Loonkloof tussen man en vrouw moet snel aangepakt worden - Main contents
De economische kloof tussen man en vrouw groeit. Bij het huidige tempo is de beloningsongelijkheid tussen mannen en vrouwen in Nederland pas over 81 jaar weggewerkt! Ondanks dat in Nederland meer vrouwen aan het studeren zijn dan mannen, verdienen vrouwen minder voor hetzelfde of gelijkwaardig werk en is ongeveer de helft van het aantal vrouwen financieel afhankelijk. Dit is kwalijk, want zonder economische onafhankelijkheid is er geen echte vrijheid en gelijkwaardigheid. De PvdA wil zich hard maken voor gelijke kansen tussen mannen en vrouwen, zodat economische gelijkheid op een hoger tempo bereikt kan worden.
Dit kan alleen met maatregelen die op rap tempo de beloningsongelijkheid tussen mannen en vrouwen verminderen. Daarom heb ik onlangs een initiatiefvoorstel ingediend, waarmee de PvdA beloningsgelijkheid tussen vrouwen en mannen bevordert. Het voorstel versterkt de positie van ondernemingsraden en verplicht bedrijven cijfers over beloningsongelijkheid te publiceren in het jaarverslag.
De beloningsongelijkheid tussen mannen en vrouwen is in Nederland weliswaar iets afgenomen, maar neemt minder snel af dan bij omringende landen zoals België, Denemarken, Duitsland en Frankrijk. Duitsland bijvoorbeeld blijft maatregelen nemen om de gelijkheid tussen mannen en vrouwen te vergroten, terwijl de cijfers in Duitsland beter zijn. Zo heeft Duitsland een dwingend quotum van 30% afgesproken (vanaf 2016) voor het aantal vrouwen in raden van toezicht. In Nederland kennen we enkel een vrijblijvend streefcijfer van 30% vrouwen in de raden van besturen en commissarissen. Uit recente onderzoeken blijkt echter dat dit streefcijfer bij lange na niet wordt gehaald.
Wat is de laatste druppel voor Nederland? Wanneer is de vrijblijvendheid voorbij? Hoe doorbreken we het glazen plafond? Dat zijn de vragen waarmee ik binnenkort in debat wil gaan met de regering. Hiertoe heb ik onlangs een plenair debat aangevraagd. De vooruitgang is te traag en te minimaal en daar wil ik mij niet bij neerleggen.