Kuiper: 'Ziekenhuizen zijn er niet voor portemonnee investeerders' - Main contents
Voorzitter,
Deze Kamer behandelt gisteren en vandaag twee wetsvoorstellen, die in samenhang kunnen worden gezien. Ze raken beide in ieder geval de ziekenhuiszorg. maar terwijl de Wet marktordening gezondheidszorg een prikkel beoogt te geven om te komen tot concentratie en kwaliteitsverbetering van zorg, door specifieker inkoopbeleid van zorgverzekeraars, lijkt deze wet de winst daarvan weer te ondergraven door ziekenhuizen te binden aan private investeerders met een winstoogmerk. Dat zal een druk leggen op de bedrijfsvoering en zo teniet kunnen doen wat we beogen met dat selectieve inkoopbeleid. Dit is voor ons een aangelegen punt: welke richting slaat de minister in met haar beleid? Graag horen we haar visie hierop.
Het wetsvoorstel lijkt uit nood geboren: er zijn ziekenhuizen die moeite hebben om leningen aan te trekken van banken om noodzakelijke investeringen kunnen doen in nieuwe apparatuur en gebouwen. De minister lijkt risicodragend privaat kapitaal als de oplossing te zien voor deze financieringsproblematiek. Wat mijn fractie betreft is dat een erg forse beweging. Het gaat hier niet zomaar om een praktische oplossing voor een praktisch probleem, maar om een belangrijke keuze, die te maken heeft met de inrichting van ons zorgstelsel. Ik wil onze bezwaren tegen deze beweging graag aan de minister voorleggen.
Het belangrijkste bezwaar is dat privaat kapitaal dat winstgevend moet zijn iets doet met de eigenlijke gerichtheid van ziekenhuizen: het verlenen van geneeskundige zorg ten dienste van de patiënt. Een ziekenhuis is er niet voor de portemonnee van investeerders. Werken we hiermee niet in de hand dat we ons gereguleerde zorgstelsel - waarin het publieke belang, het belang van de patient, centraal staat - veranderen in een arena van aan elkaar tegenstrijdige belangen? Het gaat hier om het inbrengen van een financiële logica die zomaar leidend kan worden in de zorgpraktijk van ziekenhuizen. We brengen onjuiste, verkeerde prikkels aan in de wereld van de zorg. Dat leidt tot frictie op een aantal terreinen.
Te beginnen met patiëntselectie. Hoe wordt voldoende voorkomen dat zorgaanbieders uit winstoogmerk patiënten met een voor hen lastige zorgvraag gaan weigeren of ontwijken? De minister zegt dat dit kan worden tegengegaan, maar wij zien niet goed hoe en of toezicht hierop krachtig genoeg kan worden uitgeoefend.
En hoe zit het met de mogelijkheid van huisartsen aandeel te krijgen in zorginstellingen waarnaar ze zelf door kunnen verwijzen? Biedt het wetsvoorstel voldoende mogelijkheden om belangenverstrengeling te bestrijden of aan te pakken? Is straks voldoende inzichtelijk wie welke deelneming heeft in de zorgaanbieder? Welke mogelijkheden zijn er hieromtrent misbruik tegen te gaan?
Het is allerminst ondenkbaar dat winstuitkeringen een volume-opdrijvend effect met zich meebrengen. Dat lijkt me een ongewenst effect. Heeft zij andere mogelijkheden perverse effecten tegen te gaan dan alleen ex post controle door de NZa? Juist in een tijd waarin we alles doen om de zorgkosten onder controle te krijgen, lijkt me dat van belang.
Ik heb uiteraard gezien dat de regering deze effecten wel onder ogen ziet. Ik noteer bijvoorbeeld dat de regering de positie van cliëntenraden wil verbeteren als tegenwicht tegen deze prikkels. Maar ik constateer ook dat cliëntenraden alleen verplicht zijn als zorg gepaard gaat met verblijf. Kan de minister ingaan op de rol die cliënten en cliëntenraden zullen gaan spelen in het kader van dit wetsvoorstel?
De regering benadrukt daarnaast dat ze korte termijn-winstbejag tegen wil gaan. Pas drie jaar na de eerste investering mag - onder voorbehoudt van nog enkele voorwaarden - voor het eerst winst worden uitgekeerd. Zo zullen volgens de regering vooral investeerders met een lange termijn-belang worden aangetrokken. Echter, deze driejaar-termijn geldt slechts éénmaal. De vraag is niet onterecht waarom deze termijn niet voor elke nieuwe investeerder of zelfs elke nieuwe investering zelf geldt. Dat dit potentiële investeerders afschrikt is wat de ChristenUnie betreft een extra mogelijkheid om het kaf van het koren te scheiden. Graag reactie.
Voorzitter, alles wegende ontstaat weinig enthousiasme bij mijn fractie voor dit wetsvoorstel. Het zet de richtingwijzers in de verkeerde richting. Ik constateer bovendien dat de regering ons er nog niet van heeft kunnen overtuigen dat er geen andere oplossingen zijn voor de praktische problematiek van de financiering van investeringen die een ziekenhuis moet plegen. Waarom zouden andere wegen niet tot oplossingen kunnen leiden, zonder de verkeerde prikkel te introduceren? Wat heeft de regering ondernomen om deze wegen te onderzoeken? Is er werkelijk niets anders mogelijk? Wat mijn fractie betreft zou de regering daarnaar op zoek moeten gaan. Het wetsvoorstel dat we vandaag bespreken lijkt geen duurzame oplossing te bieden en zet de balans in ons zorgstelsel op het spel. Het veroorzaakt een kanteling naar nog meer marktdenken in de zorg, terwijl we meer vanuit de samenleving moeten gaan denken. We staan al voor een belangrijke toename van de invloed van zorgverzekeraars op de inrichting van de zorg voorbij de eerste lijn, de medisch specialistische zorg incluis. Ik acht het dan onverstandig daaraan ook nog invloed van private partijen met een winstoogmerk toe te voegen.