Weeklog Dennis de Jong: Samenwerken met andere partijen in het EP - Main contents
Om in het Europees Parlement wat te bereiken, moet je wel samenwerken met andere partijen. Dat geldt zelfs voor de grootste fractie, de Christen-democraten die deze week een aantal flinke nederlagen leden doordat ze onvoldoende steun kregen van andere fracties. De Eurofractie van de SP probeert zich altijd constructief op te stellen om zoveel mogelijk concrete resultaten te behalen. Tegelijkertijd spreekt het vanzelf dat dit soort binnenparlementaire gelegenheidscoalities nooit ten koste mogen gaan van wat ons als SP’ers anders maakt dan andere partijen, d.w.z. dat wij direct contact met gewone mensen en hun belangenorganisaties zoeken. Voor grote successen kun je alleen zorgen, als je het werk binnen het parlement verbindt met wat je ook daarbuiten doet.
Voor het buitenparlementaire werk zijn er tal van mogelijkheden. Veel mensen richten zich tot de eurofractie met concrete problemen of vragen. Vaak blijkt dat een individuele vraag eigenlijk betrekking heeft op een veel groter probleem, dat we vervolgens of in Nederland zelf of in Brussel moeten proberen op te lossen. Daarnaast ontvangen Kartika en ik veel vertegenwoordigers van belangenorganisaties en ook uit die contacten komt veel nuttige informatie. En natuurlijk gaan we als eurofractie ook eigen onderzoek doen. Een eerste onderzoek zal dit voorjaar al plaatsvinden en zal gaan over de rol van de talloze agentschappen van de Europese Commissie die verspreid over heel Europa hun werk doen. We willen erachter komen wat ze precies doen en wat de ervaringen van gewone mensen is met hun werk.
Maar ook het binnenparlementaire werk is belangrijk. Zo kon het EP deze week datgene doen waartoe het nationale Nederlandse parlement niet de gelegenheid kreeg: het akkoord met de VS waarbij een groot deel van onze bankgegevens aan de Amerikanen ter beschikking zou worden gesteld, is van de baan. Een meerderheid van de Europarlementariërs stemden tegen het akkoord en nu moeten er dan eindelijk onderhandelingen plaatsvinden op een democratische en transparante manier, waarbij een evenwichtige oplossing gevonden wordt met respect voor onze privacy.
Dat soort resultaten kun je niet op je eentje bereiken. In dit geval speelde de rapporteur van de VVD , Hennis Plasschaert, een doorslaggevende rol en ik vind het normaal om haar met dit succes te feliciteren. Zo kan ik ook met de liberalen samenwerken als het gaat om de bemoeizucht van Brussel of om verspilling. Met de Christen Unie bleek ik deze week de zorgen over het gokbeleid te delen: de CU en wij denken identiek over de gevaren van de opvatting die bij de Europese Commissie regelmatig de kop op steekt, om het gokken als een gewone dienst te zien waar vrije concurrentie mogelijk moet zijn. Wij willen juist dat landen als Nederland het recht houden dit aan banden te leggen en mensen te beschermen tegen gokverslaving.
Met Groen Links werken we vaak samen als het gaat om de bescherming van milieu, de bevordering van dierenwelzijn en bij het buitenlands beleid. Met D66 werk ik samen om te voorkomen dat onder invloed van de lobby uit Rome de scheiding van Kerk en Staat in Brussel wordt doorkruist. En met de PvdA kunnen we op sociaal gebied vaak samen optrekken.
In het EP heb je geen regering en oppositie en daarom is het misschien makkelijker samenwerken dan in Nederland. Maar het valt me toch op dat het hier geen eenrichtingsverkeer is: niet alleen zoeken wij samenwerking met anderen, zij doen dat ook met ons, omdat ze zien dat de SP ertoe doet. In Nederland zijn we er klaar voor om te gaan regeren. Ik hoop van harte dat, mochten er ooit nationale politici zijn die dat in twijfel trekken, zij eens bellen met Brussel: ik ben ervan overtuigd dat hun Brusselse collega’s dan bevestigen dat de SP een betrouwbare partner is, natuurlijk met eigen beginselen en een eigen programma, maar zeker een partij waar goed mee is samen te werken. En als je ooit een regering wilt die in contact is met gewone mensen, dan kun je al helemaal niet om de SP heen: wij sluiten ons nooit op in vergaderzalen maar blijven met onze benen midden in de samenleving staan.