Bijdrage Carola Schouten aan het notaoverleg inzake Initiatiefnota van het lid Merkies over duurzaam bankieren - Main contents
Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Carola Schouten als lid van de vaste commissie voor Financiën aan een notaoverleg met minister Dijsselbloem van Financiën
Onderwerp: Initiatiefnota van het lid Merkies over duurzaam bankieren
Kamerstuk: 34 101
Datum: 8 juni 2015
Mevrouw Schouten (ChristenUnie):
Voorzitter. Het is niet heel origineel meer, maar ook mijn dank gaat uit naar de indiener van deze nota. Ik denk dat het een belangrijk onderwerp is om in deze commissie te bespreken. Er zitten een aantal woordvoerders EZ/MVO, maar ik denk dat dit onderwerp breed in de Kamer besproken moet worden, juist als het gaat om financiële instellingen. Het kabinet heeft zelf in de sectorrisicoanalyse over mvo aangegeven dat financiers een belangrijke rol spelen bij het al dan niet naleven daarvan. Daarom moeten we zeker kijken naar de rol die bankiers hierin spelen.
Ik loop het rijtje voorstellen dat de indiener heeft gedaan af. Het eerste punt is de transparantie. De heer Koolmees pleit altijd voor het stemmen met de voeten. Daar ben ik het erg mee eens, maar dan moeten we wel weten waarover te stemmen valt. Op dat punt is er nog het nodige te verbeteren. Met de Eerlijke Bankwijzer wordt geprobeerd om daarover wat duidelijkheid te geven. Dat is heel vaak omgeven door allerlei discussies over wat eronder verstaan moet worden en hoe het geïnterpreteerd moet worden. Laat consumenten of klanten van banken die afweging zelf maken, maar dat kan pas als er transparantie is.
De meest spannende aanbeveling is die over het recht op informatie van spaarders. Ik wil toch iets concreter horen waar de heer Merkies zelf aan denkt. Dat is in deze nota wat summier opgeschreven. Wat is de reikwijdte van het voorstel? Hoe ver gaat het? Er zijn bedragen over de tafel gegaan. Is het vanaf €50 of vanaf €500? Moet je echt kunnen zien waar jouw geld belegd is? Dat lijkt mij ingewikkeld worden. Kan hij daarover wat meer informatie geven, zodat wij beter kunnen afwegen wat hij zich daarbij voorstelt?
In het kader van de transparantie vraag ik ook naar de key performance indicators. Die zouden duidelijkheid kunnen bieden, maar dan krijg je ook weer allerlei discussies over hoe je deze moet interpreteren en meten. Wat zouden volgens de heer Merkies de eerste indicatoren moeten zijn waarmee we gaan werken? Heeft hij daarover nagedacht? Moet dat op basis van vrijwilligheid? Moet er worden aangegeven dat er op zijn minst hierover gerapporteerd moet worden? Graag wat meer duidelijkheid daarover.
Ik sprak daarnet in de interruptie al over de mensenrechten. Ik wil even een stukje voorlezen uit de brief die minister Ploumen hierover heeft geschreven. Daarin staat dat Nederlandse bedrijven die internationaal opereren, de risico's op het gebied van mvo dienen te identificeren vanuit de responsability to respect mensenrechten en milieu, om deze te voorkomen en te verminderen en verantwoording moeten afleggen over de manier waarop met mvo-risico's wordt omgegaan.
Het kabinet zegt zelf tegen grote ondernemingen, waaronder banken die internationaal opereren, dat zij al die risico's moeten voorkomen of verminderen en daarover verantwoording moeten afleggen. Hoe verhoudt deze passage zich tot de reactie van de minister van Financiën op de nota van de heer Merkies? In zijn brief schrijft hij dat er OESO-normen zijn, maar dat die vrijwillig zijn en niet worden verplicht. Hij zegt dat je daar goed naar moet kijken, maar minister Ploumen lijkt hierin toch verder te gaan. Hoe verhoudt dat zich tot elkaar? Banken zijn net zo goed grote internationale ondernemingen. Dit lijkt mij toch wat dwingender dan de reactie van de minister.
Ik kom op het punt van de belastingontwijking. We hebben vorige week nog een heel debat over dit punt gevoerd met de staatssecretaris van Financiën. Het punt van de publieke country-by-country reporting is het minste. Er is een motie-Merkies c.s. (25087, nr. 90) aangenomen, waarin staat dat dit snel moet gebeuren. Ik ben een van de medeondertekenaars daarvan. Is de minister voornemens om zich daarvoor in te zetten in alle internationale gremia waarin hij zich bevindt en waar hij misschien nog wel langer deel van uit blijft maken?
Ik sluit me aan bij de vraag van de heer Nijboer over het punt van de duurzame energie. Er is door de overheid een energiebesparingsfonds opgericht, waarbij de ASN Bank en de Rabobank als partners fungeren. Vindt de heer Merkies dat dit eigenlijk gewoon breder aangeboden moet worden door alle banken? Is dat niet ook iets wat daaraan kan bijdragen? Waarom komt het nu zo slecht van de grond?
Het laatste punt is het goede voorbeeld. Als je als overheid iets met de mond belijdt, zul je als eerste het goede voorbeeld moeten geven. Ik vraag in dat verband aan de minister hoe het staat met de keuze van de huisbankier. Ik vraag voorts hoe het staat met de uitvoering van de motie-Merkies c.s. (34000, nr. 35) over de voortgang op dat punt. Ook onder die motie staat mijn naam. Kan de minister daar wat meer duidelijkheid over geven?
Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.