Bijdrage Gert-Jan Segers aan het plenair debat over de agenda van de Europese Top van 25 en 26 juni 2015 - Main contents
Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Gert-Jan Segers als lid van de vaste commissie voor Europese Zaken aan een plenair debat met minister-president Rutte
Onderwerp: Debat over de agenda van de Europese Top van 25 en 26 juni 2015
Kamerstuk: 21 501 – 02
Datum: 23 juni 2015
De heer Segers (ChristenUnie):
Mevrouw de voorzitter. Tweeënhalf jaar geleden publiceerde de ChristenUnie een onafhankelijk onderzoek naar de toekomst van Griekenland binnen de eurozone. De conclusie was dat Griekenland en de andere landen binnen de eurozone geen optimale muntunie kunnen vormen omdat de economieën daar te ongelijksoortig voor zijn. Het is altijd flauw om achteraf je gelijk te halen, maar wij zijn nu tweeënhalf jaar en vele kredietverleningen verder en er is voor de Grieken nog steeds geen licht aan het eind van de tunnel. Massawerkloosheid, een schuld die niet meer terugbetaald kan worden en de ene top na de andere die de Europeanen eerder van elkaar vervreemden dan dichter bij elkaar brengen. Het begint een traditie te worden: eerst de druk richting de top flink opvoeren, om vervolgens doodleuk te zeggen dat er geen akkoord komt, maar dat de komende dagen echt cruciaal zullen worden. Over zeven dagen loopt het leningenprogramma af. In feite zijn de onderhandelingen al mislukt, want de Grieken zullen er niet in slagen om voor die tijd wetgeving aan te nemen die de weg opent voor het vrijgeven van de resterende 7,2 miljard euro.
Ik vraag de minister-president wat er gisteren dan wél is afgesproken met de Grieken. Waar komt het optimisme van gisteravond vandaan, na maanden van chagrijn? De Griekse regering heeft een flinke stap gezet op het vlak van de vroegpensionering en de btw, maar de grote vraag is wat premier Tsipras hiervoor terug wil. Het lijkt onvermijdelijk dat er een vorm van schuldverlichting of kwijtschelding komt. Bondskanselier Merkel heeft al gezegd dat zij schuldkwijtschelding niet uitsluit. Hoe zit dat in Nederland? De minister-president heeft eerder schuldkwijtschelding uitgesloten, maar doet hij dit nog steeds? Kan dit een onderdeel vormen van een oplossing? Het IMF heeft aangegeven schuldkwijtschelding noodzakelijk te vinden. Het kabinet heeft altijd gezegd dat deelname van het IMF voor Nederland een harde voorwaarde is. Hoe verhoudt het een zich tot het ander?
Dan een opmerking over het Five Presidents' Report. Terwijl de onderhandelingen met de Grieken keihard aantonen dat bestaande afspraken in de praktijk onvoldoende worden nagekomen, komt men in Brussel doodleuk met een road-map voor de EMU. Het rapport-Van Rompuy en de blauwdruk van de commissie zijn afgestoft. Sommige elementen zijn eruit gehaald, zoals de lidstaatcontracten en de eurobonds, maar de inzet blijft staan: een verdere ontwikkeling naar een politieke unie is onvermijdelijk. Het kabinet heeft gepleit voor het benutten, naleven en handhaven van de huidige regels in plaats van het optuigen van nieuwe regelgeving. Nu lees ik in het rapport dat de Commissie binnen twee jaar komt met nieuwe wetgeving om het EMU-bouwwerk verder op te bouwen. Wat vindt het kabinet van dit rapport? De brief die wij daarover hebben gelezen, is heel vrijblijvend en enigszins afstandelijk. Hoe beoordeelt het kabinet de landenspecifieke aanbevelingen, die zeer vergaand kunnen zijn, bijvoorbeeld die over ons pensioenstelsel? Hoe beoordeelt het kabinet die inzet? Wat de ChristenUnie-fractie betreft, vraagt dit om een ferme politieke standpuntbepaling.
Vervolgens een opmerking over TTIP. Onduidelijk blijft hoe een en ander precies vormgegeven zal worden, maar ook is niet duidelijk wat de economische winst en de banenwinst voor Nederland en de Europese Unie zullen zijn. Specifiek gaat het om de geschillenbeslechting. Dat is een heel heikel punt. Wat kunnen we met de toezegging van de Eurocommissaris dat ISDS op termijn wordt vervangen door een permanent arbitragehof? Dat betekent dat er nog steeds wordt uitgegaan van exclusieve rechtsbescherming van multinationals buiten de nationale rechtsgang om. Hoe staat dit in verhouding tot aangekomen Kamermoties op dat punt, die uitspreken dat geschillenbeslechting in TTIP geen afbreuk mag doen aan ons nationale rechtssysteem?
Wat betreft migratie is bekend geworden dat de EU-ministers van Buitenlandse Zaken een akkoord hebben bereikt over een militaire missie in de Middellandse Zee. Ik ga ervan uit dat wij hiervoor een artikel 100-procedure zullen volgen en dat die brief dus richting de Kamer zal komen. Ik wil daarbij opmerken dat voor de ChristenUnie-fractie van belang is dat netwerken van mensensmokkelaars in kaart worden gebracht, maar dat dit niet hetzelfde is als bijvoorbeeld het vernietigen van vissersboten aan de kust, want dat gaat veel verder. Ik spreek de wens uit dat er ruimte blijft om vluchtelingen die op de Middellandse Zee bivakkeren te helpen en dat daarvoor ook binnen die missie nog ruimte zal zijn. In vragende vorm leg ik dit aan de minister-president voor.
Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.