Inbreng schriftelijk overleg Carola Schouten ten behoeve van de Centrale Wft-examinering - Main contents
Inbreng schriftelijk overleg van ChristenUnie Tweede Kamerlid Carola Schouten als lid van de vaste commissie voor Financiën ten behoeve van de Centrale Wft-examinering
Onderwerp: Centrale Wft-examinering
Kamerstuk: 32 545
Datum: 12 maart 2015
De leden van de ChristenUnie-fractie hebben kennisgenomen van de brieven over de centrale Wft-examinering. Zij willen de Minister graag nog enkele vragen voorleggen.
De leden van de ChristenUnie-fractie krijgen veel signalen van mensen die al langere tijd werkzaam zijn in de financiële dienstverlening dat de nieuwe vakbekwaamheidseisen te streng zijn en dat de examens ook door zeer ervaren financieel adviseurs als moeilijk worden ervaren. Deze leden begrijpen de noodzaak om de kwaliteit van de financiële dienstverlening te borgen. Zij maken zich echter zorgen over de brede kritiek op de nieuwe vakbekwaamheidseisen, met name op punt dat de examenvragen niet aansluiten op de beroepskwalificaties en evenmin op de praktijk. Wat vindt de Minister van deze kritiek op de examenvragen? In dit verband vragen genoemde leden de Minister ook of marktpartijen in 2014 veel gebruik hebben gemaakt van de mogelijkheid om relevante actualiteiten aan te leveren. Welke waarborgen kan de Minister geven dat er geen oude kennis meer wordt getoetst?
De leden van de ChristenUnie-fractie constateren dat bij 7 van de 9 Wft-modules en bij 4 van de 9 PEplus-modules de slagingspercentages in 2014 niet boven de 50% uitkwamen. Deze leden vinden dit zorgelijk. Zij vragen de Minister hoe hij deze lage slagingspercentages beoordeelt. Kan hij een nadere appreciatie geven van de lage slagingspercentages bij de modules Wft Hypothecair Krediet, Schadeverzekering Zakelijk en Vermogen en de module PEplus Adviseur Wft Vermogen, waarbij minder dan een derde van de kandidaten is geslaagd. Bij welke onderdelen wordt hierbij het laagst gescoord?
De leden van de ChristenUnie-fractie vragen de Minister of hij van mening is dat de opleidingsinstituten hun opleidingen inmiddels voldoende afstemmen op de nieuwe manier van examineren en op de nieuwe vaardigheden en competenties die worden gevraagd. Heeft de Minister zicht op de invloed die de verschillende opleidingen hebben op de slagingspercentages? Is de Minister van mening dat de opleidingsinstituten over voldoende informatie beschikken om de opleidingen goed te laten aansluiten, aangezien hij aangeeft dat de eind- en toetstermen voor vaardigheden en competenties nogal abstract zijn.
De leden van de ChristenUnie-fractie begrijpen dat er nogal wat technische problemen worden gemeld tijdens de examens. Aangezien dit jaar maandelijks 15.000 mensen examen zouden moeten kunnen doen, dienen deze problemen ten allen tijde voorkomen te worden. Genoemde leden vragen de Minister wat hij aan deze problemen wil gaan doen.
De leden van de ChristenUnie-fractie hebben zorgen over de praktische haalbaarheid van de overgangstermijn die op 31 december van dit jaar afloopt. Zij vragen de Minister wat er op tegen is om de overgangstermijn met een half jaar of een jaar te verlengen, om zo een ordentelijke spreiding van examens mogelijk te maken en alle kandidaten voldoende herkansingsmogelijkheden te bieden, zeker gezien de lage slagingspercentages die nu worden behaald.
Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.