de Europese vakbeweging nog? - Main contents
Op 5 juni jl. nam het Uitvoerend Comité van de Europese Vakbeweging een verklaring aan waarin deze oproept tot het afsluiten van een sociaal pact voor Europa. Het zou me verbazen als iemand ervan heeft gehoord, want de verklaring heeft naar mijn weten geen of nauwelijks media aandacht getrokken. We rennen van Europese top naar top en steeds opnieuw zetten de regeringsleiders stappen op weg naar een kil Europa zonder goede sociale voorzieningen. Ook willen ze van de CAO’s af en moeten de lonen omlaag door loonconcurrentie te bevorderen. Die geluiden horen we wel. Dagelijks. Maar het tegengeluid van de vakbeweging dringt nauwelijks door. Voor een sociaal Europa is het nodig dat dit verandert: in de media, in de politieke arena en in het publieke debat. De SP in het Europees Parlement doet zijn best, maar dit moet veel breder: waarom maakt de vakbeweging een sociaal pact niet tot inzet van een Europees burgerinitiatief?
De analyse van de Europese Vakbeweging was haarscherp: door middel van het ‘economisch bestuur’ komen lidstaten steeds meer onder druk te staan om in te grijpen in de loononderhandelingen tussen werkgevers en werknemers. De Europese Supercommissaris Rehn heeft het niet zo op CAO’s. In landen die steun krijgen uit de Europese noodfondsen zijn juist de lonen het eerste slachtoffer: ter wille van de ‘concurrentiekracht’ moesten die met 20-30% omlaag. CAO’s of geen CAO’s. De Vakbeweging wijst er terecht op dat zo’n kil, asociaal Europa nooit de bedoeling is geweest. Zelfs in het Verdrag van Lissabon vind je nog bepalingen die wijzen op de noodzaak van een sociale markteconomie. Als SP waren we altijd al sceptisch over dat woord ‘sociaal’, want het Verdrag legt verder vooral de nadruk op markt, markt, markt, maar het staat er wel. Sinds de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon breekt Brussel echter alle sociale rechten verder af en dus heeft de vakbeweging gelijk, als ze zegt dat hiermee het Verdrag wordt geschonden.
De vakbeweging wil werk dat loont, gelijk loon voor gelijk werk, en een sociaal vangnet in alle lidstaten. Juist in tijden van crisis zijn sociale voorzieningen van belang, omdat ze een dempend effect hebben: als mensen weten dat er een sociaal vangnet is, is er een zekere mate van rust en blijft het consumentenvertrouwen overeind. Nu overal in Europa een afbraakbeleid wordt gevoerd, is er van dat vertrouwen niet veel meer over. Mensen die zeggen dat in tijden van recessie er geen ruimte is voor sociaal beleid, hebben dus ongelijk.
Er is alle aanleiding voor een grootscheepse mobilisatie. Hetzelfde Verdrag van Lissabon heeft de mogelijkheid gecreëerd van een burgerinitiatief: als je 1 miljoen handtekeningen ophaalt in een aantal lidstaten, moet de Europese Commissie zo’n idee bekijken en er wat mee doen. Ook dat geeft geen garantie op succes, maar het zou de vakbeweging in ieder geval de publiciteit kunnen geven die zij verdient. Juist nu.