Inbreng Algemeen Overleg met minister Asscher over Arbeidsongeschiktheid en Beroepsziekten van 28 mei 2015 - Main contents
Inbreng AO arbeidsongeschiktheid.
Voorzitter,
Doel van arbeidsongeschiktheidswetgeving nu is: weer aan het werk zodra je kunt.
Maar zodra je in de WGA komt, kom je er helaas niet meer uit. De WGA is een eindstation, terwijl de “werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten” een tussenstation zou moeten zijn. Op dit moment worden mensen te lang aan hun lot overgelaten. Dat komt omdat er te weinig herkeurd wordt en het systeem te complex is.
Dat moet eenvoudiger.
Het UWV is verantwoordelijk voor de keuringen, maar ze keuren niet genoeg, ze hebben er ook geen belang bij. Ze willen niet dat mensen door keuring in de IVA komen. Dat is niet goed voor hun track record.
Er zitten nu veel mensen verborgen in de WGA. Dit is op papier goed voor het track record van het UWV, want er zijn weinig langdurig arbeidsongeschikten. Feitelijk weten we niet hoeveel langdurig arbeidsongeschikten er zijn, omdat ze niet meer worden herbeoordeeld in de WGA. Zo wordt de WGA dus van tussenstation eindstation.
Voorzitter,
Gisteren sprak ik Sandra Ballij, van Ctalents, een onderneemster die voornamelijk mensen in dienst heeft die blind of doof zijn. Zonder subsidie leidt ze mensen drie maanden op en 100% van hen krijgt daarna een baan. Op dit moment is 70% van de doven en blinden arbeidsongeschiktheid. Mensen met een zintuigelijke beperking melden zich zelf bij haar aan om te werken. Zij geven aan dat ze depressief zijn omdat ze door het UWV zijn afgeschreven. We moeten dus erkennen dat mensen re-integreerbaar zijn naar werk en ze niet aan hun lot overlaten. Dat ze werken zodra ze dat kunnen.
Voorzitter,
Anderhalf jaar geleden heb ik voorgesteld om mensen in de WGA , periodiek te her beoordelen. Dit om een grotere uitstroom uit de WGA mogelijk te maken. Sindsdien hebben we gezien dat de gemiddelde verblijfsduur alleen maar is gestegen, van zes naar acht jaar. Dus de noodzaak tot meer herbeoordelen is er nog altijd. Het argument is altijd dat er niet genoeg verzekeringsartsen zijn. Valt hier niet een mouw aan te passen? Kunnen hun taken niet herschikt worden, zoals het Capaciteitsorgaan voorstelt, of kan de onafhankelijke bedrijfsarts in overleg met de arbeidsdeskundige de keuring niet voorbereiden, zodat de verzekeringsarts minder tijd kwijt is aan de keuring?
Voorzitter,
Private verzekeraars kunnen niet concurreren met het UWV, omdat het UWV op korte termijn goedkoper is voor werkgevers. Het UWV hoeft de risico’s in de toekomst niet af te dekken, zoals private partijen dat wel kunnen. Het Actuarieel Genootschap geeft ook aan dat dit het failliet is van het systeem binnen afzienbare tijd. De kosten van arbeidsongeschiktheid zullen binnen vijf jaar de pan uitrijzen en private verzekeringen binnen afzienbare tijd niet meer worden aangeboden. Dus het is nu tijd om in te grijpen. (De publieke verzekering zal op termijn voor werkgevers veel duurder uitpakken, aangezien de werkgevers gemiddeld 1,58 keer hun eigen schade terugbetalen bij het UWV.) De VVD is verheugd dat in beantwoording van schriftelijke vragen van Aukje de Vries en mij hierover, de minister heeft aangegeven dat hij onderzoekt hoe hij het evenwicht in de hybride markt kan verbeteren. Daar zijn we verheugd over. Waar denkt hij aan?
Voorzitter,
De VVD wil het systeem eenvoudiger maken, zodat de prikkels de juiste kant op staan. We moeten voorkomen dat iedereen de rekening op elkaars bordje wil schuiven en dat er daarom minder wordt gekeurd dan nodig is. Het UWV wil niet dat er veel duurzaam arbeidsongeschikten in de IVA komen, want dat is slecht voor hun track record. Daarom wil ik me aansluiten bij de oproep van het Actuarieel Genootschap en de IVA ook privaat verzekerbaar maken. Het UWV heeft er dan geen belang meer bij om mensen uit de IVA te houden. Werkgevers zijn dan verantwoordelijk voor de risico’s van duurzaam en niet duurzaam arbeidsongeschikten, dus IVA en WGA. Volgens het Actuarieel Genootschap levert dat voor iedereen een win-win op. Mensen die hersteld zijn gaan weer aan het werk, maar mensen die wel duurzaam arbeidsongeschikt zijn, weten ook waar ze aan toe zijn. Zo wordt de WGA weer het tussenstation, waarvoor de regeling bedoeld is.
Voorzitter,
De VVD is er voorstander van dat de bedrijfsarts en de reguliere gezondheidszorg beter samenwerken. Artsen in de curatieve zorg houden nog te weinig rekening met het werk van mensen, terwijl werken kan bijdragen aan het herstel. Bewustwording in de curatieve zorg over beroepsziekten, door meer en betere voorlichting met en door het veld, daar zijn we voor, bijvoorbeeld als het gaat om longziekten. We vinden daarentegen dat het opleggen van procesverplichtingen via wetgeving meer polder geeft, meer dat dit nog niet hoeft te beteken dat dit betere zorg geeft.
Tot slot voorzitter,
Als het gaat om structureel periodiek herbeoordelen spreken we daarover in de behandeling van mijn nota, maar is het niet mogelijk om nu al te starten met herbeoordelen van mensen waarvan verzekeringsartsen hebben aangegeven dat ze verwachten (gedeeltelijk) hersteld te zijn? Zodat mensen weer aan het werk gaan, zodra ze het kunnen.