Nieuwsbrief Werk en Inkomen, Jeugdzorg en Zorg - Main contents

Bron: Blog Brigitte van der Burg

Door: Foort van Oosten

In de vorige nieuwsbrief heb ik mij aan u voorgesteld. Sinds 1 januari jl. vormen de decentralisaties niet langer slechts onderdeel van het debat, maar zijn deze een feit. De gemeenten zijn nu verantwoordelijk voor de uitvoering. Onlangs heeft in de Tweede Kamer een 'Algemeen Overleg decentralisaties' plaatsgevonden. Graag breng ik u op de hoogte wat daarbij tussen de minister van Binnenlandse Zaken en de Kamer is gewisseld.

Nu de verantwoordelijkheid bij de gemeente ligt, moeten we in de Tweede Kamer voorkomen dat bij elk incident een Kamerlid naar de microfoon snelt. Dit heb ik namens de VVD stevig naar voren gebracht in het debat en bij mijn collega Kamerleden. De minister was het ermee eens dat de Tweede Kamer niet de plaats van de gemeenteraad moeten innemen. Op lokaal niveau kent men het betreffende probleem het beste en daardoor kan het ook beter op dat niveau worden opgelost. De Tweede Kamer kan wel kijken naar eventuele systeemfouten die mogelijk gemaakt zijn en gerepareerd zouden moeten worden. De uitwerking van drie decentralisaties zullen samen met gemeenten worden gemonitord. Zodra daar nieuws over te melden valt zal ik daarover via deze nieuwsbrief informeren. Datzelfde geldt voor ontwikkelingen op het terrein van de privacy. Ook daaraan is tijdens het overleg aandacht besteed.

Hartelijke groet,

Foort van Oosten

Bron: Blog Brigitte van der Burg

Door: Bas van ´t Wout

Nu de Wmo op 1 januari 2015 is ingegaan begint het echte werk. Het huidige jaar 2015 is namelijk een transitiejaar, waarin cliënten op grond van het overgangsrecht dezelfde indicatie houden tot de gemeente op basis van een individueel gesprek een besluit neemt. Voor 1 januari 2016 moeten alle cliënten die vanuit de AWBZ zijn ondergebracht in de Wmo een voorstel hebben ontvangen, met daarin een besluit over de ondersteuning die de gemeente zal leveren.

Met dit besluit kan de gemeente de daadwerkelijke omslag maken die we met de WMO hebben beoogd. Het keukentafel gesprek moet de basis vormen om specifiek te achterhalen welke ondersteuning vanuit de gemeenten geboden moet worden, en wat mensen met behulp van hun sociale netwerk zelf nog kunnen.

Eind 2014 zijn in alle gemeenteraden de beleidsplannen aangenomen. In eerdere nieuwsbrieven heb ik aangegeven wat de belangrijkste middelen zijn om als gemeenteraad het college te sturen en te controleren. De belangrijkste pijlers zijn: 1. Sturen op uitkomsten; 2. Vernieuwing van het ondersteuningsaanbod; 3. Lokaal maatwerk. Nu de gemeentelijke aanpak daadwerkelijk zijn uitwerking krijgt, is het belangrijk deze uitgangspunten scherp in het vizier te houden.

Binnenkort heb ik een bijeenkomst met alle VVD WMO wethouders. Het doel hiervan is om samen te spreken over de verschillende manieren waarop het beleid wordt geïmplementeerd en goede voorbeelden van een liberale invulling van de WMO uit te wisselen. Ook voor raadsleden en andere betrokkenen geldt dat wij altijd bereid zijn mee te denken over oplossingen. Schroom dus vooral niet om contact met ons op te nemen, of een vraag uit te zetten in de LinkedIn VVD decentralisatie groep.

Bron: Blog Brigitte van der Burg

Door: Sjoerd Potters

Liberale vrienden,

Per 1 januari kijken we naar wat mensen wel kunnen, in plaats van wat mensen niet kunnen. Met de aangenomen Participatiewet gaan we mensen met een beperking helpen om sneller aan de slag te komen op de arbeidsmarkt. Dat betekent dat ze gewoon aan het werk kunnen in een normale baan bij een regulier bedrijf. De VVD kijkt liever naar iemands talent, dan naar iemands beperkingen.

We sluiten mensen niet op in een uitkering, maar we laten mensen deelnemen aan de samenleving. Iedereen doet mee. De VVD is blij dat we deze langgekoesterde wens nu hebben kunnen realiseren. Als laatste onderdeel van de Participatiewet - en daarmee alle decentralisaties - hebben we in december inde Tweede Kamer ook de behandeling van de Quotumwet voltooid. Deze ligt inmiddels klaar voor behandeling in de Eerste Kamer. De VVD is blij is met de baanafspraak van de werkgevers in het sociaal akkoord om 100.000 extra mensen met een beperking aan het werk te helpen. Wij hebben er vertrouwen in dat het bedrijfsleven deze initiatieven in de komende jaren kan en zal uitbouwen. Hopelijk hebben we een paardenmiddel als het quotum dan ook nooit nodig. Echter, we staan als VVD wel voor onze handtekening.

De uitvoerbaarheid van de baanafspraak en het eventuele quotum was al enorm vergroot. Dit doordat op - voorspraak van de VVD - de invulling van de baanafspraak en het - eventuele - quotum vooral flexibel is geworden voor het bedrijfsleven. Zowel inlenen als detacheren tellen nu mee wanneer een bedrijf besluit mensen met een beperking aan het werk te helpen. Bij de behandeling hebben we nu ook een verbreding van de doelgroep kunnen realiseren. Zo tellen mensen met een beperking die meer kunnen verdienen dan het minimumloon ook mee als het quotum ooit in werking mocht treden. Hier heb ik mij erg hard voor gemaakt, want voor de VVD geldt dat iedere arbeidsgehandicapte die een baan krijgt, telt. Hoogopgeleid of laagopgeleid, belangrijk is dat iedereen meedoet. Werk is tenslotte veel meer dan een inkomen.

Verder ben ik blij dat ik een deactiveringsknop in de wet heb kunnen laten opnemen. Als de quotumheffing wordt geactiveerd en bedrijven een boete kunnen krijgen, dan zou die heffing ze permanent boven het hoofd hangen. Ook als het bedrijfsleven in de jaren daarna wel aan een gemaakte baanafspraak zou voldoen. Nu kan de quotumheffing bij ministeriële regeling worden gedeactiveerd, indien het aantal banen voor arbeidsbeperkten voldoende toeneemt. Alle landelijke decentralisatiewetgeving is nu in de Tweede Kamer behandeld. Nu is het zaak voor ons om scherp te zijn op de uitvoering. Zo kost een indicatie voor beschut werk 810,- euro en duurt het maar liefst acht weken voor het UWV deze aan gemeenten geleverd heeft. Dit is o.a. een onderwerp waar ik aandacht voor ga vragen bij de staatssecretaris. Ik houd u op de hoogte.

Groeten,

Sjoerd Potters

Bron: Blog Brigitte van der Burg

Door: Brigitte van der Burg

Het is inmiddels enkele maanden gelden dat de laatst nieuwsbrief verzonden werd. Alle betrokken partijen waren op dat moment nog volop bezig met de afronding van het inkoopproces. Met dank aan de inspanningen van raadsleden, wethouders, ambtenaren, zorgaanbieders en de staatssecretarissen is dat traject nu afgesloten. Hiermee is een einde gekomen aan het eerste gedeelte van deze liberale operatie; de transitie. De verantwoordelijkheid voor de jeugdhulp , -bescherming en -reclassering ligt nu, net als alle budgetten, bij de gemeenten.

Op 1 januari 2015 is de volgende fase van de decentralisatie aangebroken; de transformatie. In deze periode zal de beoogde cultuuromslag in de jeugdsector moeten plaatsvinden. Dat zal geen proces van weken of maanden zijn, maar zal ons de komende jaren blijven bezighouden. Met het kader dat met de Jeugdwet geschapen is, kunnen gemeenten nu de schouders zetten onder het verbeteren van de ondersteuning, zorg en bescherming voor onze jeugd.

Nu is ook het moment om de kerndoelen van de nieuwe Jeugdwet er weer even bij te pakken:

. Meer preventie, meer eigen verantwoordelijkheid, meer benutten van 'eigen kracht' en het sociale netwerk van kinderen en hun ouders;

. Kinderen en jongeren naar vermogen mee laten doen, laten participeren. Daarom willen we normaliseren, ontzorgen en niet onnodig medicaliseren;

. Sneller jeugdhulp op maat, dicht bij huis, om zo het beroep op gespecialiseerde zorg te verminderen;

. Betere samenwerking rond gezinnen: 1-gezin, 1-plan, 1-regisseur, o.a. door ontschotting van budgetten;

. Meer ruimte voor professionals, door de regeldruk serieus terug te dringen.

Het realiseren van deze doelstellingen vergt inspanning van alle partijen. Niet alleen van u als bestuurder of raadslid, maar zeker ook van de zorgaanbieders. Niet voor niets heb ik mij bij de behandeling van de Jeugdwet ingespannen om outcomecriteria op te laten nemen in de wet. Deze criteria maken het voor u als bestuurder of raadslid gemakkelijker om de effectiviteit van de geleverde zorg te toetsen. Gemeenten zijn verplicht om deze criteria vastgesteld te hebben op 1 januari 2015 voor voorzieningen jeugdhulp, -bescherming en -reclassering. Kijk dus na of dit in uw gemeente is gebeurd en zo ja, hoe. Voor meer informatie over deze criteria en voor de standaardset kijk op: www.voordejeugd.nl.

In het verzamel-algemeen overleg jeugd gevoerd op 22 januari jl. heb ik de staatssecretaris gevraagd om het Ondersteuningsteam Transitiearragementen Jeugd (OTJ) in te zetten om u in de gemeente te assisteren bij het implementeren van deze standaardset outcomecriteria. Het leveren van echt effectieve ondersteuning, zorg en bescherming door aanbieders aan kinderen en gezinnen is immers essentieel voor een geslaagde transformatie en helpt u ook gedegen afwegingen te maken wanneer de inkoop voor 2016 weer aan de orde komt. Het is belangrijk dat duidelijk wordt welke zorgaanbieder ervoor zorgt dat een kind na een interventie of behandeling weer gewoon verder kan met zijn haar of haar leven. (zie ook eerdere nieuwsbrieven over dit thema).

De eerste berichten in het nieuwe jaar zijn positief. De continuïteit van zorg is geborgd en de inspanningen van de betrokkenen hebben ervoor gezorgd dat kinderen ook vanaf 1 januari de ondersteuning, zorg en bescherming kregen die ze nodig hadden. Daarmee zijn de vermeende doemscenario's van de oppositie uitgebleven. Toch is het nog te vroeg om conclusies te trekken. We zijn een goede weg ingeslagen. Het is nu zaak om koers te houden en te vertrouwen op de kwaliteiten van u als bestuurder of raadslid en die van de zorgverleners. Veel succes, onze jeugd is het waard!