04 november 2014 - Main contents
Onze partij bestond op dinsdag 28 oktober precies 12 jaar en dat hebben we gevierd met 70 minuten spreektijd bij het begrotingsdebat over natuur en landbouw.
Ik heb tijdens de behandeling van de begroting gepleit voor het invoeren van een eerlijkeprijsbewijs voor onder andere tussenhandelaren en supermarkten wat betreft landbouwproducten. Via het eerlijkeprijsbewijs moeten marktpartijen kunnen aantonen dat de inkoopprijs die zij boeren bieden, voldoende is om de productiekosten te dekken. Daarbij moeten ook de kosten die gemaakt worden om te voldoen aan de maatschappelijke eisen op het gebied van dierenwelzijn, gezondheid, natuur en milieu meegenomen worden.
Op dit moment verkopen boeren hun producten namelijk vaak onder de kostprijs. Dit gaat ten koste van boeren, dieren, natuur en milieu. Er moet een beter verdienmodel voor de boeren komen! In de prijs die de boer voor zijn product krijgt dienen de daadwerkelijk gemaakte kosten gedekt zijn. Supermarkten en andere afnemers dienen dit aan te kunnen tonen. Dit betekent een stap naar een transparantere voedselketen waarin de kwaliteit van het voedsel én het dierenwelzijn, de bescherming van de natuur en het milieu beter gewaarborgd kunnen worden. Hierdoor wordt een duurzaamheidsbodem in de markt gecreëerd!
Bij deze een stukje uit mijn speech:
Tijden van crisis vragen om leiderschap, om lef en om moed. Kwetsbare waarden zoals dierenwelzijn, natuur en milieu dienen beschermd te worden tegen de markt, tegen achteloosheid en onverschilligheid. Als we dat niet doen komen de negatieve gevolgen niet alleen voor dieren, natuur en milieu maar ook voor onszelf als een boemerang terug.
Ik vraag de staatssecretaris zich bij de hervorming van de veehouderij niet te laten belemmeren door korte termijn economische belangen en door de gedachte dat tussen droom en daad wetten in de weg zouden staan en praktische bezwaren, zoals de meest geciteerde dichtregel van Willem Elsschot luidt.
Tussen droom en daad staan wetten in de weg, en praktische bezwaren. Maar niet als het gaat om een hervorming van de veehouderij. De wet laat het toe, verkiezingsprogramma’s beloven het, de kiezer wil het en het regeerakkoord staat niet in de weg.
De Partij voor de Dieren wil graag, in het kielzog van alle genoemde instituten en mensen als Al Gore, Bill Gates en Paul McCartney een serieus debat over de noodzaak om te komen tot een vermindering van de vlees- en zuivelconsumptie. Omdat - en dat is ook het kabinetsstandpunt - vlees het meest milieubelastende onderdeel is van ons voedselpakket.
Dat kabinetsstandpunt, voorzitter, heeft nu meer dan ooit de wind in de zeilen. Laten we die wind gebruiken om meters te maken op dit dossier.
Goed om te horen dat de ambtenaren van de ministeries van Buitenlandse Zaken, Infrastructuur & Milieu, Defensie en Sociale Zaken gaan voor een Meatless Monday. Mooi! Wel gek dat er dus veel ministeries een Meatless Monday gaan invoeren, maar het ministerie van Economische Zaken (voedsel) en Volksgezondheid dan weer niet…
Het is goed te horen dat steeds meer Nederlandse melkveehouders bang zijn dat ook hun houderij intensiever en grootschaliger wordt. Zij vrezen dat door nieuwe wetgeving waarbij de melkquota wordt losgelaten, de melkveesector ‘varkeniseert’ (dus net zo wordt als de intensieve varkenshouderij). Bij het loslaten van de melkquota en de eis van grondgebondenheid van het bedrijf zullen steeds meer koeien jaarrond op stal komen te staan. Vanaf 1 januari 2015 vervallen de Europese quotaregels voor melkproductie en kunnen melkveehouders een hoeveelheid melkkoeien gaan houden die ver boven alle normen van een gezonde, milieu-, natuur- en diervriendelijke vorm van veehouderij uit gaat stijgen.
Tot volgende week! Marianne