Weeklog Dennis de Jong: beveiligers in het Europees Parlement - Main contents
Beveiligers in opleiding op bezoek
Op 29 april bezocht een groep van zo’n 50 beveiligers in opleiding van het ROC in Tilburg het gebouw van het Europees Parlement. Rein van Gisteren en ik hebben de jongeren graag ontvangen. Dit keer geen verhalen over de Europese besluitvorming, maar alle aandacht voor de vraag hoe je zoveel enorme gebouwen met duizenden bezoekers per dag op een prettige manier ‘veilig’ houdt.
Vrijwel dagelijks komen er bezoekersgroepen in het Europees Parlement. Voor Europarlementariërs is het vaak onmogelijk om deze groepen persoonlijk te verwelkomen, omdat de bezoeken meestal samenvallen met vergaderingen of stemmingen. Dit keer kon ik er gelukkig wel bij zijn en ook met eigen ogen Rein in actie zien: hij ontvangt regelmatig bezoekersgroepen uit naam van de SP en mede dankzij Rein vielen de studenten niet direct in slaap, en kregen ze ondertussen met een gezonde dosis humor toch veel informatie over het Europees Parlement en de Europese Unie in het algemeen.
Zelf hield ik mijn welkomstwoord beperkt. Ik vertelde over het tapijtje waarover alleen Europarlementariërs het gebouw binnen mogen komen. Ze hoeven dan alleen hun badge te laten zien, maar hoeven niet door poortjes e.d. Er zijn overigens Europarlementariërs die zelfs dat teveel moeite vinden: zij beklagen zich, als de bewaking hen niet ook zonder het tonen van hun badge herkent. Diezelfde categorie EP’ers ziet mensen van de beveiliging ook als portiers die op tijd ‘hun’ auto laten voorrijden. Nederlandse Europarlementariërs zijn over het algemeen wat bescheidener en als SP’ers doen we natuurlijk aan dat soort praktijken al helemaal niet mee.
Na mij sprak iemand van de beveiligingsdienst van het EP. Daar leerden we o.a. van dat er 1200 camera’s hangen in de gebouwen van het EP. Van iedereen moet er dus ruimschoots beeldmateriaal opgeslagen zijn, zonder dat daar overigens onze toestemming voor gevraagd is.
Ook leerden we dat de Brusselse politie niet bevoegd is het EP zomaar binnen te komen. De gebouwen zijn formeel namelijk geen Belgisch grondgebied. En zo kon het vorig jaar gebeuren dat er een heuse bankoverval in het EP plaats had gevonden, zonder dat de politie er iets aan kon doen. De politie mag pas binnen als de Voorzitter van het EP hen daar toestemming voor geeft en dat duurt natuurlijk altijd even. Voor de beveiligers-in-spe een onbegrijpelijke situatie, voor ons trouwens ook wel, ook al zijn we in het EP al veel procedures gewend.
Ik geloof wel dat onze bezoekers redelijk onder de indruk waren. In ieder geval hadden ze op weg naar buiten veel aandacht voor de manier waarop de bewakers bij de ingang hun werk deden en natuurlijk voor de tapijtjes voor Europarlementariërs. Als ze ooit in Brussel komen werken, weten ze in ieder geval van die lastige Europarlementariërs. En op mijn vraag aan de meneer van de beveiligingsdienst van het EP, of de beveiligers speciaal werden getraind hoe daarmee om te gaan, antwoordde hij schalks dat een cursus ‘sociale vaardigheden’ onderdeel vormde van de opleiding van de Europese beveiligers. Nu vond ik onze bezoekers sociaal vaardig genoeg, maar misschien iets voor sommige van mijn collega-parlementariërs?