Wat de milieucommissie van de VN-scheepvaartorganisatie ons leert over TTIP - Main contents
Of korter: Wat de MEPC van de IMO ons leert over over TTIP. De Verenigde Naties blinken uit in afkortingen. Zo weten ze iedere bijeenkomst in ieder geval voor het grote publiek onzichtbaar te maken. Bewust of niet, lijkt zo veel politiek te verdwijnen achter een muur van bureaucratie. Ik was afgelopen week in Londen bij de IMO; de Internationale Maritieme Organisatie. Klinkt als een oude club mannenbroeders die de nieuwste scheepsknopen rangschikken, maar niets is minder waar.
Een containerschip komt de haven van Rotterdam binnen
De IMO is een ongelooflijk belangrijke politieke organisatie die alle regelgeving voor de internationale scheepvaart regelt. En dat is nogal wat: Hoeveel wanden moeten olietankers hebben? Hoe wordt de veiligheid van cruiseschepen geregeld? Aan welke kwaliteitseisen moet stookolie voldoen? En wat mogen grote containerschepen uitstoten? Allemaal zaken die de IMO regelt.
Internationale scheepvaart is mondiale business
Internationale scheepvaart is bij uitstek een mondiale business. Je kan als Nederland proberen te regelen wat je wilt, maar een reder kan zo van vlag wisselen en dan het is geen Nederlands schip meer. En natuurlijk kan je een schip weigeren in de Rotterdamse haven, maar wat doe je als Antwerpen het schip dan wel binnenlaat? Daar gaat je zogenaamde soevereiniteit. Zelfs de Europese Unie kan deze business niet reguleren. Het merendeel van de business gebeurt namelijk op internationale wateren; daar waar het Europees recht niet geldt.
Kortom; genoeg om als Europees Parlement wat meer aandacht te schenken aan deze IMO. Afgelopen week was op initiatief van de Europese Groenen voor de eerste keer in de historie van de IMO een parlementaire delegatie op bezoek terwijl de landen vergaderen over nieuwe internationale wetgeving. Over nieuwe milieuwetgeving wel te verstaan; het was namelijk de 68e (!) bijeenkomst van de Marine Environment Protection Committee (MEPC) van de IMO.
Op de agenda stond voornamelijk regulering van uitstoot van broeikasgassen door de internationale scheepvaart. De internationale scheepvaart is samen met de luchtvaart nog de enige sector die niets hoeft te doen op klimaatgebied. (Voor de luchtvaart bestaat trouwens ook zo'n VN-organisatie: ICAO. Die moeten volgend jaar met wetgeving komen.)
Fascinerende ervaring (x3)
-
-Het was een fascinerende ervaring, zo'n MEPC-bijeenkomst van de IMO. Allereerst blijft het worstelen als Europese Unie: de EU is officieel geen lid van de IMO (aangezien het geen land is). Dus achtentwintig EU-lidstaten hebben afzonderlijk stemrecht. Nu heeft de EU echter net wel wetgeving afgerond over datacollectie voor scheepvaart. Dus de Europese Commissie coördineert op de achtergrond zodat de achtentwintig lidstaten tijdens de vergadering wel de EU-lijn uitdragen. Dat levert mooie taferelen op waarbij EU-ambtenaren zwetend luisteren naar een inbreng van Griekenland, omdat ze weten dat Griekenland tegen die EU-wet had gestemd (maar een meerderheid was voor, dus Grieks verzet was tevergeefs). Als de Griekse ambtenaar teveel afwijkt van het EU-standpunt wordt via smsjes gecorrigeerd. De EU in uitvoering zullen we maar zeggen.
-
-Het andere fascinerende is dat de belangrijkste landen hier de landen zijn met grote vlaggen. Oftewel; landen die veel internationale schepen hebben geregistreerd (in feite dus belastingparadijzen voor de internationale scheepvaart). Denk dus meer aan de Cook Islands, de Marshall Islands en Liberia. En die landen doen hun inbreng zelden via hun ministeries; hun inbreng wordt gerund door New Yorkse advocatenbureaus. Wees dus niet verrast als de inbreng van Liberia wordt gebracht door een blanke yankee.
-
-Maar het meest fascinerende is wel de inbreng van de industrie. Iedere observer van de IMO mag spreken tijdens de vergadering. Bij elk vergaderpunt zit achterin de zaal een groot contingent industrie dat vakkundig elk voorstel becommentarieert tijdens de vergadering. Heel transparant. Als je aanwezig bent. Maar aangezien het publieke daglicht nu niet echt uitbundig aanwezig is, kun je de IMO toch vooral kenschetsen als een conservatief mannenbolwerk (ja, vooral mannen) dat het onderling vooral eens is dat de internationale scheepvaart het zwaar heeft en dat extra regelgeving geen goed idee is. Probeer dan maar klimaatwetgeving van de grond te krijgen.
Speciale rol voor de Marshall Islands
Nu was er deze MEPC-bijeenkomst een speciale rol voor de Marshall Islands weggelegd. Normaal weinig voortvarend in hun inbreng, maar ditmaal juist wel vertegenwoordigd door de minister himself (Volg die man op twitter: @MinisterTdB). En dan zie je ineens de tegenstrijdige belangen: de registers op de eilanden willen niet teveel regels voor hun cliënten, de reders; maar de regering ziet de effecten van klimaatverandering op hun eilanden elke dag. Gelukkig wint de politiek dan nog, althans qua inbreng. De Marshall Islands kwamen met een voorstel gedaan om de sector een doel voor het terugbrengen van de uitstoot van broeikasgassen op te leggen. Revolutionair in IMO-kringen. Het voorstel werd dan ook niet aangenomen. Maar de eerste stap naar regulering is er wel mee gezet. En de aanwezigheid van een parlementaire delegatie is niet onbemerkt gebleven. Beetje bij beetje zal ook dit VN-orgaan de democratische controle krijgen die het verdient.
Lessen voor TTIP
En welke lessen kunnen we hieruit nu trekken voor vrijhandelsverdrag TTIP? De analogie is treffend: bij TTIP wil men op allerlei manieren het bedrijfsleven aan tafel laten zitten, het liefst zelfs voordat het wetgevende proces begint. Als argument wordt altijd gegeven: technische discussie, know-how bij bedrijfsleven, afstemming, coördinatie, voorkomen van onnodige bureaucratische druk, et cetera. Eigenlijk dus zoals het bij de IMO tot aan de open vergaderingen aan toe is geregeld.
Natuurlijk heeft de politiek als enige stemrecht, maar de beïnvloeding is duidelijk. En als je het bedrijfsleven op zo'n IMO-bijeenkomst spreekt, dan is het duidelijk dat zij de IMO altijd verdedigen als een technisch orgaan dat technische punten bespreekt en ook technische besluiten moet nemen. Als de IMO niet tot een besluit komt, komt dat door 'politisering van het debat'. Maar de IMO is geen technisch platform. Het is een door en door politiek orgaan en dat weet het bedrijfsleven. Maar ze weten ook dat hun invloed kleiner wordt als de IMO in de beeldvorming politieke wordt. Dan kun je namelijk niet elk besluit meer optimaal beïnvloeden.
Wantrouw TTIP als technische oplossing
Wantrouw dus ieder argument van de TTIP-voorstanders die TTIP of arrangementen onder TTIP (zoals regulatory cooperation) verdedigen als een puur technische oplossing waarbij natuurlijk de politiek het primaat houdt. Of kom een keer langs bij een IMO-bijeenkomst waarbij het bedrijfsleven onder het mom van technische discussie de touwtjes stevig in handen houdt om zo ervoor te zorgen dat hun sector een van de minst gereguleerde blijft. Ik ga in ieder geval vaker naar dit soort bijeenkomsten: het publiek moet weten wat er achter saaie VN-afkortingen schuilt en welke wetten worden aangenomen onder een sluier van technische implementatie. Of helaas, welke wetten tot nu toe juist niet worden aangenomen.